W11HC5: Verworven taal- en spraakstoornissen Flashcards
1
Q
Dysartrie
A
= spraakstoornis
- probleem in motorische systemen die mond/keelspieren aansturen
- spraak vaak moelijk verstaandbaar, slechte articulatie
- vaak ook slikproblemen
- taal is inhoudelijk goed
2
Q
Cerebellaire dysartrie
A
- in cerebellum
- wisselingen in toonhoogte, stemvolume
- door alcoholintoxicatie, stroke
3
Q
Bulbaire dysartrie
A
- in perifeer motorisch neuron
- spierzwakte, nasale spraak
- door myasthenia gravis, hersenstaminfarct
4
Q
Pseudobulbaire dysartrie
A
- in bilaterale piramidebaan
- tongmotoriek gestoord, vaak dwanglachen/-huilen
- door multipele herseninfarcten, ALS
5
Q
Extrapiramidale dysartrie
A
- in basale kernen
- hypokinetisch (zacht, monotoon), hyperkinetisch (uitschieters volume)
- door M. Parkinson, M. Huntington
6
Q
Aandachtspunten NO bij mogelijke dysartrie
A
- spontane spraak: stemvolume, articulatie
- verbale diadochokinese: papapa-kakaka-tatata-pakatapakatapakata
- tongtwisters
- kracht mond/tongspieren
Overige afwijkingen zoals: - cerebellair syndroom: ataxie armen en benen, koorddansersgang
- spierzwakte gelaat, nekspieren, ledematen, provocatie
- piramidebaanverschijnselen: spasticiteit, pathologische reflexen
- extrapiramidaal: bradykinesie, tremor, chorea
7
Q
Afasie
A
= taalstoornis
- inhoud vd taal is gestoord
- in principe geen slikproblemen
- vaak ook problemen met lezen en schrijven
8
Q
Broca afasie
A
- expressief
- lokalisatie frontaal
- hakkelende spraak, agrammatisme
- spreekt weinig, soms fonetische parafsaieën
- begrip vaak intact
- bewust van stoornis
9
Q
Amnestische afasie
A
- aspecifieke lokalisatie
- woordvindproblemen, gestoorde zinsherhaling
- geen spraakdwang
- nazeggen gestoord
- fonetische parafasieën
- bij dementie
10
Q
Globale afasie
A
- frontotemporoparietaal
- vrijwel mutistisch, fors gestoord begrip
- bij grote herseninfarcten, dementie
11
Q
Wernicke afasie
A
- sensorisch
- temporaal/pariëtaal
- taalbegrip gestoord, benoemproblemen, maar sterk vloeiende spraak
- semantische parafasiëen, omschrijvingen, neologismen
- vaak niet bewust van stoornis
11
Q
Globale afasie
A
- frontotemporoparietaal
- vrijwel mutistisch, fors gestoord begrip
- bij grote herseninfarcten, dementie
12
Q
Oorzaken afasie
A
- lokalisatie bepaalt type
- acuut: hersenbloeding of infarct
- subacuut: virale of auto-immuunencefalitis
- geleidelijk: neurodegeneratief, ruimte-innemend proces