Les 4 gebaren Flashcards
NEDERLANDS
NEDERLANDS
TAAL
TAAL
GEBAREN
GEBAREN
NEDERLANDSE GEBARENTAAL
NEDERLANDSE GEBARENTAAL
OPBOUW
OPBOUW
ZIN
les 4 00:55
ZIN
2x c uit elkaar
WOORD
WOORD
VOLGORDE
les 4 01:08
VOLGORDE
GEBAARVOLGORDE
GEBAARVOLGORDE
UITLEG
UITLEG
INTERPRETEREN
les 4 01:20
INTERPRETEREN
2x t. van voorhoofd naar op elkaar en draaien
ONTLEDEN
les 4. zinsontleding OGW
ONTLEDEN
in gwb: ZIN + ONTLEDING
ONTLEDING: als GRAMMATICA, maar dan naar onderen.
WERKWOORD
WERKWOORD
ZELFSTANDIG NAAMWOORD
les 4 01:55
ZELFSTANDIG NAAMWOORD
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD
les 4 01:58
BIJVOEGLIJK NAAMWOORD
VOORNAAMWOORD
VOORNAAMWOORD
LIDWOORD
les 4 02:10
LIDWOORD
HOOFDWERKWOORD
les 4 02:18
HOOFDWERKWOORD
PERSOONSVORM
les 4 02:33
PERSOONSVORM
ONDERWERP
les 4 02:35
ONDERWERP