H8.5: Verschijnselen hypo- en hyperglycemie Flashcards

1
Q

exogene manieren van glucose krijgen

A
  • polysacchariden eten
  • disacchariden eten
  • monosacchariden eten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

endogene manieren van glucose krijgen

A
  • glycogeen
  • gluconeogenese (pyruvaat, glycerol, aminozuren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

catabolse fasen hormonen

A
  • glucagon
  • adrenaline/cortisol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

anabole fasen hormonen

A
  • insuline
  • groeihormoon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

waardoor wordt de alfa cel geremd?

A

beetje door hoge plasma glucose, maar vooral door insuline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hypoglycemie is moeilijk te compenseren met medicatie want

A

ze dienen buitenaf insuline toe waardoor suikerspiegel daalt maar dit remt ook meteen de alfa cellen. blijft maar dalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

definitie diabetes mellitus

A

metabole aandoening waarbij koolhydraatmetabolisme, maar ook vet en eiwit, is aangedaan door een tekort of relatieve insulineresistentie met als gevolg op lange termijn orgaanschade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hyperglycemie

A
  • > 15
  • dry mouth
  • blurred vision
  • fatigue
  • increased thirst
  • hunger
  • frequent urination
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

LADA

A

latent auto immune diabetes in adults
- wanneer type 1 op latere leeftijd voorkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

MODY

A

maturity onset diabetes of the young
- wanneer type 2 voorkomt op jonge leeftijd
- hoeft hier geen overgewicht voor te hebben;
- autosomaal dominante aandoening
- vaak mutatie van de insulinereceptor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ketoacidose mechanisme

A

normaal remt insuline de productie van ketonen, maar door een insuline tekort, valt de rem op de productie van ketonen weg. dus vetzuurafbraak en betaoxydatie gaan bij een hyper vol aan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waarom hebben mensen met ketoacidose een hyperkaliemie vaak?

A

zure ionen bij ketoacidose worden gebufferd; deze gaan vanuit het bloed in de cellen. in de cel moet er dan iets uit, en dat is kalium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

klinisch beeld ketoacidose

A
  • ziek
  • hebben meestal een hyper (medicatie kan evt ook ketoacidose geven ipv een hyper)
  • ketonen in urine
  • acidose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

behandeling ketoacidose

A
  • insuline geven
  • infuus geven voor vocht
  • elektrolyten corrigeren (hyperkaliemie en hypernatriemie corrigeren) door ook eventueel kalium juist bij te geven; zodra je insuline geeft gaat kalium de cel in en je wil geen hypokaliemie
  • oorzaak behandelen (ketoacidose wordt vaak uitgelokt door iets zoals infectie of pompdysfunctie, ongeluk, zwangerschap, chirurgie ofzo)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waarom heb je niet vaak ketoacidose bij type 2?

A

er is veel insuline dus altijd wel een goede rem op de ketonproductie want andere energiebronnen worden niet aangezet. het is alleen echt dat je te weinig insuline hebt om al je glucose vanuit het plasma in de cel te krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hyperglycemisch coma

A
  • complicatie van type 2
  • glucosewaarden tot 60/70
  • je verliest te veel vocht => hyperosmolair => coma
17
Q

behandeling hyperglycemisch coma

A
  • teruggeven van vocht (beetje insuline en elektrolyten)
18
Q

wat is het risico als iemand van een glucose van 60 naar 10 gaat binnen een uur door het ziekenhuis?

A

je brein is altijd in balans met je circulatieplasma. als je het plasma enorm snel corrigeert, heb je daar dus een laag aantal opgeloste deeltjes en trekt dat in het brein enorm veel water aan => opzwellen van je brein => hersenoedeem

19
Q

lange termijn gevolgen van DM

A
  • macrovasculaire complicaties
  • microvasculaire complicaties
20
Q

symptomen hypoglycemie

A
  • slaperigheid
  • zweet
  • bleek
  • weinig coordinatie
  • geirriteerd
  • honger

=> adrenerge reacties

21
Q

beta blokkers

A

kunnen hypo unawareness veroorzaken omdat ze adrenerge reacties dus onderdrukken

22
Q

behandeling hypo

A
  • bij bewust iemand: suikers innemen
  • bewusteloos: iv glucose, of glucagon injectie
23
Q

C-peptide

A

laag: exogene insuline
hoog: endogene insuline

24
Q

waardoor veroorzaakt alcohol een hypo?

A

remt gluconeogenese

25
Q
A