10 - Chirurgie en pathologie Flashcards

1
Q

Hoeveel procent van de borstkankerpatiënten kiest voor borstsparende chirurgie (MST)?

A

70%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarmee wordt MST altijd opgevolg om recidief te verkleinen?

A

Bestraling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is MST niet mogelijk?

A
  • Als tumor in kleine borst
  • Als patiënt in het verleden is bestraald
  • Als in meerdere kwadranten in de borst tumor/DCIS aanwezig is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen de overall survival van een MST + adjuvante radiotherapie en een mastectomie?

A

MST + adjuvante radiotherapie heeft een gelijke overall survival als een mastectomie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe kan een niet-palpabele tumor toch makkelijk gevonden en behandeld worden?

A

Via een I-125 bron die in de tumor toegediend wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn 3 voordelen van de I125 bron?

A
  • ‘Punt bron’
  • Halfwaardetijd 60 dagen
  • Kan ook in kliermetastase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het doel van een borstsparende resectie?

A

Radicale resectie en een cosmetisch acceptabel resultaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een sentinel node procedure?

A

Je haalt hierbij de schildkwachterklier eruit. Deze klier wordt blauw gekleurd om hem succesvol te kunnen verwijderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer wordt een sentinel node procedure gedaan?

A

Bij een mammacarcinoom met een klinisch negatieve oksel (N0).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer wordt een okselklierdissectie gedaan?

A

We doen een okselklierdissectie bij een mammacarcinoom met bewezen metastasen van de oksel (N+).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tot welke 5 morbiditeiten kan een okselklierdissectie leiden?

A
  • Seroom
  • Lymfoedeem van de arm
  • Sensibiliteitsstoornissen
  • Krachtverlies
  • Bewegingsbeperking schouder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer wordt er radiotherapie gegeven bij een mamma, thoraxwand of locoregionaal?

A

o Mamma: bij mammasparende chirurgie
o Thoraxwand: bij grote tumor met slechte kenmerken
o Locoregionaal: bij > 3 lymfekliermetastasen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer geeft MST een cosmetisch acceptabel resultaat en wanneer kunnen deformiteiten ontstaan?

A

Tot 10% volume-excisie bij MST geeft een esthetisch acceptabel resultaat en vanaf 20% volume-excisie kan een deformiteit ontstaan die correctie vereist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn 5 contra-indicaties voor oncoplastische chirurgie?

A
  • Bij hoge kans irradicale resectie
  • T4 tumoren
  • Multicentrisch mammacarcinoom
  • Microcalcificaties door de hele mamma
  • Inflammatoir carcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn voordelen van een prothesereconstructie?

A
  • Relatief korte OK-duur
  • Relatief eenvoudig
  • Geen extra littekens
  • Geen desastreuze complicaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn nadelen van een prothesereconstructie?

A
  • Twee ingrepen nodig
  • Minder natuurlijk
  • Kans op kapselcontractuur: als je jong genoeg bent is de kans 100%
  • Kans malpositie
  • Niet na radiotherapie
  • Vaak revisie nodig
17
Q

Welke 2 vormen van oncoplastische chirurgie kennen we?

A

Je hebt 2 vormen van oncoplastische chirurgie: volume ‘displacement’(zonder toevoeging van weefsel) en volume ‘replacement’ (met toevoeging van weefsel) -> hierbij kan de latissimus dorsi gebruikt worden.

18
Q

Wat zijn voordelen van het gebruiken van de latissimus dorsi?

A
  • Gemiddelde moeilijkheidsgraad
  • Goed doorbloed weefsel
  • Introductie huid
  • Natuurlijker
  • Ook na radiotherapie mogelijk
  • Geen desastreuze complicaties
19
Q

Wat zijn nadelen van het gebruiken van de latissimus dorsi?

A
  • Opoffering latissimus dorsi
  • Extra litteken
  • Seroom rug
  • Vaak 2 ingrepen
  • Kans op kapselcontractuur
  • Prothesemalpositie
20
Q

Wat wordt er gedaan bij een volledig autologe reconstructie (DIEP)?

A

Bij volledig autologe reconstructie wordt er huid van de buik gebruikt. De bloedvaten van de buik worden dan naar de borst verplaatst.

21
Q

Wat zijn voordelen van een DIEP?

A
  • Volledig lichaamseigen
  • Introductie huid en volume
  • Natuurlijk aspect
  • Ook na radiotherapie mogelijk
  • 1 ingreep
  • Buikwandcorrectie
  • Kan tertiair
22
Q

Wat zijn nadelen van een DIEP?

A
  • Technisch (relatief) complex
  • Lange OK-duur
  • Kans op grotere complicaties
  • Verscheidene contra-indicaties
  • Extra littekens
23
Q

Wat zijn voordelen van een directe vs secundaire? reconstructie?

A
  • Minder operaties nodig
  • Cosmetisch fraaier resultaat
  • Psychische voordelen
24
Q

Wat zijn nadelen van een directe vs een secundaire reconstructie?

A
  • Patiënt moet snel beslissen
  • Planning -> chirurg en plastisch chirurg zijn samen nodig
  • Niet geschikt bij grote kans op radiotherapie
  • Meer kans op complicaties