Hoofdstuk 2 Flashcards

1
Q

Hoofdstuk 2

Op grond waarvan worden in dit hoofdstuk de emoties verdeeld in positief (+), negatief (-) en o-emoties?

a. gedragseffect
b. functie
c. gevoelswaarde
d. aanleiding

A

d.aanleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoofdstuk 2

Waarom wordt er van o-emoties gesproken?

a. omdat de gevoelswaarde van dit soort emoties neutraal is
b. omdat ze niet tot gericht gedrag leiden
c. omdat er geen manipulatief in het geding is
d. omdat het zijn reacties zijn op het onverwachte, ongewone, onbekende, ongerijmde enz.

A

d. omdat het zijn reacties zijn op het onverwachte, ongewone, onbekende, ongerijmde enz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoofdstuk 2

Welke van de vier soorten voorwaarden voor zinvol voortbestaan wordt in de eerste plaats aangetast door decorumverlies (verlies goede manieren) ten gevolge van hersenletsel.

a. sociale en/of maatschappelijke voorwaarden
b. psychologischevoorwaarden
c. existentiëlevoorwaarden
d. fysieke voorwaarden

A

a. sociale en/of maatschappelijke voorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoofdstuk 2

Er is onderscheid gemaakt tussen faalangst als emotie, en faalangst als trek (duurzaam persoonskenmerk). Op welke wordt gedoeld in de volqende twee voorbeelden?

Toen Piet op zijn scriptiepresentatie beknopt moest uitleggen waar zijn scriptie overging, brak het zweet hem uit, tintelden zijn vingers en deed zijn borst pijn. . “Het mankeer Harm niet aan kennis en intelligentie,” zei zijn vader, “maar op examens en belangrijke proefwerken blokkeert hij en kan hij het verder schudden.”

a. bij beiden faalangst als trek
b. bij beiden faalangst als emotie
c. bij Harm faalangst als emotie, bij Piet faalangst als trek
d. bij Piet faalangst als emotie, bij Harm faalangst als trek

A

d. bij Piet faalangst als emotie, bij Harm faalangst als trek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoofdstuk 2

De aanleiding tot angstemoties combineert drie kenmerken. Welke hoort er niet bij?

a. verwijst naar een toekomstige gebeurtenis
b. er is daar op het eerste gezicht weinig of geen greep op
c. is van complexe aard
d. het voortbestaan dreigt min of meer te worden aangetast

A

c. is van complexe aard

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoofdstuk 2

Waarom zie je bij James Bond bijna nooit emotionele angst?

a. omdat hij emotioneel vervlakt is
b. omdat hij geen zwakte wil laten zien
c. omdat hij de dreigingen niet serieus neemt
d. omdat hij door zijn enorme gedragsrepertoire altijd veel greep heeft

A

d. omdat hij door zijn enorme gedragsrepertoire altijd veel greep heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoofdstuk 2

Van wat voor angstreactie is hieronder sprake?
Toen de inbreker een verdacht geluid hoorde, dook hij instinctief achter een gordijn en bleef daar stokstijf staan.

a. verstijving
b. vlucht, gevolgd door een instrumentele actie
c. aanval
d. desorganisatie

A

b. vlucht, gevolgd door een instrumentele actie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoofdstuk 2

In complexe, riskante situaties

a. dient angst om je van de ernst van de situatie te overtuigen
b. heeft angst nut als alerte, negatief gerichte toestand, die motiveert tot oplossen van het probleem
c. is angst nutteloos omdat je niets aan vlucht, aanval of verstijving hebt
d. desorganiseert angst het gedrag alleen maar

A

b. heeft angst nut als alerte, negatief gerichte toestand, die motiveert tot oplossen van het probleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoofdstuk 2

Waarom vertoont de volgende persoon een boze reactie?

Groot was de opwinding van Joop toen bleek dat de op straat gevonden tas € 2000 bevatte aan vijfjes, tientjes, twintigjes en vijftigjes. Er zat tevens een kaartje in met een adres erop. Toen hij daar poolshoogte ging nemen, trof hij een wanhopig echtpaar aan dat een groentezaak had en de opbrengst van de week in deze tas had gestopt. Dolgelukkig waren ze dat de tas terecht was. Joop kreeg €100 beloning. Toch voelde hij zich korzelig. “Wilt u voortaan niet zo slordig met uw geld omspringen”, beet hij het echtpaar toe dat knikte.

a. door de grenzeloze slordigheid van deze mensen
b. omdat hij zich beledigd voelt door dat fooitje van €100
c. omdat hij zich toch gefrustreerd voelt, al is het mede dankzij zijn eigen geweten
d. omdat hij de helft van de vondst had willen hebben

A

c. omdat hij zich toch gefrustreerd voelt, al is het mede dankzij zijn eigen geweten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoofdatuk 2

Meester spion en held James Bond wordt vaak dwars gezeten. Toch zie je hem nooit echt woedend. Waarom is hij dat nooit?

a. dat kan hij niet maken naar de hem omringende vrouwen
b. hij verbergt dat voor zijn vijanden
c. omdat woede een bewijs van zwakte is
d. omdat hij genoeg antwoorden op de situaties achter de hand heeft

A

d. omdat hij genoeg antwoorden op de situaties achter de hand heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoofdstuk 2

Woede is een reactie op een aantasting van het functioneren

a. in het heden
b. in het verleden (zoals herinnerd)
c. in de toekomst (naar verwachting)
d. kan alle 3

A

a. in het heden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoofdstuk 2

Nadat Han waar anderen bij waren Jacob gekleineerd had, kraakte Jacob Han publiekelijk tot op het bot af. Dat heeft volgens het boek een aantal voordelen voor Jacob. Welk hoort daar niet bij?

a. hij laat daarmee zien dat Han beslist niet de figuur is om hem te kritiseren
b. hij probeert Han daarmee van nog meer beledigingen te weerhouden
c. hij kan eindelijk kwijt wat hem al lang dwars zat over Han
d. hij vergeldt vanuit zijn woede hierover zijn gekrenkt zijn

A

c. hij kan eindelijk kwijt wat hem al lang dwars zat over Han

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoofdstuk 2

Waarom wordt Ria angstig, Kees woedend in het volgende voorbeeld?

Kees en Ria lopen samen door het park, Plots worden ze aangevallen door een forse herder. Ria staat te klappertanden van angst, Kees schreeuwt de hond woedend toe dat hij zich moet schamen en moet maken dat hij wegkomt

a. Kees schat de situatie meer als verloren in dan Ria.
b. Kees schat de situatie minder als verloren in dan Ría

c. Ria is als vrouw biologisch voorbestemd tot agressief reageren
d. Ria hoeft niet woedend te worden, want Kees zal het zaakje wel opknappen

A

b. Kees schat de situatie minder als verloren in dan Ría

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoofdstuk 2
Waarom is verdriet bijna altijd de voornaamste reactie op ernstig verlies?

a. omdat je bij verlies overvraagd wordt
b. omdat verlies de ontgoocheling bij uitstek is
c. omdat verlies meestal onomkeerbaar is: weg is weg; dus totaal greep verlies
d. omdat hard huilen na verlies vroeger beloond werd met vervanging van het verlorene

A

c. omdat verlies meestal onomkeerbaar is: weg is weg; dus totaal greep verlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoofdstuk 2
Waarom kan eenzelfde gebeurtenis bij eenzelfde persoon eerst verdriet oproepen en later toch nog woede?

a. als de verdrietige de oorzaak van zijn verdriet niet langer als een onvermijdelijk gegeven ziet, neemt de greep iets toe en wordt hij woedend
b. als de verdrietige met de beperkingen van zijn reactie wordt geconfronteerd, neemt de greep nog meer af en wordt hij woedend
c. als de verdrietige met de beperkingen van zijn reactie wordt geconfronteerd, neemt de greep iets toe en wordt hij woedend
d. als de verdrietige de oorzaak van zijn verdriet als een werkelijk onvermijdelijk gegeven ziet, neemt de greep nog meer af en wordt hij woedend

A

a. als de verdrietige de oorzaak van zijn verdriet niet langer als een onvermijdelijk gegeven ziet, neemt de greep iets toe en wordt hij woedend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoofdstuk 2
Waarom kan eenzelfde gebeurtenis bij eenzelfde persoon eerst woede oproepen en later toch nog verdriet?

a. Als de woedende met de beperkingen van zijn reactie wordt geconfronteerd, neemt de greep af en wordt hij verdrietig
b. als de woedende de oorzaak van zijn woede als een werkelijk onvermijdelijk gegeven ziet, neemt de greep iets toe en wordt hij verdrietig
c. als de woedende met de beperkingen van zijn reactie wordt geconfronteerd, neemt de greep iets toe en wordt hij verdrietig
d. als de woedende de oorzaak van zijn woede niet langer als een onvermijdelijk gegeven ziet, neemt de greep nog meer af en wordt hij verdrietig

A

a. Als de woedende met de beperkingen van zijn reactie wordt geconfronteerd, neemt de greep af en wordt hij verdrietig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoofdstuk 2
Missen betekent “naast het doel schieten, trappen of gooien”, alsmede “net niet halen”. - In de context van verlies wordt het begrip ook gebruikt, bijv. “ik mis je zo”. Wat heeft het tweede missen met het eerste missen te maken?

a. dat je zo verlangt naar het verlorene
b. dat je ook verdrietig kunt zijn over het missen van een doelschop of een trein
c. niet geschoten is altijd mis geschoten
d. je richt je onwillekeurig steeds tot de afwezige persoon en mist dan het vertrouwde en bevredigende effect daarvan

A

d. je richt je onwillekeurig steeds tot de afwezige persoon en mist dan het vertrouwde en bevredigende effect daarvan

18
Q

Hoofdstuk 2

Er worden in deze cursus vier functies aan verdriet toegekend? Welke van de onderstaande hoort er niet bij?

a. Geforceerde doorbreking van het hollen en draven
b. herstel van het lichaamsevenwicht
c. heroriëntatie op wat niet kan en wat jíj niet kunt
d. het langs een omweggetje toch nog bereiken van je doel
e. communicatie van je hulpeloosheid en afhankelijkheid

A

d. het langs een omweggetje toch nog bereiken van je doel

19
Q

Hoofdstuk 2

Aan welk gevaar ontsnapte Harry Bristol (voorbeeld p. 13-74) dankzij zijn toch nog doorbrekend verdriet?

a. realiteitsvervalsing
b. uitputting
c. al te grote flexibiliteit
d. negatieveheroríëntatie

A

a. realiteitsvervalsing

20
Q

Hoofdstuk 2

Jan komt Marietje, op wie hij maanden al stiekem verliefd is, tegen op straat en hij vraagt of ze mee wil naar de film. Tot zijn verassing zegt ze ja. Hij voelt dan zowel vreugde als geestdrift. Waarop slaat Jans vreugde en waarop zijn geestdrift?

a. zijn vreugde slaat op het plotsklaps bereikt hebben van een begeerd doel; zijn geestdrift slaat op de leuke mogelijkheden die nu in bereik komen
b. zowel zijn geestdrift als zijn vreugde slaan op het plotsklaps bereikt hebben van een begeerd doel
c. zowel zijn geestdrift als zijn vreugde slaan op de leuke mogelijkheden die nu in bereik komen
d. zijn geestdrift slaat op het plotsklaps bereikt hebben van een begeerd doel; zijn vreugde slaat op de leuke mogelijkheden die nu in bereik komen

A

a. zijn vreugde slaat op het plotsklaps bereikt hebben van een begeerd doel; zijn geestdrift slaat op de leuke mogelijkheden die nu in bereik komen

21
Q

Hoofdstuk 2

Waarom heeft geestdrift het karakter van een emotie: de verheugende ontwikkeling heeft toch al plaatsgevonden?

a. de situatie blijft de eerste tijd nog wel leuk
b. een mens is nu eenmaal geen machine
c. omdat men nu snel de buitenkans moet aangrijpen, anders is deze voorbij
d. als de greep groot is,is een krachtige, alerte reactie nodig

A

c. omdat men nu snel de buitenkans moet aangrijpen, anders is deze voorbij

22
Q

Hoofdstuk 2
Een verwende , over het paard getilde, naar de ogen gekeken, jonge vrouw krijgt van haar ouders voor kerstmis de super magnetron waarom ze gevraagd had. Ze neem hem koel en afgemeten in ontvangst.

Waarom is deze jonge vrouw NIET gewoon blij en geestdriftig?

a omdat verwende mensen een verborgen depressie hebben

b. omdat er nooit veel weerstand heeft gestaan op het krijgen van iets
c. omdat ze alles al heeft
d. omdat verwende mensen een slecht karakter hebben

A

b. omdat er nooit veel weerstand heeft gestaan op het krijgen van iets

23
Q

Hoofdstuk 2
WielrennerX heeft de Tour de France gewonnen, Welke positieve emotie zal overheersen?

a. vreugde, omdat er nu allerlei nieuwe mogelijkheden in bereik komen
b. vreugde, omdat hij na het overwinnen van enorme weerstand zojuist het doel bereikt heeft
c. geestdrift, omdat er nu allerlei nieuwe mogelijkheden in bereik komen
d. geestdrift, omdat hij na het overwinnen van grote weerstand zojuist het doel bereikt heeft

A

b. vreugde, omdat hij na het overwinnen van enorme weerstand zojuist het doel bereikt heeft

24
Q

Hoofdstuk 2

Bob heeft na een gevaarlijke en moeizame klim met zijn mannen eindelijk de top van de Kale berg bereikt. Hij vindt dat hij nu uitzinnig van vreugde zou moeten zijn, maar in feite voelt hij zich een beetje mat en leeg. Bij de anderen lijkt het al net zo te zijn. Waarom voelen Bob en zijn mannen zich mat en leeg?

A

c. omdat na het overwinnen van de weerstand hun doel wegvalt

25
Q

Hoofdstuk 2

Zulke tegengestelde emoties als vreugde en verdriet hebben toch zoveel gemeen. Wat wordt niet genoemd?

a. beide zijn een reactie zijn op een discontinuïteit die (her)oriëntatie behoefte
b. achter vreugde schuilt verdriet om de vergankelijkheid van het verworvene
c. beide beëindigen een doelstreven (afsluiten resp. opgeven)
d. beide zijn ontladingen van de opgebouwde spanning in ongericht gedrag

A

b. achter vreugde schuilt verdriet om de vergankelijkheid van het verworvene

26
Q

Hoofdstuk 2

Wat is het gemeenschappelijke in de aanleidingen tot schrik, ontstelden is, verbijstering, verbluftheid, verbouwereerd heiden verrassing?\

a. de manipulatieve greep ontvalt je bij deze gebeurtenissen
b. het verkrijgen van cognitieve greep op het gebeurtenissen
c. ze zijn potentieel bedreigend
d. deze gebeurtenissen vallen ver buiten het normale, vertrouwde, voorspelbare

A

d. deze gebeurtenissen vallen ver buiten het normale, vertrouwde, voorspelbare

27
Q

Hoofdstuk 2

Wat hebben schrik, ontsteltenis, verbijstering, verbluftheid, verbouwereerdheid en verrassing qua functie gemeen?

A

c. meer over de gebeurtenis te weten komen

28
Q

Hoofdstuk 2

Waarom worden emoties als vreugde, verdriet, woede en angst vaak vooraf gegaan door verbijstering, schrik, ontsteltenis e.d.?

a. omdat er manipulatief greep verlies is
b. omdat de betreffende gebeurtenissen per definitie onhanteerbaar zijn
c. omdat de betreffende gebeurtenissen inbreuk maken op iemands ego
d. omdat emotionele gebeurtenissen per definitie buiten de normale . orde der dingen vallen

A

d. omdat emotionele gebeurtenissen per definitie buiten de normale . orde der dingen vallen

29
Q

Hoofdstuk 2

Wat is de aard van het gedrag lachen en huilen?

a. het gespannen karakter ervan
b. oriëntatiereflex
c. iets ongerijmds van resp. luchtige en ernstige aard
d. een onwillekeurige, onbeheerste reactie op het onbeantwoordbare

A

d. een onwillekeurige, onbeheerste reactie op het onbeantwoordbare

30
Q

Hoofdstuk 2

Waarom gaat lachen nog al eens over in huilen?

a. omdat de wereld toch eigenlijk een tranendal is
b. omdat ze qua aard en functie op elkaar lijken
c. omdat humor een defensie is tegen verdriet
d. omdat de tranen toch al stromen

A

b. omdat ze qua aard en functie op elkaar lijken

31
Q

Hoofdstuk 2

Waarom maakt huilen soms even plaats voor lachen?

a. zo erg is het nou ook weer niet
b. omdat de ernstige gebeurtenis tevens ongerijmd is en je de ernst soms even loslaat
c. achter de wolken schijnt de zon
d. omdat je geen raad weet met de situatie

A

b. omdat de ernstige gebeurtenis tevens ongerijmd is en je de ernst

32
Q

Hoofdstuk 2

waarom geven zulke uiteenlopende gebeurtenissen als verlies, het bereiken van een lang bevochten doel en de confrontatie met het grootse vaak aanleiding tot tranen in de ogen zo niet huilen?

a. men kan niets meer, er is geen praktisch antwoord meer mogelijk
b. alleen het verlies van iets groots’ roept verdriet op
c. het heeft ook iets verdrietigs om eindelijk je doel bereikt te hebben
d. het is een grootse gebeurtenis om je doel bereikt te hebben

A

a. men kan niets meer, er is geen praktisch antwoord meer mogelijk

33
Q

Hoofdstuk 2

wat is de functie van de (voorgeprogrammeerde) emotionele reflex?

a. zorgt voor een adequate reactie op situatieveranderingen, die je anders niet, of te laat, of inadequaat zou beantwoorden
b. voor arousal zorgen
c. stopzetten van het lopende gedrag
d. activeren

A

a. zorgt voor een adequate reactie op situatieveranderingen, die je anders niet, of te laat, of inadequaat zou beantwoorden

34
Q

Hoofdstuk 2

Enthousiasme, blijheid en verbazing zijn respectievelijk

a. activerend, inactiverend en oriënterend
b. activerend, oriënterend en inactiverend
c. inactiverend, oriënterend en activerend
d. inactiverend, activerend en oriënterend

A

a. activerend, inactiverend en oriënterend

35
Q

Hoofdstuk 2

Waarom gaan woede, geestdrift en angst gepaard met snellere ademhaling en hartslagr en meer glucose in het bloed (arousal)? (

a. omdat de betreffende gebeurtenissen nu meestal om zware arbeid vragen
b. omdat de betreffende gebeurtenissen in de evolutie meestal om zware arbeid vroegen
c. omdat deze emoties in feite zware arbeid zijn
d. om je te laten weten dat het ernst is

A

b. omdat de betreffende gebeurtenissen in de evolutie meestal om zware arbeid vroegen

36
Q

Hoofdstuk 2

Wat is de functie van Jan’s woede hieronder: extern, intern of communicatief?

Jan had al twee jaar verkering met Maria tot opeens zijn baas Maria (die directiesecretaresse bij hem was) inpikte, Daarna zat Jan nog wekenlang thuis op beiden te schelden.

a. extern
b. intern
c. communicatief
d. in dit speciale geval geen van de drie

A

b. intern

37
Q

Hoofdstuk 2

Wie voelt jaloezie, wie afgunst?

Cora ziet met lede ogen aan hoe haar opstandige tienerdochter, die haar aljaren nauwelijks een woord waardig keuft, wel gezellig blijkt te kunnen kwebbelen met haar buurvrouw Piet kijkt met scheve ogen naar de spiksplinternieuwe Ford Mondeo met airconditioning van zijn succesvolle broer, terwijl hij als eeuwige jongste bediende het met een afgeragde, 16 jaar oude Opel Kadett moet stellen.

a. Cora en Piet zijn beiden jaloers
b. Cora is afgunstig op de buurvrouw, Piet is jaloers op zijn broer
c. Cora en Piet zijn beiden afgunstig
d. Cora is jaloers op de buurvrouw, Piet is afgunstig op zijn broer

A

d, Cora is jaloers op de buurvrouw, Piet is afgunstig op zijn broer

38
Q

Hoofdstuk 2

Wie voelt jaloezie, wie afgunst?

Toos voelt een steek bij haar hart, als ze ziet hoe attent Theo met zijn echtgenote Caroline omgaat, terwijl haar man Hans zelden meer dan een grom voor haar over heeft. Toen er een broeftje bij kwam, zei iedereen tegen de driejarige Hanneke dat ze er wel erg blij mee zou zijn, maar na een paar weken gooide ze zijn bijtring en rammelaar in de put.

a. Toos voelt jaloezie op Caroline, Hanneke is afgunstig op haar babybroertje
b. Toos en Hanneke zijn beiden afgunstig
c. Toos voelt afgunst op Caroline, Hanneke is jaloers op haar babybroeftje
d. Toos en Hanneke zijn beiden jaloers

A

c. Toos voelt afgunst op Caroline, Hanneke is jaloers op haar babybroeftje

39
Q

Hoofdstuk 2

wie heeft meer grond voor jaloezie, Janneke of petra resp. Jan of piet? (2.10) - Petra is 52, gewoontjes en verlegen Janneke en Petra zien hun echtgenoot is een levendig gesprek verwikkeld met de 35-jarige mooie secretaresse van zijn bedrijf. - Jan ervaart steeds weer de grote zielsverwantschap met zijn Ineke, en heeft regelmatig goede gesprekken en genoeglijke weekends met haar - Piet loopt steeds weer aan tegen de verschillen in smaak en interesse van zijn sexy gade, en bespeurt bitter dat ze langs elkaar heen leven Beiden zien hun echtgenote op een feestje levendig in gesprek verwikkeld met een lange knappe succesvolle musicus.

a. Janneke heeft meer grond dan petra, Jan heeft meer grond dan piet
b. Petra heeft meer grond dan Janneke, Jan heeft meer grond dan piet
c. Janneke heeft meer grond dan petra, piet heeft meer grond dan Jan
d. Petra heeft meer grond dan Janneke, piet heeft meer grond dan Jan

A

d. Petra heeft meer grond dan Janneke, piet heeft meer grond dan Jan

40
Q

Hoofdstuk 2

wie heeft meer grond voor jaloezie, Kees of Henk resp. Lia of Trudy?

Kees hoort en ziet hoe zijn nieuwe vriendin carla kirrend, rachend en grapjes makend haar boodschappen doet bij de groenteman. - Henk ziet en hoort hoe zijn pas verworven sexy clara nuchter en zakelijk de voor en tegens van enkele jurken bespreekt met de charmant doende verkoper. Lia had als kind moeten vechten met haar zus om de aandacht van de ouders en dolf daarbij altijd het onderspit, - Trudy en haar zus hadden zich als kind altijd van de warme aandacht van hun ouders verzekerd gevoeld.

a. Kees heeft meer grond dan Henk, Lia heeft meer grond dan Trudy
b. Kees heeft meer grond dan Henk, Trudy heeft meer grond dan Lia
c. Henk heeft meer grond dan Kees, Trudy heeft meer grond dan Lia
d. Henk heeft meer grond dan Kees, Lia heeft meer grond dan Trudy

A

a. Kees heeft meer grond dan Henk, Lia heeft meer grond dan Trudy