Hoofdstuk 24 - Schizofrenie Flashcards
Wat zijn de diagnostische criteria van schizofrenie?
De vier A’s van Bleuler:
1 Ambivalentie (geen keuzes kunnen maken)
2 vervlakt affect
3 autisme (verminderde deelname aan sociale interacties)
4 associatiezwakte (niet goed logische verbanden kunnen leggen waardoor de gedachtegang incoherent wordt.
verdeling in drie categorieën: positieve en negatieve symptomen en desorganisatie
Wat is het klinische beeld van schizofrenie?
Kleiner volume van de grijze stof, vooral in de superieure temporale gyrus en mediale temporale en limbische gebieden. Het volume van de hippocampus neemt geleidelijk meer af en de ventrikels verwijden steeds iets meer. Belangrijk is dat gelet wordt op invloed van medicatie: Antipsychotica kunnen het volume van de basale ganglia binnen 6 maanden vergroten.
De normale asymmetrie van de hersenhelften is niet aanwezig.
Afwijkende activering van de aymgdala; deze wordt al actief bij neutrale stimuli.
Wat zijn positieve en negatieve symptomen bij schizofrenie ?
Positief (toename van bepaalde functies of gedachten): wanen en hallucinaties
Negatief (vermindering van bepaalde functies) vervlakt affect, ambivalentie en autisme
Wat is de rol van een neuropsycholoog bij schizofrenie?
De cognitieve stoornissen spelen een belangrijke rol bij de verslechtering in het dagelijks functioneren, neuropsychologen kunnen helpen deze functiestoornissen in kaart te brengen en een prognose te stellen
Diagnostische criteria volgens DSM
DSM:
1. wanen, 2. hallucinaties, 3. onsamenhangende spraak
4. ernstig chaotisch gedrag
5. negatieve symptomen, waaronder achteruitgang van sociaal functioneren.
Symptomen tenminste gedurende een half jaar
o Belangrijk: Om een diagnose schizofrenie te kunnen stellen moeten er minstens 2 van deze symptomen optreden! (Dit hoeft echter niet wanneer hallucinaties commentaar geven op gedrag/gedachten persoon, of wanneer meerdere stemmen door elkaar heen praten; dan is één symptoom voldoende).