W7HC3: Exogeen en endogeen lipide transport Flashcards
1
Q
Cholesterol
A
- functie: bouwsteen celmembraan, gal, voorloper steroïd hormoon en vitD
- lever krijgt cholesterol uit voeding, de novo synthese en synthese in extrahepatisch weefsel
- gaat de lever uit via secretie HDL en VLDL, vrije cholesterol in gal en conversie naar galzouten
- max intake 300mg/dag
2
Q
Lipoproteïnen
A
- fosfolipiden aan de buitenkant: wateroplosbaar
- ongeësterificeerd cholesterol kan ook aan de buitenkant
- binnenkant gevuld met cholesterol esters en TGs
- eiwitten aan de buitenkant
3
Q
Apolipoproteïnen
A
- structurele eiwitten van lipoproteïnen
- functie: ligand voor receptoren, beïnvloeding binding van andere apo’s aan receptoren, co-factoren voor enzymen
4
Q
HDL apo
A
Apo A-1 (activator LCAT) en Apo-II (activator hepatische lipase)
5
Q
LCAT
A
zorgt voor esterificering cholesterol
6
Q
Exogene pathway
A
- in darmen is MTP noodzakelijk voor maken chylomicronen -> via lymfen in circulatie -> via LPL wordt de TG eruit gehaald en gebracht naar de spieren en vetcellen
- chylomicron blijft hangen in de polysaccharide ketens waar LPL op zit -> Apo C-II is de bindende factor voor LPL, waardoor TG eruit kan
- chylomicron remnant gaan naar de lever
7
Q
Endogene pathway
A
- onafhankelijk inname voeding
- begint in de lever: maakt VLDL -> via capillairen en LPL de TGs naar de brandstof nodig hebbende cellen
- VLDL wordt IDL -> LDL, vooral cholesterol blijft over -> brengt dat naar de cellen -> alles wat over is gaat via LDL receptor de lever in
8
Q
LDL receptor mechanisme
A
- vangen LDL deeltjes op -> binding via Apo-B -> opgenomen in coated vesicle -> receptor wordt gerecycled, LDL wordt afgebroken
- PCSK9 wordt gemaakt in de cel, komt op het oppervlak en als het in dat complex zit wordt de receptor niet gerecycled maar afgebroken -> meer cholesterol in bloed
9
Q
Familiaire hypercholesterolaemie
A
- foutje in gen, heb je minder LDLR, kan je minder LDL opnemen en blijft er meer in het bloed
- soort ring om ogen, verdikte achillespezen of xanthelasmeta
10
Q
HDL-pathway
A
HDL kan cholesterol opnemen uit de vaatwand en zich vullen met cholesterol -> esterificering door LCAT -> HDL wordt of direct opgenomen in de lever of wordt LDL -> teruggevoerd naar de lever
11
Q
Lipoproteïne (a)
A
- variant LDL
- verbonden aan apoB
- zeer athrogeen
- kortere staart hebben een hoger Lp(a), een hoger risico op hart- en vaatziekten
- functie onbekend