HC 2.9 Complicaties na levertransplantatie Flashcards
Wat is kenmerkend aan post-mortale donor levers?
Post-mortale donoren zijn ouder en hebben vaker een vervette lever.
Wat bepaald de uitkomst van een levertransplantatie?
Operatie, complicaties eerste maanden, donor orgaan, patiënt, leverziekte, immuun suppressie.
Wat zien we altijd na een levertransplantatie?
Na een levertransplantatie bijna altijd 1 of meerdere complicaties.
Levertransplantatie is een grote operatie in een zieke patiënt.
Hoeveel bloedverlies zien we bij een LTx?
- Gemiddeld: 3200 ml
- Minimaal: 500 ml
- Maximaal: 43.000 m
Hoe kun je de complicaties na levertransplantatie verdelen?
Te verdelen in chirurgische en medische complicaties
Wat zijn de vroege chirurgische complicaties na LTx?
- Trombose a. hepatica/vena porta
- Obstructie piggy back anastomose
- Lekkage/obstructie galweganastomose
- Fascie dehiscentie
- Wondinfectie
- Nabloeding
- Ileus
Wat zijn de late chirurgische complicaties na LTx?
- Obstructie galweganastomose
- Ischemische galwegschade (NAS/ITBL)
- Trombose a. hepatica
- Stenose anastomose v. porta en piggy back
- Wondhernia
Wat zijn de vroege medische complicaties na LTx?
- Acute cellulaire rejectie
- Ischemie/reperfusie schade
- Hyperglycemie
- Infectie (bacterieel, viraal, schimmels en gisten)
- Toxiciteit geneesmiddelen
- Delier/slaapproblemen
- Nierinsufficiëntie
- Hypertensie
- Overvulling/oedeem
Wat zijn de late medische complicaties na LTx?
- Acute cellulaire rejectie
- Humorale rejectie
- Infecties
- Nierinsufficiëntie
- Osteoporose
- Diabetes
- Hypertensie
- Maligniteit (de novo)
- Terugkeer leverziekte
Wat houdt de chirurgische term in duct-to-duct galweg?
Duct-to-duct galweg = oude galweg wordt op de nieuwe galweg geplaatst
Welke chirurgische complicaties komen het meest voor?
galwegstenose, daarna bloedingen, daarna wondinfectie en daarna galweglekkage. Gevolgd door HAT, VPT en piggy back.
Wat is primary graft dysfunction?
- Related to ischemia-reperfusion injury
- Donor-, surgery- and recipient-related factors have been associated with this syndrome
- No clear definition/criteria
Waar kan primary graft dysfunction in worden verdeeld?
- Primary Non-Function (PNF)
- Early Allograft Dysfunction (EAD)
Wat is Primary Non-Function (PNF)?
- ASAT > 10.000 U/L
- INR > 3.0
- Lactaat > 3 mmol/L
- geen gal productie
- Incidentie: 1-8%
- Indicatie voor High Urgency re-LTx (mensen moeten geretransplanteerd worden, het orgaan gaat het het niet doen)
Wat is Early Allograft dysfunction (EAD)?
Op dag 7:
* Bilirubine ≥ 170 μmol/l
* INR ≥ 1.6
* ASAT of ALAT > 2000 U/L
* Incidentie: 23%
* Risicofactor voor Mortaliteit (RR 10.7) en Graft loss (RR 7.4)
Lever komt trager op gang
Wat zijn de vasculaire complicaties die kunnen optreden bij LTx?
- Vroege (<1 maand) arteria hepatica trombose (HAT) 5-10%
- Late arteria hepatica trombose 1-5%
- Vena portae trombose/stenose 3%
- Stenose piggyback cavo-cavostomie (sec Budd-Chiari) <1%
Wat is de behandeling van vasculaire complicaties bij LTx?
- Retransplantatie (vroege HAT of galwegschade bij late HAT)
- Radiologische angioplastiek / stent
- Chirurgische revisie
- Antistolling
Wanneer en hoe wordt de doorbloeding gecontroleerd na LTx?
- Routine op dag 0, 1 en 5, en verder op indicatie (stijging leverwaarden)
- Dit wordt gedaan met behulp van de echo
Welke galwegcomplicaties kunnen er optreden bij LTx?
- Combinatie van chirurgische techniek en ischemische schade
- Stenose galweg anastomose 9-12%
- Gallekkage +/- biloom 2-21%
- Niet-anastomotische stricturen (NAS) 10-15%
Wat is de behandeling van galwegcomplicaties bij LTx?
- ERCP of PTC (percutane galwegdrain) of drainage (biloom)
- Vaak herhaaldelijk (20% recurrent)
- Hepaticojejunostomie +/- revisie
- Soms retransplantatie
Welke galwegcomplicaties kunnen vroeg optreden na LTx en welke treden doorgaans wat later op?
Gallekkage en anastomotische stricturen komen vroeg voor na transplantatie en non-anastomotische stricturen komen wat later voor.
Wat betekend een galwegcast?
Galweg cast: een “galweg cast” verwijst naar een aandoening waarbij zich een opeenhoping of verstopping van materiaal voordoet binnen de galwegen
Waarbij zien we meer ischemische galwegschade? Bij DBD of DCD?
We zien meer ischemische galwegschade na een DCD dan na een DBD, 24% niet-anastomotische galwegstricturen bij DCD, en 8% niet-anatomische stricturen bij DBD.
Wat zijn de medische complicaties die kunnen optreden in de eerste drie maanden na LTx?
- Wondinfectie (12%)
- Abdominale infectie (23%)
- Virale infectie (27%)
- NODAT (17%): New Onset Diabetes After Transplantation
- Nierinsufficiëntie/AKI/CVVH (12%)
- Delier (20%)
- Afstoting (8%)