H9.4 Flashcards

1
Q

Longkanker

A
  • Maligne proliferatie van epitheliale cellen
  • Cellen zijn afkomstig van bronchus-, bronchiolair of alveolair epitheel
  • Verschillende typen longkanker zijn afhanklijk van het type epitheelcellen dat is getransformeerd
  • Verschillende precursor afwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Typeren longkanker

A
  • Prognose
  • Predictie (tot in hoeverre een patiënt met een behandeling geholpen kan worden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Predictie

A
  • Kenmerken van tumor die bepalen of de patiënt op een bepaalde therapie gaat reageren
  • Patiënten met EGFR-mutaties bijvoorbeeld reageren goed op tyrosine kinase remmers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Classificeren longcarcinoom

A
  • Klinisch/radiologisch onderzoek (CT-scan)
  • Weefselonderzoek (histologie)
  • Moleculair/genetisch onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

NSCLC

A
  • PVC
  • Adenocarcinoom
  • Grootcellig carcinoom
  • Adenosquameus carcinoom
  • Gecombineerde typen
  • Carcinoïd
  • Speekselklier typen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

SCLC

A
  • Compleet kleincellig
  • Combinatie kleincellig met grootcelling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

PVC

A
  • 40-50% van NSCLC
  • Centraal, omdat de tumoren uit bronchus ontstaan
  • Groot (>4cm)
  • Centraal vaak cavitatie (necrose)
  • Mannen > vrouwen
  • Roken
  • Veel mutaties bij roken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Histologie PVC

A
  • Necrotisch (holtevorming)
  • Verhoorning (keratine)
  • Desmosomen (celbruggen tussen individuele cellen)
  • Geen buisvorming en slijmvorming (differentiatie met adenocarcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Precursor afwijkingen PVC

A
  • Trilhaardragend epitheel kan squameus worden = squameuze metaplasie
  • Kan dysplastisch worden waardoor cellen onregelmatig gaan liggen
  • Hooggradige dysplasie (CIS) als cellen gaan ophopen met veel grote donkere kernen

Nu dus nog geen invasie, maar als het wel invasief wordt heb je PVC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Adenocarcinoom

A
  • 40% van NSCLC
  • Stijgende incidentie
  • Alveolaire epitheel (parenchym long)
  • Perifeer gelegen
  • Vrouwen > mannen
  • Jongere leeftijd
  • Niet roken gerelateerd
  • EGFR of KRAS mutaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Histologie adenocarcinoom

A
  • Buisvormig
  • Intracytoplasmatisch slijm
  • Geen desmosomen en geen verhoorning (differentiatie PVC)
  • IHC: TTF1 meestal positief (70%, bij negatief is adenocarcinoom niet uitgesloten)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Precursor afwijkingen adenocarcinoom

A
  • Atypische adenomateuze hyperplasie (AAH) kenmerkt zich door atypische cellen die nog wel over normale alveolaire septa heen liggen
  • Groeien nog niet destructief en nog niet invasief
  • Gaat over in adenocarcinoma in situ (AIS) = lepidisch type adenocarcinoom
  • Wordt invasief adenocarcinoom en kan uitzaaiien
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Grootcellig carcinoom

A
  • 10% NSCLC
  • Overal in long
  • Sterk aan roken gerelateerd
  • Enige plaveiselcellige of adenodifferentiatie detecteerbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Histologie grootcellig longcarcinoom

A
  • Middelgrote tot grote cellen
  • Vergrofd chromatine
  • Nucleoli duidelijk zichtbaar
  • Scherpe celgrenzen
  • Geen buisvorming, geen slijmvorming, geen verhoorning/desmosomen
  • Subtype: grootcellig neuro-endocrien longcarcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kleincellig carcinoom

A
  • 15-20% van primaire bronchuscarcinomen
  • Centraal in long
  • Sterk gerelateerd aan roken
  • Agressief
  • Neuro-endocrien carcinoom
  • Uitgezaaid op moment van diagnose
  • Gepaard met paraneoplastisch syndroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Histologie kleincellig carcinoom

A
  • Op elkaar gedrukte, klein-middelgrote cellen (monomorf)
  • Hele hoge kern:cytoplasma ratio
  • Kernen drukken tegen elkaar aan waardoor ze elkaar gaan vervormen (kern moulding)
  • Egaal vergrofd chromatine
  • Geen of onopvallende nucleoli
  • Geen buisvorming, geen slijmvorming, geen verhoorning, geen desmosomen