Les 6 gebaren Flashcards
merken
les 6 00:29
(OP)MERKEN: KIJKEN + MERKEN (soort van pakken)
“”
APPELBOOM
les 6 00:30
APPELBOOM
“”
SNEL
les 6
SNEL
“”
LANGZAAM
les 6
LANGZAAM
“”
MAKKELIJK
les 6 00:46
MAKKELIJK
“”
MOEILIJK
les 6 00:53
MOEILIJK
“”
1u tm 9u
les 6
1u tm 9u
“”
KIJKEN
les 6
KIJKEN
“”
KIJKENdoor-veel-mensen
les 6 01:12
KIJKEN door-veel-mensen
“”
ONTMOETEN
les 6 01:16
ONTMOETEN
“”
ONTMOETEN2-paren
les 6 01:25
ONTMOETEN 2-paren
“”
BALbasis
les 6
BAL basis
“”
BALgroot (incorporatie)
les 6 01:38
BALgroot (incorporatie)
BAL GROOT
les 6 01:46
BAL GROOT
BAL:””
GROOT oc: “bam”
BALklein
les 6
BAL klein
“”
VERbasis
les 6 0:55
VER basis (bolle wangen, lucht uit)
VERheel-erg
les 6 02:02
VER heel-erg (hele bolle wangen, ogen klein)
KWAADbasis
les 6
KWAAD basis
“”
KWAADheel-erg
les 6
“KWAAD” heel-erg
VERGISSEN
les 6 02:25
VERGISSEN (open, tong slap, lucht uit)
AANWEZIG
les 6 02:28
AANWEZIG “sh”
ALS.. DAN
les 6 02:32
ALS.. “DAN” (“fff”bij als)
BOOS
les 6 02:48
“BOOS”
JALOERS
les 6 02:55
“JALOERS”
VERBAASD
les 6 03:02
“VERBAASD” (2x L)
VERDRIETIG
les 6 03:09
VERDRIETIG
TELEURGESTELD
les 6 03:15
TELEURGESTELD (dicht, gestrekt, omlaag)
HAAT
les 6 03:22
HAAT (in OGW “”)
FRUSTRATIE
les 6 03:30
FRUSTRATIE (in OGW “”)
BANG
les 6
BANG
KWAAD
les 6
KWAAD
VERWARD
les 6 03:48
VERWARD
VERLEGEN
les 6 03:55
VERLEGEN
GECONCENTREERD
les 6 04:02
GECONCENTREERD
NIEUWSGIERIG
les 6 04:11
NIEUWSGIERIG
BLIJ
les 6 04:14
BLIJ
TROTS
les 6 04:23
TROTS
GEÏNTERESSEERD
les 6 04:29
GEÏNTERESSEERD
ZENUWACHTIG
les 6
ZENUWACHTIG
VROLIJK
les 6 04:44
VROLIJK
ENTHOUSIAST
les 6 04:50
ENTHOUSIAST
PRETTIG/GEZELLIG
les 6 05:00
PRETTIG/GEZELLIG
WALGING
les 6 05:06
WALGING
GELUK
les 6 05:15
GELUK
CHAGRIJNIG
les 6 05:20
CHAGRIJNIG
ZICH IRRITEREN AAN
les 6 05:30
ZICH IRRITEREN AAN
VERLIEFD
les 6 05:35
VERLIEFD
NEUTRAAL
les 6 05:40
NEUTRAAL
IEMAND MISSEN
les 6 05:50
IEMAND MISSEN
DEPRESSIE
les 6 05:52
DEPRESSIE
HOOP
les 6 05:59
HOOP
WANHOOP
les 6
WANHOOP
HOUDEN VAN
les 6
HOUDEN VAN
ZICH SCHAMEN
les 6 06:15
ZICH SCHAMEN
PRATEN
les 6
PRATEN
SCHREEUWEN (boos)
les 6 06:40
SCHREEUWEN (boos)
GILLEN (angst)
les 6 06:47 (OGW vanaf keel)
GILLEN (angst)
FRONSEN (boos)
les 6 06:55
FRONSEN (boos)
BLOZEN
les 6 07:00
BLOZEN
LACHEN
les 6
LACHEN
HUILEN
les 6 07:10
HUILEN
FLUITEN
les 6 07:17
FLUITEN
SLAAN
les 6 07:23
SLAAN
SCHOPPEN
les 6
SCHOPPEN
VECHTEN
les 6
VECHTEN
ZINGEN
les 6
ZINGEN
ZOENEN
les 6 07:45
ZOENEN
KUSJE
les 6 07:50
KUSJE
Drie zoenen op de wangen
les 6 07:55
Drie zoenen op de wangen
KNUFFELEN
les 6 08:00
KNUFFELEN
LIEF
les 6 08:18
LIEF
AARDIG
les 6 08:23
AARDIG
GEMEEN
les 6 08:30
GEMEEN
GEWELDIG
les 6 08:35
GEWELDIG
LEUK
les 6
LEUK
NIET LEUK
les 6
NIET LEUK
EERLIJK
les 6 08:52
EERLIJK
ONEERLIJK
les 6 08:56
ONEERLIJK
SERIEUS
les 6 09:03
SERIEUS
WANHOOP
les 6
WANHOOP
VERVELEND
les 6
VERVELEND
SPONTAAN
les 6 09:18
SPONTAAN
VOELEN
les 6 09:23
VOELEN
VERTROUWEN
les 6 09:28
VERTROUWEN
WANTROUWEN
les 6 09:37
WANTROUWEN
NORS
les 6 09:41
NORS
VERSCHRIKKELIJK
les 6 09:46
VERSCHRIKKELIJK
VERLEGEN
les 6
VERLEGEN
VERSTOPPEN
les 6 09:59
VERSTOPPEN
gevoelens
les 6 02:44
“GEVOELENS”
EMOTIE GERELATEERDE BEGRIPPEN
les 6 08:14
“EMOTIE GERELATEERDE BEGRIPPEN”
GEVOELENS UITEN
les 6 06:30
gevoelens uiten
non-manuele signalen
les 6 00:23
non-manuele signalen
MOGEN
les 6 ? waar?
mogen
WANDELEN
les 06 09:31
wandelen
ZÓ
les 6 12:10
zó
KONIJN
les 6 12:23
konijn
MAG-NIET
les 6 12:38
mag-niet
HOND
les 6 12:53
hond
VAAK
les 6 12:55
vaak
DONKER
les 6 13:00
donker
VERRASSING
les 6 13:20
verrassing
VERWACHT
les 6 13:25
verwacht
NOOIT
les 6 13:23
nooit
KAT
les 6 13:47
kat
BLAFT
les 6 13:45
blaft
VERGETEN
les 6 10:50
vergeten
DAAROM
les 6 10:53
daarom
OMDAT
les 6 12:22
omdat
OVERLEDEN
les 6 12:24
overleden
HOEFT NIET
les 6 13:55
hoeft niet