W7HC4: Eiwitturnover en stikstofbalans Flashcards
1
Q
N-verbindingen uit aminozuren
A
- porfyrines: heem, cytochroom P450
- purines en pyrimides: bouwstenen DNA en RNA
- creatine
2
Q
Eiwitturnover bij gezonde volwassene
A
- via dieet: 80g binnen
- uitscheiding via feces: 10g
- uitscheiding via urine: 70 g
3
Q
Aminozuur metabolisme
A
C-skelet (alfa-ketozuur) komt van een aminozuur waar de NH3 groep van gesplitst is. In de gevaste staat wordt er glucose of Acetyl-CoA van gemaakt, in gevoede toestand CO2.
Ammoniak en aspartaat leveren rechtstreeks aan de ureumcyclus
4
Q
Ureumcyclus
A
- begint omzetting ammoniak in carbamoyl fosfaat (snelheidsbepalende stap) -> ureumcyclus in, wordt aan ornithine gekoppeld -> wordt citrulline -> mitochondrion uit
- > 2e aminogroep wordt geleverd door aspartaat -> vorming arginine -> splitsing ureum en ornithine
5
Q
Levercel komt aan ammoniak door
A
- glutamaat deamineerd -> NH4+
- glutamaat geeft de aminogroep aan oxaalacetaat via transaminering -> aspartaat
- glutamine deamineerd -> NH4+
6
Q
Stikstofbalans
A
- in balans: lichaamseiwit: afbraak = aanmaak
- positieve balans: bij groei, wond genezing, zwangerschap, hypothyroïdie
- negatieve balans: bij grote wonden. koorts, cachexie, vasten
7
Q
Stikstofbalans formule
A
NB = eiwitinname/6,25 - (UUN/0,8 + 2,5g)
8
Q
Eiwitbehoefte handhaving stikstofbalans
A
- EAR = 0,65 hoge kwaliteit eiwit/kg.dag
- RDA: 0,83 g eiwit/kg/dag
- zieke: 1,3g/kg/dag
- je kan niet in postieve N-balans door veel eiwitten te eten, het extra wordt gecompenseerd door extra oxidatie of vet opslag
9
Q
Kwaliteit voedingseiwit
A
- verteerbaarheid: plantaardig zijn minder goed verteerbaar
- biologische waarde: hoog als het voedingseiwit alle essentiële aminozuren heeft in de onderlinge verhouding voor de mens
- hoeveel er gegeten wordt
10
Q
Negatieve N-balans: proteïn-energy malnutrition
A
- Kwashiorkor: wel voldoende calorieën, niet voldoende eiwit
- Marasmus: tekort aan calorieën en eiwitten