Les 7 gebaren Flashcards
1-10
les 7
1-10
11-19
les 7 02:20
11-19
20, 30, - 90
les 7
20, 30, - 90
22, 33, - 99
les 7 03:35
22, 33, - 99
21-30
les 7
21-30
71-80
les 7
71-80
100, 200, 300
les 7 05:43
100, 200, 300
101, 102, 103
les 7
101, 102, 103
1.000
les 7 06:12
1.000
1.100 of 1.100
les 7
1.100 of 1.100
2.000, 3.000, 4.000
les 7
2.000, 3.000, 4.000
3.985, 3.986
les 7
3.985, 3.986
MILJOEN
les 7 06:55
MILJOEN
MILJARD
les 7 06:59
MILJARD
NUMMER
les 7 07:05
NUMMER
GETAL
les 7 07:10
GETAL
JAARTAL
les 7 07:14
JAARTAL
1981
les 7
1981
ANDERHALF
les 7 07:24
ANDERHALF
2,5
les 7
2,5
+
les 7 07:45
+
-
les 7 07:49
-
=
les 7 07:54
=
./. GEDEELD DOOR
les 7 07:58
./. GEDEELD DOOR
X (keer)
les 7 08:04
X (keer)
=niet
les 7
=niet
REKENEN
les 7 07:40
REKENEN
TELLEN
les 7 01:47
TELLEN
OPTELLEN
les 7 08:25
OPTELLEN
AFTREKKEN
les 7 08:28
AFTREKKEN
KOMMA
les 7
KOMMA
1,7
les 7
1,7
WIE
les 7
WIE
WAT
les 7
WAT
WAAR
les 7
WAAR
WAAROM
les 7
WAAROM
WANNEER
les 7
WANNEER
WELKE
les 7
WELKE
WAARVOOR
les 7
WAARVOOR
HOE
les 7
HOE
HOEVEEL
les 7
HOEVEEL
HOE LAAT
les 7
HOE LAAT
Algemeen vraaggebaar
les 7
Algemeen vraaggebaar
2 + 2 = 4
les 7
2 + 2 = 4
3 x 1 = 3
les 7
3 x 1 = 3
2 ./.(gedeeld door) = 2
les 7
2 ./.(gedeeld door) 1 = 2
10,7 - 3 = 7,7
les 7
10,7 - 3 = 7,7
22 + 22 =niet 66
les 7
22 + 22 =niet 66
130 - 30 = 100
les 7
130 - 30 = 100
60 ./.(gedeeld door) 30 = 20
les 7
60 ./.(gedeeld door) 30 = 20
40,5 x 30 = 1.215
les 7
40,5 x 30 = 1.215
300 + 52 = 352
les 7
300 + 52 = 352
Ik ben in 1989 geboren.
les 7 11:01
Ik ben in 1989 geboren.
Hij is in 1971 geboren.
les 7
Hij is in 1971 geboren.
Rekenen vind ik leuk.
les 7 11:15
Rekenen vind ik leuk.
FORMEEL
les 7 00:27
FORMEEL
INFORMEEL
les 7 00:30
INFORMEEL
pijn (informeel)
les 7
PIJN (informeel)
PIJN (formeel)
les 7 00:40
PIJN (formeel)
hoofd (informeel)
les 7 00:47
HOOFD (informeel)
hoofd (formeel)
les 7 00:55
HOOFD (formeel)
sodemieter op! SOP (=informeel)
les 7 01:00
SOP! (=informeel)
Daar ben ik het niet mee eens. (=formeel)
les 7 01:03
NIET-MEE-EENS (formeel)
Dat doe ik niet. (=informeel)
les 7 01:10
DOEN-NIET (=informeel)
Daar heb ik moeite mee. (=formeel)
les 7 01:17
HEB-MOEITE-MEE (=formeel)
Daar heb ik echt geen zin in. (=informeel)
les 7 01:27
GEEN-ZIN-IN (=informeel)
Liever niet (formeel)
les 7 01:31
VERZOEK-NIET (formeel)
FORMEEL EN INFORMEEL
les 7 00:22
formeel en informeel
13
les 7 02:27
13
GISTEREN
les 7 12:51
gisteren
VIES
les 7 13:25
vies
RUGZAK
les 7 15:26
rugzak
LUKT-NIET
les 7 15:28
lukt-niet
OVER 2 WEKEN
les 7 12:37
over 2 weken
DUITSLAND
les 7 12:40
duitsland
VERHUIZEN
les 7 12:41
verhuizen
THUIS
les 7 13:00
thuis
JURK
les 7 13:24
jurk