H6: Contraction of Skeletal Muscle Flashcards
Het grootste deel van de spiervezels wordt geïnnerveerd door (…) zenuwvezels? (aantal)
1, innervatie zit gewoonlijk rond het midden van de vezel.
Wat is het sarcolemma? waaruit bestaat dit?
een dun membraan rondom een spiervezel.
Het bestaat uit een celmembraan (genaamd het plasma membraan) en een buitenste dunne laag gemaakt uit polysacharide materiaal wat veel dunne collageen fibrillen bevat.
Wat zijn de basale eenheden van een spiervezel?
Myofibrillen, opgebouwd uit myosinefilamenten (dik) en actinefilamenten (dun). Dit zijn grote gepolymeriseerde eiwitmoleculen die verantwoordelijk zijn voor de spier contracties.
Wat is een sarcomeer?
het gedeelte van een myofibril of spiervezel dat tussen twee Z-schijven ligt.
Histologische onderdelen van Z-schijf naar midden, en hun bestandsdelen?
I-band, alleen actine en Z-schijf.
Z-schijf, verbinding tussen actine.
A-band, compleet myosine, gedeeltelijk actine
H-zone, alleen myosine
M-lijn, loopt verticaal door H-zone, alleen myosine
(Plaatje)
Welke delen van het sacromeer worden korter bij spiercontractie? Welke gelijk?
Korter: H-zone I-band
Even lang: A-band
Hoe worden de actine en myosine filamenten bij elkaar gehouden?
Door een netwerk van titine, een veerkrachtig eiwit molecuul. Eén uiteinde van het titine is verbonden met de Z-schijf, het andere deel bindt aan het myosine filament.
Werkt als veer en veranderd van lengte wanneer het sarcomeer contracteert en relaxeert.
Wat bevind zich in de ruimtes tussen de myofibrillen? (3)
- Sarcoplasma, intracellulaire vloeistof van spiervezels.
- Mitochondria, enorm veel, liggen parallel aan de myofibrillen. Zij leveren de energie voor contracties in de vorm van ATP.
- Sarcoplasmatische reticulum, extreem belangrijk bij reguleren van calcium- opslag, vrijlating en heropname en daarom spiercontractie.
(vooral snelle spiervezels hebben uitgebreide reticula).
Wat scheidt een zenuwuiteinde uit in de NMJ? Welk proces treedt hierbij in werking?
de neurotransmitter Acetylcholine (ACh), dit werkt in op een lokaal deel van het spiervezelmembraan om acetylcholine geregelde ionkanalen te openen.
Door deze opening grote influx natrium wat leidt tot opening spanningsafhankelijke natrium kanalen welke een actiepotentiaal genereren.
Hoe wordt de contractie van het sacromeer opgeheven?
Een fractie van een seconde na het vrijlaten van de calciumionen worden ze teruggepompt door een calciummembraanpomp in het sarcoplasmatische reticulum. Hier blijven ze tot het volgende spier actiepotentiaal.
Waaruit is een myosine molecuul opgebouwd? en hoe is de opbouw van zo’n molecuul?
6 polypeptide ketens, waarvan 2 zware ketens en 4 lichte ketens.
De 2 zware ketens vormen samen een dubbele helix die de staart van het myosine molecuul heet. Een uiteinde van elk van deze twee zware ketens is gevouwen in een globulaire peptide structuur. Dit maakt dat er 2 vrij myosine koppen zijn aan het uiteinde van 1 molecuul (onder en boven).
De 4 lichte ketens zitten in tweetallen rondom de vrije myosinekoppen en reguleren de functie van het hoofd tijdens spiercontractie.
Uit welke functionele onderdelen bestaat een myosine filament? (3)
- Het lichaam van het filament, samengesteld uit alle staarten van de myosine moleculen.
- Crossbridges, de uitstekende armen en koppen samen. Binden aan het actine.
- Scharnieren (hinges), elke crossbridge is flexibel op twee punten. Deze scharnieren stellen de koppen in staat ver buiten het lichaam te reiken of dicht bij het lichaam te brengen.
Uit welke moleculen is het actinefilament opgebouwd? (3)
- Dubbelstrengs F-actine
- Tropomyosine
De (helix) ruggengraat van het actinefilament wordt gevormd uit dubbelstrengs F-actine en Tropomyosine.
- gepolymeriseerde G-actine
Elke streng van de helix bestaat uit gepolymeriseerde G-actine moleculen. Aan elk G-actine molecuul zit ADP vast (actieve plek).
- Troponine
Aan de zijdes van het Tropomyosine zitten ook troponine eiwitten vast. Deze eiwitten bestaan uit drie losjes gebonden eiwitsubeenheden die een rol spelen bij het beheersen van spiercontractie.
Wat is de functie van Tropomyosine binnen het actinefilament?
Voorkomt binding tussen actine en myosine tijdens rust. In rusttoestand liggen de Tropomyosine moleculen bovenop de actieve plekken (ADP) van de actine strengen waar de myosine koppen aan binden/interacteren.
Welke subeenheden Troponine zijn er, en wat zijn hun functies (3)
- Troponine 1, bindt aan actine
- Troponine T, bindt aan tropomyosine
- Troponine C, bindt aan calcium (initiatie) waardoor het troponine-tropomyosine complex een conformatie verandering ondergaat waardoor het tropomyosine dieper in de groeve van het actine komt te liggen, hierdoor komen de actieve plaatsen bloot waardoor contractie mogelijk is. (HYPOTETISCH)
Waarom is de lengte van het sarcomeer van invloed op de geleverde spanning door de spier?
Hoe korter het sarcomeer (niet te kort), hoe meer overlap tussen actine- en myosinefilamenten, hoe meer ontwikkelde spanning.
Welke mechanismen zorgen dat bij kleine lengtes van het sarcomeer de kracht minder wordt? (2)
- actinefilamenten beginnen elkaar te overlappen op de M-lijn.
- Myosinefilamenten komen tegen de Z-schijf (verfrommeling uiteinden bij contractie)
Welke structuren zorgen voor ander lengte-spanning gedrag in een complete spier t.o.v. een sarcomeer?
Bindweefsel en pezen, zorgen ook voor spanning bij uitrekken.
Wanneer een spier samentrekt tegen belasting, verricht de spier arbeid. Definieer deze arbeid.
W=L*D, met W is de arbeid geleverd door de spier, L is belasting, en D is de bewegingsafstand van de belasting.
Welke processen verbruiken energie tijdens spiercontractie? (3)
- Walk-along mechanisme (verbruikt het meeste)
- Calciumionen pompen uit het sarcoplasma naar het sarcoplasmatische reticulum wanneer de contractie voorbij is.
- Natrium- en kaliumionen pompen door het spiervezelmembraan om goede concentratie verhoudingen te behouden voor de voortplanting van spiervezel actiepotentialen.
l
l
Zonder bronnen van nieuwe energie, hoelang kan een spier contractie volhouden?
1-2 seconden voordat al het ATP omgezet is in ADP
Welke mechanismen zorgen voor fosforylering van het ADP in spieren t.b.v. contractie? (3)
- Fosfocreatine, zorgt voor binding van nieuw fosfaat ion aan ADP, echter hoeveelheid Fosfocreatine in spier laag.
- Glycolyse, snelle enzymatische afbraak van glycogeen opgeslagen in de spiercellen in pyrodruivenzuur en melkzuur, maakt hierbij energie vrij voor omzetting ADP, vult ook Fosfocreatine aan.
- Oxidatief metabolisme. Combinatie van zuurstof, glycolyse afbraakproducten en andere voedingsstoffen maakt ATP vrij. Meer dan 95% van alle energie voor lange termijn contractie is verkregen uit oxidatief metabolisme.
Welke twee typen spiercontracties zijn er? (2)
- Isometrisch, lengte van de spier blijft hetzelfde gedurende contractie. Komt voor wanneer de belasting groter is dan de geleverde spierkracht.
- Isotonisch, lengte van de spier wordt korter maar spanning blijft hetzelfde. Komt voor wanneer de contractie kracht groter dan de belasting is.