H9.1: Etiologie en epidemiologie longkanker Flashcards

1
Q

Overgrote deel van patiënten met longkanker heeft gerookt/rookt

A
  • Bij inhaleren sigarettenrook komen carcinogene stoffen in lichaam
  • Afhankelijk van genen kan iemand carcinogenen goed of slecht klaren
  • Als je veel rookt of ongunstige genen hebt, kunnen carcinogenen niet goed klaren en ontstaan DNA-adducten die bij celdelingen tot fouten leiden
  • Sommige mensen hebben genen die fouten goed kunnen repareren en reageren ook minder op chemo
  • Als fouten niet opgeruimd worden, kunnen deze tot defecten leiden in genen die betrokken zijn bij kankerontwikkeling: RAS, MYC, p53, p16, RB
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Risicofactoren voor longkanker

A
  • Niet-rokers: FA, meeroken, luchtvervuiling
  • Voormalig rokers: leeftijd bij stoppen, emfyseem, afwezigheid hooikoorts, FA, luchtvervuiling
  • Huidige rokers: PY, blootstelling aan asbest en stof, emfyseem, afwezigheid hooikoorts, FA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Algemeen risico op longkanker

A
  • Blootstelling aan tabaksrook
  • Genetische vatbaarheid, COPD
  • Levensstijl, dieet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bestanddelen sigaretten

A
  • Nicotine: verslavend, 1 sigaret blijft 3 kwartier in bloed
  • > 40 carcinogene bestanddelen
  • Irriterende stoffen: inflammatoir
  • CO: cardiovasculaire schade
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Lag time

A

Tijd tussen het beginnen met roken en het optreden van klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Packyear

A
  • Roken van 1 pakje sigaretten per dag, 1 jaar lang
  • Berekenen door het aantal pakjes per dag * aantal jaar
  • Duur van roken is belangrijker dan aantal sigaretten per dag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Weetjes

A
  • Gemiddeld 14 sigaretten per dag
  • 25 miljard verkochte sigaretten per jaar
  • 28% van de bevolking rookt
  • > 30% lager opgeleiden
  • 20% hoger opgeleiden
  • 27% doet minimaal 1 stoppoging per jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Relatieve risico

A

Risico van de blootgestelde roker t.o.v. gehele populatie op het krijgen van longkanker

RR voor actieve roker is >20
RR passieve roker 1.2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Uitkomsten screening bevolking

A
  • Risico van krijgen longkanker daalt significant na stoppen met roken
  • Na 5 jaar al effect
  • Verwijderen van blootstelling doet dus het RR exponentieel dalen
  • RR zal nooit zo ver dalen naar het niveau van iemand die nog nooit heeft gerookt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Primaire preventie

A

In hoge mate kosteneffectief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gek

A

Het eerste jaar na stoppen met roken zijn er meer patiënten die longkanker krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Slagingskans x stoppen

A
  • Cold turkey: na 10 maanden is 7.3% nog gestopt
  • Op advies dokter: na 12 maanden is 10.2% nog gestopt
  • Nicotine vervangende middelen: na 12 maanden is 7-14% nog gestopt
  • Medicatie: na 12 maanden is 33% nog gestopt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Redenen om niet te stoppen

A
  • Gewoonte
  • Sociaal gedrag
  • Gewichtstoename
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waterpijp x nadelen

A
  • Meer CO waardoor groter cardiovasculair risico
  • Vergelijkbare hoeveelheid nicotine
  • Dramatisch grotere hoeveelheid rook
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vaping associated lung injury

A
  • Vergelijkbare hoeveelheid nicotine, geen teer
  • Jonge mensen
  • Afschuwelijke longbeelden, meer inflammatoir en iets weg van pneumonitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Incidentie longkanker lijkt ook bij niet-rokers toe te nemen

A
  • Ander soort kanker, meer bij jonge vrouwen
  • Meeroken: mutaties in p53- of KRAS-gen
  • Niet-rokers: mutaties in EGFR
17
Q

Overleving longkanker

A
  • Erg laag
  • Gaat wel langzaam omhoog door nieuwe behandelmogelijkheden (immunotherapie)
  • 5-jaarsoverleving is 15%
18
Q

Wat zie je bij eerste presentatie?

A

Lokaal of op afstand uitgezaaide ziekte wat komt doordat de longen geen pijngevoel hebben en de diagnose daarom pas laat aan het licht komt

19
Q

Conclusies

A
  • Roken speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van longkanker
  • Steeds meer aandacht voor preventie van roken
  • Andere reden voor het ontstaan van longkanker (bijvoorbeeld blootstelling radon) moet voorkomen worden
19
Q

Feiten over longkanker

A
  • Laatste jaren grote verandering in behandeling (van chemo naar personalized medicine en immuno-oncologie)
  • Longkanker is de belangrijkste maligniteit qua incidentie en mortaliteit
  • In de Westerse Wereld de op 1 na meest voorkomende vorm van kanker
  • Ook onder vrouwen inmiddels de belangrijkste doodsoorzaak onder maligniteiten
  • Groei in aantal patiënten
  • Mensen worden ouder en hoe ouder des te groter de kans dat er longkanker ontstaat
  • Vrouwen vaker adenocarcinoom i.t.t. PVC bij mannen
  • Vrouwen diagnose op jongere leeftijd, terwijl mannen eerder beginnen met roken
  • Vrouwen hogere kans op longkanker, ook al roken ze minder
20
Q

Risicofactoren longkanker niet-rokers

A
  • Vrouw (Oost-Azië)
  • Meeroken
  • Tuberculose
  • Blootstelling aan radon (radioactieve stof)
  • Vermoeden op verhoogd risico bij COPD, bepaalde infecties, inname weinig vezels en veel vet en hormonale factoren
  • Luchtverontreiniging
21
Q

Radon

A
  • Komt vrij uit bouwmaterialen
  • Nieuwbouwhuizen hoog door goede isolatiewaarden
  • Ventilatie belangrijk