W14PD2: Polyneuropathie Flashcards
1
Q
Vragen bij mogelijke polyneuropathie
A
- doofheid voeten/handen
- tintelingen voeten
- watten lopen
- pijn bij aanraken
2
Q
EMG
A
- axonaal probleem: amplitude verlaagd
- myeline probleem: geleiding vertraagd
3
Q
Neuropathie bij diabetes
A
- langzaam progressief
- symmetrische distale overwegend sensibele neuropathie
- gevoelsstoornissen komen erg vaak voor
- autonome neuropathie
- ook mononeuropathie of plexopathie
- behandeling: amitriptyline, pregabaline, andere anti-epileptica
4
Q
GBS: Guillan Barré Syndroom
A
- meestal voorafgaande infectie
- snel progressieve opstijgende verlamming(<4 wkn max)
- gevoelsstoornissen
- parese (25% beademing noodzakelijk)
- meestal sensibiliteitsstoornissen
- lage- of afwezige reflexen
- hersenzenuwuitval
- autonome functiestoornissen
- iv immunoglobuline
5
Q
Chronisch inflammatoire demyeliniserende polyneuropathie (CIDP)
A
- krachtsverlies en gevoelsstoornissen
- progressief > 8 wkn
- distale en proximale spierzwakte
- lage of afwezige reflexen
- liquor: verhoogd eiwit
- EMG: demyelinisatie
- IVIg of corticosteroïden
6
Q
Hereditaire neuropathie
A
- hele dunne onderbenen
- chronische neuropathie, begint meestal in jeugd
- positieve familie-anamnese
- holvoeten en hamertenen
- distale zwakte en gevoelsstoornissen, areflexie