Hoofdstuk 26 - autismespectrumstoornissen Flashcards

1
Q

Wat is het klinische beeld van ASS?

A

Vermijden van oogcontact
monotone stem met weinig afstemming op de situatie, patiënten komen stijfjes over door weinige gebruik van ondersteunende gebaren. Motoriek is houterig en onhandig. en gerichtheid op details en overgevoeligheid voor prikkels. Afhankelijk van anderen voor structuur.
Asperger: taal is erg formeel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de diagnostische criteria van ASS?

A

1 beperkingen in de sociale interactie
2 beperkingen in de verbale en non-verbale communicatie
3 stereotiepe gedragingen en interesses.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt Theory of Mind in?

A

Theory of Mind is het vermogen om je te verplaatsen in de gedachten, gevoelens en bedoelingen van een ander. Bij ASS is er een vertraging in de ontwikkeling van ToM vaardigheden.
Bij volwassenheid gaat dit om een tekort in het spontaan ‘mentaliseren’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt Centrale coherentie verklaringsmodel in?

A

Volgens deze theorie hebben mensen met ASS een zwakke centrale coherentie. Ze verwerken informatie niet automatisch globaal in een context om zo tot een betekenisvolle, samenhangende interpretatie van de omgeving te komen. Ze verwerken info namelijk juist fragmentarisch en op lokaal niveau. Dit model verklaard de overmatige gerichtheid op details, de stereotiepe bewegingen en interesses en de problemen in het gebruik van taal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt het verklaringsmodel van executieve functies in?

A

Stoornissen van de executieve functies liggen mogelijk ten grondslag aan de autistische symptomen.
Stoornissen in planning, cognitieve flexibiliteit, inhibitie, het genereren van nieuwe ideeën en zelfmonitoring komen vaak voor.
WCST wordt gebruikt om het gebrek aan cognitieve flexibiliteit die typisch is voor ASS te toetsen.
Het is nog onduidelijk waarom executief functioneren minder is bij ASS.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt empathizing-systemizing-theorie in?

A

Volgens de theorie kunnen zowel de sociale als niet-sociale gedragskenmerken verklaard worden vanuit een discrepantie tussen het zwakke inlevingsvermogen en het sterke vermogen om systemen te analyseren of te construeren. De discrepantie wordt bestempeld als een extreem gemasculiniseerd brein (extreme vorm van mannelijk denken).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly