H9 slaap-waak stoornis Flashcards

1
Q

slaap-waak stoornis

A
  • hardnekkige of herhaaldelijke slaapgerelateerde problemen die lijden veroorzaken of het functioneren belemmeren
  • vaak in combinatie met andere psychische stoornissen zoals depressie en somatische aandoening zoals hart en vaatziekten
  • 15% mannen en 32% vrouwen gerapporteerd huisarts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

polysomnografisch onderzoek (PSG)

A
  • meten van fystiologische reacties tijdens de slaap zoals hersengolven, hartslag en transpiratie
  • gecombineerd met medische en psychologische beordeling en subjectieve mededelingen omtrent slaap-waak en slaapdagboeken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

insomnia

A
  • problemen met in slaap vallen, doorslapen of het bereiken van verkwikkende slaap
  • minstens 3 maanden duren en minstens 3 nachten per week
  • de zou een kenmerk kunnen zijn van achterliggend lichamelijk probleem of psychische stoornis zoals depressie, verslaving of lichamelijke ziekte
  • vooral bij mensen > 40 jaar (doorslapen)
  • en bij adolescenten en jongvolwassenen (inslapen)
  • men neemt angsten en zorgen mee naar bed ook faalangst of druk goed te moeten slapen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

klachten bij insomnia

A
  • stoornis gepaard met persoonlijke stress, niet kunnen voldoen aan verplichtingen
  • vermoeidheid, slaperigheid, geheugen- en concentratieproblemen, neerslachtigheid, hyperactiviteit, impulsiviteit of agressie
  • minder goed immuunsysteem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ontstaan chronische slapeloosheid verklaren via klassieke conditionering

A
  • nadat enkele angstige slapeloze nachten zijn gekoppeld aan stimuli die met slaapkamer zijn geassocieerd kan binnenlopen kamer al voldoende zijn lichamelijke arousal op te wekken waardoor in slaapvallen wordt belemmerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hypersomnolentiestoornis

A
  • extreme slaperigheid gedurende de dag zelfs na een goede nachtrust van 9 uur
  • minstens 3 maanden duren en minstens 3 nachten per week
  • men valt in slaap gedurende de dag
  • 1,5% bevolking
  • oorzaak zou tekortkoming van slaap-waakmechanisme in hersenen kunnen zijn, hoeveelheid GABA hoog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

narcolepsie

A
  • slaap-waakstoornis die wordt gekenmerkt door plotselinge episoden van slaap die niet kunnen worden onderdrukt.
  • minstens 3 maanden duren en minstens 3 nachten per week
  • slaap ongeveer 15 minuten, van ene op andere moment
  • vaak samen met kataplexie
  • men wordt verkwikt wakker
  • verslechterd dagelijks functioneren, auto rijden, werk, thuis ongeluk
  • oorzaak onbekend misschien tekort aan orexine = hypocretine = eiwitstof door hypothalamus gemaakt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kataplexie

A
  • plotseling verlies spierspanning door sterke emotionele reacties zoals vreugde, verdriet, woede, paniek of intens gelach
  • men zakt in elkaar kan niet bewegen maar begrijpen wel wat om hun heen gebeurd, soms valt men in rem-slaap
  • vaak samen met hypnagoge hallucinaties (beangstigend)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

slaapgebonden ademhalingsstoornis (apneu)

A
  • slaap herhaaldelijk verstoord als gevolg van problemen met de ademhaling
    Subtypen
  • obstructieve-slaapapneu (luid snurken)
  • centrale slaapapneu syndroom (door probleem met hart of chronisch gebruik opiaten
  • slaapgerelateerde hypoventilatie (longaandoening)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

slaap-waakstoornis gebonden aan de circadiaanse ritmiek

A
  • een slaap-waakstoornis die wordt gekenmerkt door een groot verschil tussen de normale slaap-waakcyclus van het lichaam en de eisen van de omgeving
  • bv door regelmatige wisselingen tussen tijdzones en verandering van werktijden (ploegendienst overdag en nacht)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

parasomnia’s

A
- slaap-waakstoornis die gepaard gaan met afwijkend gedrag of afwijkende fysiologische gebeurtenissen die plaatsvinden tijdens de slaap of in slaap vallen
4 typen
  - pavor nocturnus
  - slaapwandelen (somnambulisme)
  - remslaapstoornis
  - nachtmerriestoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

pavor nocturnus

parasomnia

A
  • herhaalde episodes van panisch wakker worden
  • begint met een angstkreet, abrupt ontwaken
  • intenser dan nachtmerries
  • meestal direct weer in slaap en herinnert zich vaak niets van de ervaring
  • kinderen groeien tijdens adolescentie over stoornis heen
  • jongens vaker dan meisjes
  • bij volwassen man vrouw gelijk, oorzaak vaak toenemende stress en spanning overdag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

slaapwandelen (somnambulisme

parasomnia

A
  • herhaalde episoden waarbij slaper uit bed opstaat en door het huis loopt terwijl nog slapend
  • tijdens diepere perioden van slaap
  • vaker bij kinderen
  • oorzaak onbekend, vermoeden genetische en omgevingsfactoren
  • reageren niet op anderen, moeilijk wakker te krijgen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

remslaapstoornis

parasomnia

A
  • herhaalde episoden van naspelen van dromen in de vorm van het verwoorden van delen ervan of wild bewegen
  • normaal spieren verlamd tijdens remslaap (behalve ademhalingspieren) meer nu niet
  • 0,5% volwassenen, vooral ouderen
  • bij onthouding alcohol of als bijwerking geneesmiddelen (benzodiazepinen of slaapmedicatie)
  • kan vroeg teken van Parkinson zijn
  • medicatie mogelijk om stoornis te beheersen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

nachtmerriestoornis

parasomnia

A
  • herhaalde episoden van enge dromen die men zich goed kan herinneren
  • herinnering aan droom vaak angst, maar ook woede, somberheid, schuldgevoel, frustratie, afgrijzen of verwarring
  • vaak als iemand stress heeft of traumatische ervaring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

behandeling slaap-waakstoornissen

A

Geneesmiddelen

  • hypnotica of slaapmiddel
  • angstremmende geneesmiddelen

Biomedische benadering
- chirugie of mechanische instrumenten luchtwegen open te houden

Cognitieve gedragstherapie

  • ineffectieve slaapgewoonten veranderen
  • disfunctionele gedachten of aannamen veranderen
17
Q

nadelen hypnotica of slaapmiddel

A
  • remt de remslaap dus niet verkwikkend
  • verslavend
  • steeds hogere dosis nodig
18
Q

biologische factoren slaap- waakstoornissen

A
  • achterliggende lichamelijke problemen
  • genetische defecten mechanisme hersenen die slaap reguleren verstoord
  • gebruik van middelen die slaap verstoren
19
Q

psychologische factoren slaap- waakstoornissen

A
  • angst of depressie die inslapen of doorslapen belemmeren
  • veelvuldig verschuiven tijdstip van slapen
  • blootstelling aan trauma (bij nachtmerries)
20
Q

dyssomnia’s

type slaap-waakstoornis

A
  • verstoring van de hoeveelheid, kwaliteit of timing van de slaap
  • insomniastoornis
  • hypersomniastoornis
  • narcolepsie
  • ademhalingsgerelateerde slaapstoornissen
  • circadiane ritme-slaap-waakstoornis
21
Q

parasomnia’s

type slaap-waakstoornis

A
  • verstoringen die plaatsvinden tijdens de slaap of bij overgang tussen slapen en waken
  • nachtmerriestoornis
  • pavor nocturnus
  • slaapwandelen
22
Q

zelfondermijnende gedachten

A
  • ik moet nu in slaap vallen, anders ben ik morgen niets waard
    ‘misschien voel ik me moe, maar ik heb me al eerder met weinig slaap gered, ik kan het compenseren door op tijd naar bed te gaan’
  • wat is er met me aan de hand dat ik niet in slaap kan vallen
    ‘ik moet mezelf niet langer de schuld geven, Je kunt slaap niet afdwingen, laat maar komen zoals het komt’
  • als ik nu niet onmiddellijk in slaap val kan ik me morgen niet op mijn examen concentreren.
    ‘mijn concentratie is dan misschien wat minder maar ik zal niet instorten. het heeft geen zin om zaken op te blazen’