Biomaterialen college 4 Flashcards
Wat is een polymeer?
een (lange) keten opgebouwd uit repeterende eenheden (monomeren) die tijdens polymerisatie veranderen (bijv. afgifte H2O).
polymeereigenschappen zijn zeer divers en complexer dan eigenschappen van andere materialen. Veel klinische toepassingen
Waarom zijn polymeren zo breed toepasbaar? (5)
- veel variaties in chemische structuur
- eigenschappen goed te controleren
- lichtgewicht
- divers in mogelijke mechanische eigenschappen
- eenvoudig te verwerken: met temperatuur, met oplosmiddelen of chemisch door polymerisatie in situ.
Op welke manieren kunnen polymeren geclassificeerd worden?
- applicatie: orthopedisch, cardiovasculair etc.
- oorsprong: synthetisch of natuurlijk (biologisch)
- chemische stabiliteit en degradeerbaarheid: biostabiel of biodegradeerbaar?
- mechanische en fysische eigenschappen.
Wat zijn de (fysische eigenschappen) klassen waarin polymeren te verdelen zijn? (3)
- thermoplasten
- elastomeren of rubbers
- thermoharders
Wat zijn thermoplasten?
Thermoplasten worden gekenmerkt door lange ketens welke weinig tot geen crosslinks bevatten. Kunnen nog vervormen o.i.v warmte en/of mechanische belasting. Ze vertonen plastisch en ductiel gedrag (boven de Tg, glas transitie temperatuur). Deze structuren smelten bij verhitting en zijn daardoor goed recyclebaar.
perfect voor spuitmallen en 3D printen.
Wat zijn elastomeren/rubbers?
Grote mate van elastische vervorming en er is een lichte mate van crosslinks. Crosslinks zorgen ervoor dat materiaal terug gaat naar de oorspronkelijke vorm na elastische deformatie. Te ver trekken = kapot.
Wat zijn thermoharders?
3D structuren met veel crosslinks. Niet mogelijk om te vervormen, kan alleen bij hoge temperatuur en decompositie vind bij verhitting plaats. Moeilijk te recyclen. De thermoharders zijn relatief bros.
Welke eigenschappen zijn nog meer belangrijk voor klinische toepassingen m.b.t polymeren?
- biocompatibiliteit
- hemocompatibiliteit
- Degradatie snelheid controleren
- Sterilisatie mogelijkheden (veiligheid en prijs)
- Verwerkingsmogelijkheden (productieprijs)
Wat is een oligomeer?
Ee polymeer is een aaneenschakeling van monomeer units, wanneer de totale ketenlengte <10 monomeren betreft noemen we het polymeer een oligomeer.
De polymerisatie graad wordt aangegeven met P = aantal monomeren per keten.
Wat wordt er bedoeld met de functionaliteit van een polymeer?
het aantal bindings posities per monomeer/ aantal bindings posities beschikbaar.
een monomeer moet minimaal twee bindingsplekken beschikbaar hebben, anders kan er nooit een keten opgebouwd worden.
Polymeren kennen verschillende architecturen, welke vormen zijn er? (5)
- homopolymeer, alle monomeren van dezelfde soort (A-A-A-A)
- Copolymeer, combinatie verschillende monomeren, kan zijn:
- Random (A-B-A-A)
- Alternating (A-B-A-B)
- Block (A-A-B-B)
- Graft (A’s met B’s als zijvertakkingen)
- lineair polymeer, geen vertakkingen
- Vertakt (branched) polymeer, meerdere vertakkingen (niet verwarren met zijgroepen)
- Gecrosslinked polymeer, links tussen vertakkingen en/of zijgroepen.
Wat is er nodig om een polymeerketen op te bouwen?
- Initiatie, open breken dubbele bindingen met initiator, hierdoor bindt monomeer.
- propagatie, groei van de macromoleculaire keten.
- terminatie, beëindiging kinetische keten.
Welke types polymeerreacties zijn er?
- ketenreacties (additiepolymerisatie), ); hiervoor zijn monomeren nodig en een katalysator in de vorm van een vrij radicaal. Het vrije radicaal zorgt voor het openbreken van dubbele bindingen.
- stapgroei (condensatie reactie), monomeren hebben verschillende eindgroepen die met elkaar kunnen reageren. Er is sprake van condensatie als er een bijproduct ontstaat in de vorm van H2O of HCI. Als de bijproducten niet ontstaan wordt het polymeer een additiepolymeer genoemd.
Polymerisatie (het maken van polymeren) kan niet helemaal exact verlopen, uiteindelijk ontstaan er polymeren met verschillende lengtes en dus een verschillende moleculaire massa. Hoe noemen we dit en hoe kan je dit meten?
verschillende lengtes = distributie van verschillende moleculaire massa’s.
Kun je meten door Gel Permeation Chromatography (GPA).
Hoe werkt GPA?
Oplosmiddel waarin het polymeer sterk is verdund (ketens mooi/ver uit elkaar) wordt over een poreuze separatie kolom gedrukt, hierdoor worden de grote van de kleine moleculen gescheiden want kleine moleculen blijven in de poriën zitten. De grotere moleculen gaan dus veel sneller door de kolom waardoor, er ontstaat een verschil in tijd van aankomst. –> kalibratie curve.