W11HC4: Stoornissen in de ontwikkeling taal en leren Flashcards
1
Q
Nodig voor taal
A
- fonologie (afgrenzing naar spraak toe, afwisseling klinker en medeklinkers, articulatie)
- semantiek: het woord (bouw, structuur)
- syntaxis: zinsbouw
- morfologie: vorm van het woord in de zin
- pragmatiek: uitdrukken wat je voelt en denkt
2
Q
Normale ontwikkeling spraak
A
- 1 jr: een woordje naast mama en papa
- 2 jr: die en dat met aanwijzen, 2 woordzinnen
- veel variatie, daarom minimum
- stimulatie: alleen horen praten helpt om iig een normale ontwikkling te bereiken
- pas vertraging bij minder dan 50 woorden op 24 maanden
3
Q
TOS (taalontwikkelingsstoornis): criteria
A
- Taal niveau is beduidend lager dan non verbaal intelligentie niveau
- Taalproblemen interfereren met schoolresultaten of sociaal functioneren
- Bij andere problematiek zijn de taalproblemen ernstiger dan verwacht (bijv bij verstandelijke beperking)
4
Q
Prevalentie
A
- 1-13%
- naarmate kinderen ouder worden daalt het cijfer
- vaker jongens dan meisjes
5
Q
Etiologie
A
- genetische component bij ontstaan
- bij familie leden vaak sprake van laat spreken als kind
- invloed omgevingsfactoren zoals SES
- woordenschat wordt te vaak gezien als maat van intelligentie
- comorbiditeit: gedragsproblemen, angsten, stemmingsklachten
6
Q
Behandeling taalstoornis
A
- psycho-educatie taalstoornissen
- gericht taalstimulering: logopedisten, clusterscholen
- ouderbegeleiding
- schoolaanpassing/Remedial Training
7
Q
Taalstoornis prognose
A
- prognose expressieve beter dan gemengd
- expressieve wisselend prognose, gedeeltelijk spontaan herstel
- taalstoornis icm psychiatrische, sociale en/of emotionele problemen slechtere prognose