stationsproef master (internet) Flashcards

1
Q

Algemene principes wondzorg

A

TIME
T= tissue (necrose/ aspect weefsel)
I= infection (geur/kleur/aspect)
M= moister (nat/droog)
E = Edge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Risicofactoren drukwonde

A
  • immobilisatie
  • Malnutritie
  • reduced perfusion (volume depletie/ hypotensie/vasomotor falen/ perifeer vaatlijden)
  • sensorische uitval
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Behandeling infectie huid

A

Flucloxacilline 4x500 mg/dag

Peri-anale regio: amoxiclav 3x 500/125 mg/dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Behandeling psoriasis

A
  1. Lokaal
    - Corticosteroïden afhankelijk van lokalisatie
    Gelaat: zwak
    Extensorzijdes / genitalia: matig
    Scalp/ teen: sterk/zeer sterk
    - Vitamine D
    - Combinatietherapie (dovobet)
  2. Fototherapie
    cave zwangerschap
  3. Systemische CS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Klinisch onderzoek veneuze insufficiëntie
NEEM DE TIJD OM DE VENEN VOL TE LATEN LOPEN

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Behandeling veneuze insufficiëntie

A
  1. Vermijd immobilisatie
  2. Compressietherapie
  3. Venotonica (Daflon)
  4. Sclerotherapie/ chirurgie/ laserablatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Malinge melanoom

A

Asymmetrie
Border irregularity
Colour = alle kleuren van de regenboog
Diameter > 5 mm
Evolution

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Anticonceptie:
Vrouw >35 jaar en rookster

A

Geen oestrogenen vanwege verhoogd risico DVT

  1. POP
    (verminderde fertiliteit)
  2. LARC- methode; Cu-/ hormonaal IUCD, prikpil, implantaat
  3. Barrière methode
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Anticonceptie:
Vrouw BMI > 30

A

Relatieve CI COC (verminderde werking), geen progesteron-only (gewichtstoename, ongunstig effect lipidenprofiel)

  1. IUD (Cu-/ hormonaal)
  2. Barriere methode
    (3. COC)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Anticonceptie:
Migraine met aura

A

Geen COC (uitlokken hoofdpijn)

  1. POP (indicaties POP) / implantaat
  2. IUD
  3. Barrière methodes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Anticonceptie:
Leverinducerende medicatie

A

(!! anti-epileptica; st-Janskruid)

verhogen van dosis COC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Anticonceptie
VG van DVT

A

Absoluut geen hormonen !!

  1. Cu-spiraal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Anticonceptie:
Cardiovasculair belastte patiënt

A

Geen CI oestrogenen indien geen verhoogd risico op DVT.
Dus wel CI VKF
Geen prikpil omwille van ongunstig lipidenprofiel

  1. POP/ implantaat
  2. IUD met levonorgestrel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Anticonceptie:
Leveraandoeningen

A

Geen COC of progesteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Preconceptie raadpleging

A
  1. Leeftijd, lengte en gewicht moeder
    - >30 jaar = meer risico op subfertiliteit, miskraam, doodgeboortes en aneuploidie
  2. Gynaecologische anamnese
    - eerste of multipele zwangerschap
    - verloop vorige zwangerschap
    - verloop vorige bevalling
    - huidige kinderen: geslacht, leeftijd, ontwikkeling, fles- en/ of borstvoeding
    - voorgeschiedenis van heelkunde
    - gebruik van anticonceptie
    - risico op SOA
  3. Chronische aandoeningen moeder die kunnen verergeren
    - Neuro: epilepsie
    - Endocrino: schildklier, diabetes
    - Pneumo: astma en COPD
    - Cardio: hartfalen, AHT, DVT
    - Infectie ziekten (TB) / reizen (Zika)
    - Nefro: voorafbestaande nierziekten / systeemaantasting door andere aandoeningen
    - Systeemaandoeningen
    - Tandproblemen
    - Psychiatrische aandoeningen
  4. Medicatiegebruik
  5. Gebruiksmiddelen (alcohol/ roken/ drugs)
  6. Familiale VG (meerlingen, congenitale en erfelijke aandoeningen, aneuploidy)
  7. Sociaal
  8. Vaccinatiestatus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Behandeling menopauze

A
  1. premenopauzaal met conceptiewens
    - orale anticonceptie (COC)
    - POP
    - bij aanwezigheid spiraal: edstradiol 1 mg/dag oraal of estradiolpleisters
  2. premenopauzaal zonder conceptiewens
    - combinatie therapie (14 dagen estradiol 1 mg/dag vervolgens 14 dagen estradiol 1 mg/ dyhydrogesteron 10 mg oraal)
  3. postmenopauzaal
    - combinatietherapie of estradiol 1 mg/ norethisteron 0,5 mg oraal
  4. Bij vrouwen zonder uterus
    - geen progestageen, wel oestrogeen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Behandeling vaginale atrofie

A

vaginale ovules / cremes: estriol 0,5 mg/ dag/ 2 weken
daarna onderhoudsdosis 2x/week

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Behandeling chlamydia infectie

A
  1. Azythromycine 1x1 co 1 g
  2. Doxycycline 7 dagen 2x500 mg /dag (= zwangerschap!)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

differentieël diagnose vasomotorische klachten

A

vasomotorische klachten = opvliegers

  • menopauze
  • alcohol gebruik
  • hyperthyro¨die
  • angst of paniekstoornissen
  • vasodilatoren (Ace-I, nitraten, calcium antagonisten)
  • tamoxifen
  • opiaten en antidepressiva (TCA en SSRI)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Waarom geen screeningsmammografie <40 jaar

A
  1. Moeilijke interpretatie door dichtklier weefsel
  2. stralenbelasting
  3. geen evidentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Differentieël diagnose claudicatio

A
  1. Arterieël (pijn beterend bij rust)
  2. Neurogeen (pijn beterend bij zitten)
  3. Locomotorisch:
    - spierscheur
    - loge syndroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

CHA2DS2-VaSc

A

C = congestive heartfailure (+1)
H = hypertension (+1)
A= Age (>65 = 1 point, >75= 2points)
D= Diabetes (+1)
S= Stroke (+2)
Va= vascular disease (+1)
Sc= sex category (+1 female)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Risicofactoren AHT

A

Geslacht (man > vrouw)
Roken (aantal rookjaren) / alcohol/ drugs
DM II
Cholesterol
BMI

Daarnaast bevragen: leeftijd, psychosociale stress, voeding en beweging, familiale voorgeschiedenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Linkerhartfalen
- Treatment

A
  • Behandel onderliggend lijden (Ischemisch, VKF, infectie, kleplijden)
  • Life-style interventies (statines)
  • Farmacologische interventies
  • Vocht: thiazidediuretica met zoutrestricties
  • Output: ACE-I
  • Associeer een B-blokker
  • Overweeg antico indien VKF
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Reumatoïde arthritis

A
  1. Gewrichtsaantasting
    - Symmetrisch
    - Zwelling van één of meerdere gewrichten
    - Ochtendstijfheid
    - Voornamelijk aantasting kleine gewrichtjes hand (PIP en MCP) en voet (MTP) en cervicale wervelkolom. (verminderde grijpkracht)
    - Kraakbeen deconstructie met vorming van RA noduli
  2. Systeemaantasting
    - Episcleritis en scleritis (pijnlijke, rode ogen)
    - Sjögren (droge ogen en droge mond)
    - Nieraantasting en vasculitis
    - Gewichtsverlies, nachtzweten en laaggradige koorts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Diagnostisch aanpak RA en behandeling

A
  1. Labo met CoFo (inflammatoir), sedimentatie, CRP, RF en anti-CCP
  2. RX (CT) voor gewrichtsaantasting
  3. Gewrichtspunctie indien unilaterale zwelling gewricht of twijfel over etiologie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Duizeligheid
- differentieël diagnose

A
  1. BPPV
  2. Perifeer vestibulair syndroom (neuritis vestibularis)
  3. Syndroom van Menière
  4. Centraal vestibulair syndroom
  5. Hyperventilatie
  6. Orthostatische hypotensie
  7. Metabole aandoeningen
    - Hypothyroïdie
    - Hypo-/ Hyperglycemie
    - Anemie
    - Ionenstoornissen
  8. Vasovagale reactie
  9. Ritmestoornis
  10. Medicatie
  11. Acusticus neuronoom
  12. Migrane, MS
  13. cervicale arthrose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

BPPV

A
  • houdingsgebonden
  • aanvallen van enkele minuten
  • Epley-manoevre
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Perifeer vestibulair syndroom
(neuritis vestibularis)

A
  • continue duizeligheid
  • spontaan opgekomen (geassocieerd met verkoudheid)
  • geen geassocieerde symptomen
  • horizontorotatoire nystagmus
  • gestoorde evenwichtstesten (Romberg, Babinski-Weil, Unterberg)
  • spontane resolutie (R/ anti-emetica)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Syndroom van Menière

A
  • paroxysmale duizelingen
  • perceptief gehoorsverlies
  • tinitus
  • nystagmus
  • aantasting tot doofheid / uitval evenwichtsorgaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Centraal vestibulair syndroom

A
  • duizeligheid
  • Geassocieerde symptomen: dysartrie, ataxie, afasie, diplopie
  • CT of MRI (CVA)
  • aanpak van CV-risicofactoren + antistolling !!
32
Q

Hyperventilatie

A
  • geassocieerd met stressvolle situatie
  • tintelingen in puntje tong en vingers
  • gevoel geen adem meer te kunnen krijgen
33
Q

Behandeling status epilepticus

A

IV lorazepam (0,1 mg/kg) over enkele minuten
+ 1 van de volgende
- Valproaat (Depaking) (25 mg/kg over 5 min in 5% glucose)
- Fenytoïne (18 mg/kg) onder cardiale monitor (bloeddruk val en ritmestoornis)

indien geen resolutie
- algehele narcose onder eeg monitoring

34
Q

Behandeling acuut open hoek glaucoom

A

= absolute urgentie

  • mannitol IV
  • diamox
  • pilocarpine
  • litican
  • iridotomie
35
Q

“Knobbeltje in de hals”

A
  • Chronologie (sinds wanneer / evolutie)
  • Aard (hard / zacht/ pijnlijk)
  • Geassocieerde symptomen
  1. Functioneel (hyperthyroïdie)
  2. Mechanisch (stridor/ obstructie/ heesheid/ dysfagie)
  3. Adenopathieën
  • familiale VG schildklier maligniteit
  • medicatie
36
Q

Hyperthyroïdie
(S/, D/, R/)

A

cave risico op thyrotoxische storm (cave absolute urgentie)

  • gewichtsverlies
  • hyperthermie en zweten
  • aggitatie
  • subfertiliteit

D/ Palpatie schildklier (Goiter), labo met cofo, CRP en TSH
TSH <0,8 T4 is hoog

R/ thyrostatica (strumazol) / destructief met radioactief jood

37
Q

Hypothyroïdie
(S/, D/, R/)

A
  • gewichtstoename
  • koud
  • sloom/ traag

D/ Labo met TSH en vrij T4 (TSH >10 en vrij T4 = laag)

R/ L-thyroxine

38
Q

Teken van pemberton

A

= obstructie van v. cava superior bij elevatie bovenste ledematen

39
Q

Opvolging DM

A
  1. Microvasculair
    - Oftalmoloog
    - Podoloog
    - Nefroloog
  2. Macrovasculair
    - Risicofactoren
    - Symptomen
  3. Autonoom zenuwstelsel
    - gevoelsstoornissen
    - vertraagde maaglediging
    - erectiele dysfunctie
    - gevoel op watten te lopen
40
Q

Patiënt ziet geel (+/- veralgemeende jeuk)

A
  1. Cholestase = opstapeling van gal door obstructie van de galwegen
    - Icterus
    - Jeuk
    - Xanthelasmata
    - Vermoeidheid
  2. Hemolyse
    - anemie
    - bleek
    - donkere urine en witte stoelgang
  3. Algemeen
    - vermagering
    - koorts

Dx: echo bovenbuik

  • dilatatie van buitenste galwegen:
    d.d. ampulloom, pancreasCa, choledocholithiasis, zwangerschap
  • geen dilatatie: leverbiopsie en biochemie (As, auto-immuunparameters)
    d.d. acute hepatitis (viraal, medicamenteus, toxisch), levercirrose, primaire biliaire cirrose (PBC) en primaire scleroserende cholangitis (PSC), genetische syndromen.

Rx: afhankelijk van oorzaak

  • obstructief = opheffen van obstructie
  • intra-hepatische galwegen = symptomatisch
    R/ questran of Cholestyramine, rifampycine en UV-B lichttherapie
    vitamine ADEK en osteoporose protectie
    Ursofalk
41
Q

Welke medicamenten induceren hepatitis?

A
  • NSAIDs
  • Amiodarone
  • COC
  • steroïden
  • bepaalde AB (tetracyclines)
42
Q

Zwelling in de buik

A

Inspectie
1. Liesbreuk = boven lig. inguinale
- mannen&raquo_space;> vrouwen

  1. Dijbreuk = onder lig inguinale
    - vrouwen&raquo_space;> mannen
    - groter risico op complicaties

Complicaties
- Reduceerbaar
- Hard/ zacht
- geassocieerd

43
Q

knobbeltje in hals
- differentieël diagnose

A

95% benigne - 5% maligne

90% uitgaande van thyrocyt
- schildkliernodulus

10% uitgaande van andere structuren
- lymfoma, M+,clear cell

Dx: echografie en biochemie (TSH en T4)

letsel verdacht van maligniteit:
- Schildklierscintigrafie ikv schildklierfunctie

  1. Hyperthyroïdie
    contrastcapterend = warme nodulus (100% benigne)
    koude nodulus (zie eu-/ hypothyroïdie)
  2. Eu-/ hypothyroïdie
    Nodulus <15 mm zonder verdachte kenmerken: geen FNAC
    Nodulus >15 mm of verdenkingen maligniteit: FNAC

verdere R afhankelijk van Bethesda classificatie letsel
1-3: follow-up of heelkundige resectie
4-5: heelkunde noodzakelijk

R/
Benigne: jaarlijkse controle letsel + TSH
Benigne + hinderlijk/ functioneel: heelkunde/ radio actief J
Maligniteit: heelkunde + aanvullende therapie

43
Q

knobbeltje in hals
- differentieël diagnose

A

95% benigne - 5% maligne

90% uitgaande van thyrocyt
- schildkliernodulus

10% uitgaande van andere structuren
- lymfoma, M+,clear cell

Dx: echografie en biochemie (TSH en T4)

letsel verdacht van maligniteit:
- Schildklierscintigrafie ikv schildklierfunctie

  1. Hyperthyroïdie
    contrastcapterend = warme nodulus (100% benigne)
    koude nodulus (zie eu-/ hypothyroïdie)
  2. Eu-/ hypothyroïdie
    Nodulus <15 mm zonder verdachte kenmerken: geen FNAC
    Nodulus >15 mm of verdenkingen maligniteit: FNAC

verdere R afhankelijk van Bethesda classificatie letsel
1-3: follow-up of heelkundige resectie
4-5: heelkunde noodzakelijk

R/
Benigne: jaarlijkse controle letsel + TSH
Benigne + hinderlijk/ functioneel: heelkunde/ radio actief J
Maligniteit: heelkunde + aanvullende therapie

44
Q

kenmerken van maligniteit op echografie

A
  • > 15 mm
  • onregelmatig
  • hypo-echogeen
  • calcificaties
  • hypervasculair
  • LAP’s
45
Q

Gevaar hyperthyroïdie

A

Thyrotoxische storm
- symptomen van hyperthyroïdie: zweten, opgejaagd gevoel, gewichtsverlies, hartkloppingen, koorts bij patiënt met VG van schildklierproblemen
- op ECG: VKF, ritmestoornissen, tachycardie

gevaar: cordecompensatie, myocardinfarct, rhabdomyolyse

46
Q

patiënt met opgejaagd gevoel, gewichtsverlies

A

= vermoeden van hyperthyroïdie

  • opgejaagd gevoel, zweten, hartkloppingen
  • diarree, vermagering
    -subfertiliteit, amenorroe, onregelmatige cyclus
  • mechanische klachten?

d.d. ziekte van Graves, 1e fase thyroïditis, medicamenteus

KOZ:
- inspectie van patiënt (orbitopathie graves!)
- palpitatie schildklier

Dx:
- biochemie: TSH onderdrukt, T4 hoog.
- echografie
- schildklierscintigrafie:
hypercaptatie = ziekte van graves
hypocaptatie = thyroïditis
focus = toxische nodulus

R:
- altijd behandelen!
- Thyrostatica = strumazol
- Destructief = heelkunde / geioniseerd jodium

47
Q

Medicatie die hyperthyroïdie induceren

A
  • amiodarone
  • TKI (= imatinib)
48
Q

Patiënt met vermoeidheid, gewichtstoename ondanks verminderde eetlust

A

vermoeden van hypothyroïdie

  • gewichtstoename zonder eetlust
  • menstruatie klachten

KOZ: schidlklierpalpatie

Dx: biochemie met TSH, indien TSH = hoog, herhalen van test met
- TSH en vrij T4
- anti- TPO

verder geen beeldvorming vereist

R/ enkel indien symptomatisch, TSH + anti-TPO positief of TSH>10 mU/l
- L-thyroxine

bij zwangerschap: oplaaddosis + hoge dosis
indien TSH torenhoog: start low, go slow

49
Q

Klinisch onderzoek RA

A
  1. stel je zelf voor en bevestig identiteit patiënt
  2. ontsmet je handen

Altijd beide handen

Inspectie:
- zwelling en roodheid van gewrichten
- typische afwijkingen (aan duimgewricht en Swann-hals)
- nagels

Palpatie
- palpeer gewrichten met C
- aandacht voor drukpijn

Beweging
- namaste beweging en omgekeerd rug tegen elkaar
- vuist (let op dat alle vingers in de palm zitten)
- kracht en pincer grip!

50
Q

inflammatoire pijn MSK

A
  • nachtelijke pijn (2e helft van de nacht, pte wordt hiervan wakker)
  • ochtendstijfheid >1 uur
  • beter met bewegen
  • pijn in rust

Vraag naar geassocieerde auto-immuun symptomen:
- gewichtsverlies
- koorts
- ogen (Iritis, uveïtis)
- huidafwijkingen

51
Q

Mechanische pijn MSK

A
  • na belasting (‘s avonds&raquo_space; ‘sochtends)
  • startpijn
52
Q

Gynaecologische infecties

A
  1. Candida
  2. Bacteriële vaginose
  3. Trichomoniasis
  4. Gonorrea
  5. Chlamydia trachomatis
  6. Syfyllis
53
Q

Candida

A
  • cottage cheese
  • roodheid met satellietletsels
  • jeuk!

R/Miconazolenitraat 400mg 1x/dag ovule of fluconazole 150 mg eenmalig

54
Q

Bacteriële vaginose

A
  • overvloedige afscheiding
  • visgeur
  • clue cells

R/ clindamcinecreme 1x dag/7 dagenof metronidazole 2x 500 mg/ 7 dagen

55
Q

Trichomoniasis

A
  • geelgroene vaginale afscheiding
  • colpitis macularis

R/ Flagyl 2g pos eenmalig

56
Q

Gonorrea

A

R/ ceftriaxone 125-250 mg IM eenmalig

57
Q

Chlamydia trachomatis

A

R/ Azythtomycine 4x 250 g eenmalig

58
Q

Anamnese “gezwel in borst”

A
  • afmetingen
  • consistentie (hard/ zacht, pijnlijk/ pijnloos)
  • bilateraal / unilateraal
  • chronologie (sinds wanneer - evolutie)
  • afwijkingen op de huid - ontstaan eczeem/ roodheid
  • tepelafwijkingen (retractie)
  • gebonden aan cyclus (cysten, fibroadenomen)
  • tepelvocht verlies
59
Q

Tepelvocht verlies

A

belangrijk: unilateraal of bilateraal

d.d. bilateraal
- tepelstimulatie
- prolactina (zws)
- schildklier lijden
- medicatie (TCA, SSRI, metoclopramide en domperidon)

60
Q

gezwel borst: differentieel diagnose

A
  1. Fibroadenoom
    - < 30 jaar
    - bengine
    - 10% bilateraal, meestal uniek
    - gevoelig aan groei hormonen ! (zwangerschap)
  2. Cysten
    - <30 jaar
    - afhankelijk van hormonale status (cyclus!)
    - echografie
  3. acute mastitis
    - borstvoeding
    - cave maligniteit, waarvoor echografie)
  4. papilloom
    - unilateraal tepelvocht verlies
  5. borstca
    - leeftijd >50 jaar frequent maligne
61
Q

anamnese pediatrie

A
  • Voeding: drinkt het kindje nog voldoende? Wilt het nog vast voedsel eten?
  • Braken
  • Urine: normaal, frequentie normaal
  • Stoelgang: normaal?
  • Huidafwijkingen
  • Activiteit: levendig / ziek hangerig kind
  • Koorts: hoe lang? hoe hoog? reactie op pijnstilling?
  • Pijnstilling gegeven
  • Familieleden ziek
  • Lengte en gewicht
  • Vaccinatie status
62
Q

kindje dat geel ziet
- gevaar

A

<24 uur = nooit fysiologisch
d.d. hemolytische anemie, ABO-incompatibiliteit, rhesus, congenitale infecties

24-72 uur
d.d. borstvoeding, congenitale infecties, polycythemie, urineweg infecties (geconjugeerd !)

> 72 uur
d.d. pyloor stenose, infectie, hypothyroïdie

gevaar: acute bilirubine induced encephalopathy en op latere termijn de verwikkelingen van kernicterus (cerebral palsy, blindheid/ doofheid)

63
Q

Triage coarctio aorta

A

Tachypnee, tirage en hepatomegalie

64
Q

ontwikkelingsstadia kind

A

3 maanden
- kan hoofd met nekspieren stabiliseren
- kan dingen aanpakken met duim en wijsvinger
- reageert op aanspreken

6 maanden
- kan rechtopzitten (met steun)
- kan dingen zelfstandig oppakken
- geluiden
- geniet van familie

9 maanden
- kan recht staan met steun
- pakt dingen op/ laat ze vallen
- muzikaal gezan
- stranger shyness

12 maanden
- kan lopen
- kan wijzen
- 2 woorden papa, mama
- stranger shyness

65
Q

respiratoire distress bij kindjes
d.d.

A
  1. Kroep (= acute laryngotracheobronchitis)
  2. Epiglotitis = absolute urgentie
  3. Bronchiolitis
  4. Astma
66
Q

Kroep (= acute laryngotracheobronchitis) bij kind

A
  • heesheid / blafhoest
  • stridor
  • koorts

R/ dexamethasone p.os en ernst: adrenaline + zuurstof

67
Q

Epiglotitis bij kind

A

= absolute urgentie

R/
- geen manipulatie van keel !
- evt. vrije luchtweg garanderen dmv. intubatie
- adrenaline, IV AB

68
Q

Bronchiolitis bij kind

A
  • kinderen <2 jaar
  • hoest, stridor en dyspnee
  • afhankelijk van ernst. Virale oorzaak
69
Q

Letsels van de knie met bijpassende beweging
- Voorste kruisbandletsel
- achterste kruisband
- mediale ligament

A
  1. ACL ruptuur = interne draaibeweging
    - sporten met korte draaibeweging en grote kracht
    - skieën, squash, motorcross
  2. PCL = frontale impact op tibia of hyperflexietrauma
    - dashboard injury
  3. mediale ligament = valgus
70
Q

Hoofdpijn d.d.

A
  1. Spanningshoofdpijn
  2. Migraine
  3. Clusterhoofdpijn
71
Q

Spanningshoofdpijn

  • Aard en intensiteit
  • lokalisatie
  • tijdsduur en verloop
  • geassocieerde symptomen
  • uitlokkende factoren
  • behandeling
A
  • Licht tot matig - drukkend
  • holocranieël bandvormig
  • uur - dagen, ‘s avonds
  • geen geassocieerde symptomen
  • spanning, stress, vermoeidheid

R/ paracetamol

72
Q

Migraine

  • Aard en intensiteit
  • lokalisatie
  • tijdsduur en verloop
  • geassocieerde symptomen
  • uitlokkende factoren
  • behandeling
A
  • matig - ernstig, kloppend
  • hemicranieël
  • dagen
  • aura’s/ nausea en braken
  • afhankelijk van persoon tot persoon (chocolade, warmte, slaapgebrek)

R/ NSAIDs + gastro-prokineticum en triptanen
- Onderhoud: niet-selectieve b-blokker, antiepileptica en triggersvermijden

73
Q

Clusterhoofdpijn

  • Aard en intensiteit
  • lokalisatie
  • tijdsduur en verloop
  • geassocieerde symptomen
  • uitlokkende factoren
  • behandeling
A
  • ernstig, stekend
  • unilateraal periorbitaal
  • 15-180 minuten in clusters van weken
  • ipsilateraal autonoom (horner, speekselvloed)

R/ 100% zuurstof + triptanen
CS, verapamill en lithium

74
Q

rood oog
- ziektekiem geassocieerd met lensdragers en tropische zwembaden

A

acanthamoeba keratitis