CBL pneumo Flashcards
Nodulair letsel: scherp begrensd
-> bijna nooit primaire longtumor
-> maar kan wel metastase zijn
(CAVE bij oncologische VG!)
DD hamartoom met verkalkingen
Nodulair letsel: spiculair of onscherp begrensd
mogelijks primaire longtumor
(dus meer kans op maligniteit)
Solitaire pulmonale nodulus: benigne of maligne?
(Frequent)
Kan benigne ‘toevalsvondst’ zijn
50% malige -> altijd uitsluiten!
- hiervan 70% primair
- 30% M+
Enige zekerheid: geen evolutie 2 jaar na vorige RX thorax (altijd vergelijken!)
- Kruimelige verkalking -> eerder benigne
(vet + kalk -> wss hamartoom)
- < 30 j: 80% benigne, > 60 j: 80% maligne
(hoe ouder hoe meer kans maligne)
- Niet-roker -> minder kans bronchusCa
- PET: geen opname -> eerder benigne
(CAVE letsel < 1 cm: kleurt vaak niet aan)
Twijfel -> APO
Nodulair letsel longen
≤3cm
volledig omgeven door longweefsel + geen klieren op CT.
Vaak asymptomatisch.
(hoesten kan zelden/nooit verklaard worden door SPN)
50% benigne, 50% maligne.
CEA
↑ adenocarcinomen (long, colon) (normaal 0-10)
CEA ook licht ↑ bij roken; maar >10 is verdacht!
Cave: scherp begrensd letsel met ↑ CEA => meta v CRC wss
spirometrie interpretatie
(1) Tiffeneau (FEV1/FVC) < LLN (-1,64) of 70% [obstructief]
(2) kijk nr TLC:
< LLN: gemengd
> LLN [hyperinflatie]: obstructie
//
(1) Tiffeneau > LLN
(2) kijk nr TLC:
< LLN: restrictie
> LLN: (3) kijk nr VC: > LLN = normaal (< LLN: obstructie)
DD
* Adenocarcinoom vd long (CEA ↑↑, RF: roken!)
* Meta
* TBC (granulomen)
* Longabces (verhaal v koorts, ↑ CRP, pneumonie, luchtvocht beeld)
* Sarcoidose (meerdere, kleine nodulaire letsels)
* Aspergilloom (vooral bij pt met immuundepressie)
* Hamartoom (benigne longtumor, scherp begrensd, vaak wat verkalkt & vet erin. GEEN groei)
* Carcinoïd tumor: maligne, NET, vaak centraal gelegen (hemoptoe, retro-obstructieve pneumonie); jonge mensen; groeit trager dan primair longadenocarcinoom
Vaak doe je als aanvangstherapie: vroegere beeldvorming opvragen + bronchoscopie met biopsie
/
waar aan denken bij duivenmelker
extrinsieke allergische alveolitis
extrinsieke allergische alveolitis
=> interstitieel longlijden
S/ wheezing/droge hoest/ koorts
meestal meerdere diffuse micronoduli
maar een granuloma kan ook
veren en vogelpoep als oorzaak (= duivenmelkerslong): specifiek antigeen “avian proteïnes”
longtumor: vss presentaties
=> recent ontstane letsel, onscherpe begrenzing, CEA↑ bij maligne tumoren
- primair long ca
- longmeta
- carcinoïd tumor
- hamartoom
- lymfoom
tumormarker KCLC
NSE
Solitaire pulmonale nodulus: DD
Aspergillus: kan coin lesion geven
-> bij immuungecompromiteerde patiënt
TBC of sarcoïdose: meestal meerdere coin lesions
RX empyeem/effusie: hoog eiwit
juist
Empyeem kliniek
= ophoping van pus in de thoraxholte,
E/
- meestal veroorzaakt door een bacteriële pneumonie verwikkeld met effusie.
- (andere E/ geruptureerd abces, carcinoom, slokdarmruptuur (= syndroom van Boerhaave), trauma, abces, postop, etc)
S/
- initieel vergelijkbaar met pneumonie (koorts, vermoeidheid, anorexie, zweten, sputa)
- evt pijn bij ademen (DD pleuritis);
- dyspnoe
Empyeem D/
evacuerende punctie pleuravocht (op echo/CT geleide)
→ kweek voor bacterie & antibiogram
→ pH < 7,20; ↓ glucose; ↑ LDH; ↑ Eiwit, leukocyten
DD/ ongecompliceerde parapneumonische vochtuitstorting: glucose > 30-40 mg/dL, pH >7,2
Empyeem R/
Bij helder pleuravocht, een negatieve Gram kleuring en een pH > 7,2 => geen drainage tenzij grote hoeveelheden
Bij purulent pleuravocht en/of een positieve Gram kleuring/kweek en/of pH ≤ 7,2 => drainage met dikke drain en spoelen met NaCl 0,9%
- thoraxdrain met suctie zo snel mogelijk (proberen binnen 24-28u te evacueren)
- ! fibrinolytica hebben geen meerwaarde
- indien multiloculair: thoracoscopische deloculatie en decorticatie + IV AB (onvoldoende dan thoracotomie)
salmeterol als noodmedicatie?
nee, is LABA (dus NIET snelwerkend)
salbutamol als noodmedicatie?
kan, SABA (snelwerkend)
formoterol
salmeterol
LABA
symbicort
budesonide + formoterol
(ICS + LABA)
ventolin
salbutamol = SABA
atrovent
ipratropium = SAMA
duovent
combivent
SAMA + SABA
spiriva
tiotropium = LAMA
glycopyrronium
LAMA
astma R/
vermijden van triggers
- allergenen
- aspecifieke prikkels (roken, BB, temp schommelingen)
desensibilisatie slechts in strikte indicaties
medicatie (symptomatisch) -> 5 stappen (GINA)
=> aanvalsmedicatie:
- lage dosis ICS - formoterol (zo nodig)
=> onderhoudsmedicatie:
- stap 1-2: lage dosis ICS - formoterol (zo nodig)
- stap 3: lage dosis ICS - formoterol (onderhoud)
- stap 4: medium dosis ICS - formoterol (onderhoud)
- stap 5: + LAMA (add-on), fenotype bepalen, overweeg hoge dosis ICS-formoterol
opm:
- formoterol = LABA
- gebruik van inhalatiesystemen aanleren
- alternatief: zie richtlijnen
trimbow
LAMA + LABA + ICS
inuvair
ICS + LABA
CAP kliniek
koorts
hoesten met purulent sputum, dyspnoe, pleurale pijn
niet-respiratoire klachten: nausea, braken, myalgie, arthralgie, hoofdpijn, onrust, …
//
KO: tachypnee, crepitaties (bij jonge mensen niet altijd), verminderd VAG, dofheid bij percussie
pneumonie
=> community-acquired pneumonia (CAP)
- definitie?
longontsteking
buiten ziekenhuis opname
< 72 u na hospitalisatie
> 72 u na ontslag
CAP groepen
CAP I
- CURB65 = 0
- geen comorbiditeit
-> ambulant
CAP II
- CURB65 = 1
- comorbiditeit of > 60j
-> ambulant
CAP III
- CURB65 = 2-3
-> hospitalisatie
CAP IV
- CURB65 = 4-5
-> intensieve zorgen
(op internet lijkt de indeling soms wat anders?)
CURB65
confusion
ureum > 42 mg/dl
RR ≥ 30/min
BDsyst < 90 mmHg of
BDdiast < 60 mmHg
> 65j
===> altijd opname vanaf 2
CAP belangrijkste verwekkers
S. Pneumoniae
H. Influenzae, M. Catarrhalis
CAP R/
empirische start amoxyclavulaanzuur (4x1g/d IV -> switch nr PO bij klin verbetering na 3d)
- bij allergie/intolerantie penicilline: moxifloxacine (= fluorochinolone)
Klinisch falen na 3d:
- switch naar moxifloxacine (atypische pneumonie?)
- of combi amoxyclav + clarithromycine (neomacrolide)
Ernstige pneumonie R/
(ernstige CAP III, CAP IV)
(CURB65 ≥ 2)
COMBINATIETHERAPIE:
Amoxiclavulaanzuur + Clarithromycine (of Moxifloxacine)
COPD pneumonie R/
Ceftriaxon (= cefalosporine)
CAP III en CAP IV: waar ook aan denken?
Legionella -> urinair antigen!
pneumonie beeld met positieve Galactomannan test(BAL) => D/
Aspergillus schimmelinfectie.
R/
- CS voor aspergillose
- als er mucositis/invasieve pneumonities is: voriconazole
verkoudheid: welke kiem meest wss?
influenza
- Typische virussen: Influenza A/B, parainfluenza, rhinovirus, coronavirus, RSV, hMPV
- Atypische kiemen: M pneumoniae, C pneumoniae, B pertussis
COPD exacerbatie. FEV 50, geen risicofactoren voor pseudomonas. Welke Antibiotica?
Amoxiclav
AE-COPD R/
bronchodilatoren opdrijven
systeem CS: medrol 32mg 1x/d, 5d
supportieve beh:
- acute op chron resp insuff: zuurstoftherapie
(CAVE carbonarcose)
- bv. beh hartfalen
igv tekens van infectie: AB
- amoxyclavulaanzuur (moxifloxacine bij allergie of falen na 3d)
COPD R/
ROOKSTOP
vaccinatie (influenza, pneumokokken)
kine
O2 therapie (voorwaarden)
chirurgie (longvolumereductie, transplantatie)
//
A) brochodilatator (LAMA)
B) LAMA + LABA
E) LAMA + LABA
-> evt + ICS (eosin > 300) = triple therapie
-> evt + azithromycine (freq exacerb)
COPD GOLD classificatie
(graad luchtwegobstructie)
FEV1 (% predicted)
GOLD1: 80-100
GOLD2: 50-80
GOLD3: 30-50
GOLD4: < 30
mMRC
(evaluatie symptomen)
0: alleen kortademig bij zware inspanning
1: alleen bij haasten op vlak terrein OF bij lichte helling oplopen
2: langzamer lopen dan leeftijdsgenoten op vlak terrein OF op adem komen bij lopen op eigen tempo
3: na 100m op vlak terrein lopen moeten stoppen
4: te kortademig om uit huis te gaan OF kortademig tijdens omkleden
COPD GOLD ABE model
A:
* 0-1 exacerbatie afgelopen jaar, geen hospitalisatie
* mMRC 0-1 (CAT < 10)
B:
* 0-1 exacerbatie afgelopen jaar, geen hospitalisatie
* mMRC ≥ 2 (CAT ≥ 10)
E (vroeger onderscheid groep C en D):
* ≥ 2 exacerbaties afgelopen jaar OF ≥ 1 met hospitalisatie
Roken + groene sputum.
Soms ook wat bloed sinds vele jaren.
TBC pos in jeugd
Nu foetor ex ore en trommelstokvingers, verspreide ronchi in de longen
Bronchiectasieën
- < - > Aan bronchusca kan evt gedacht w maar lijkt me minder wss: er ontbreken ook wat gegevens zoals leeftijd, recente verandering hoestpatroon….
Bronchiectasieën =
= Herhaaldelijke ontstekingen of infecties van de bronchiën veroorzaken extra slijm dat zich ophoopt in de luchtwegen. Leidt vaak tot longinfecties en een aanhoudende hoest met veel slijmen.
Aanhoudende hoest en veel slijmen op de voorgrond
Andere symptomen: moe, gewichtsverlies, dyspnee, hoofdpijn en wheezing
Interstitiële longaandoeningen =
uitgebreide heterogene groep van > 200 verschillende aandoeningen met:
- Verspreide alveolaire-interstitiële verdichtingen (radiologisch)
- Restrictief patroon met diffusiestoornis
- Diffuse aantasting alveolair epitheel, interstitium en endotheel