geslachtsverschillen depressie -> artikel martin

Question 1

introductie & 4 kaders (geslachtsverschillen kader, gemaskeerde depressie kader, masculiene depressie kader, gendered responds framework)

Answer 1

Dit onderzoek bekritiseert de validiteit van de huidige DSM-5 criteria, er wordt namelijk gesteld dat mannen andere depressieve symptomen ervaren.
Addis kwam met 4 conceptuele kaders die ingaan op de vraag hoe geslacht de ervaringen, uitingen en reacties van mannen op depressie beïnvloedt:
Geslachtsverschillenkader: het construct van depressie is hetzelfde bij de geslachten. Het wordt bekritiseerd voor het gebruik van tegengestelde tweeklassen die ‘mannelijke depressie’ alleen begrijpen als contrast met ‘vrouwelijke depressie’, wat voorbijgaat aan de heterogeniteit die binnen deze groepen bestaat.
Gemaskeerde depressiekader: mannen uiten hun emotionele en psychologische leed vaker in de vorm van ‘depressieve equivalenten’, want directe bedroefdheid en emotionele zwakte bij mannen wordt gezien als sociaal onacceptabel. Het wordt bekritiseerd omdat het lastig is om te zeggen wat depressieve equivalenten precies zijn.
Masculiene depressiekader: de strijd om te voldoen aan de traditionele mannelijke normen brengt mannen in gevaar voor het ervaren van een alternatieve depressievariant die vaak wordt gekenmerkt door externaliserende symptomen. Mannen reageren eerder met woede, zelfdestructief gedrag, zelfafleiding, pijnverdoving door middelen, gokken, vrouwen versieren en werkverslaving. Irriteerbaarheid kan ook een hoofdsymptoom zijn.
Gendered response framework: de reacties van mannen op negatief affect (depressieve stemming, verdriet en droefheid) worden bepaald door de mate waarin mannen de traditionele mannelijkheid aanhangen of afwijzen

Question 2

2 depressie metingen van combi externaliserende depressie symptomen en traditionele

Answer 2

Er worden 2 nieuwe depressiemetingen gemaakt door externaliserende depressiesymptomen te combineren met traditionele depressiesymptomen:
- Male Symptoms Scale (MSS): bevat alternatieve mannelijke symptomen. De interne consistentiebetrouwbaarheid is 0.71.
- Gender Inclusive Depression Scale (GIDS): combineert die symptomen met traditionele depressie-items. De interne consistentiebetrouwbaarheid is 0.78.

Question 3

hypothese 1 & resultaat

Answer 3

 H1: MSS en GIDS zullen een positieve sterke correlatie vertonen met major depressive episode (MDE) en matig gecorreleerd zijn met alcoholmisbruik, misbruik van andere drugs, en intermittent explosive disorder (IED).
-> Hypothese 1 wordt aangenomen: de correlatie van MDE en de MSS was 0.70 en van MDE en GIDS 0.85. Er zijn positieve sterke tot gemiddelde relaties (0.32-0.46) tussen de 2 schalen en alcohol en ander drugsmisbruik. Er waren positieve, zwakke relaties (0.23-0.26) met IED.

Question 4

hypothese 2 en resultaat

Answer 4

 H2: Depressies bij mannen, zoals gemeten door de MSS, komen vaker voor bij mannen dan bij vrouwen.
-> Hypothese 2 wordt aangenomen: de prevalentie bij mannen was 26.3% en bij vrouwen 21.9%, dit was een significant verschil. Mannen vertoonden vaker woedeaanvallen/agressie, substantiemisbruik en risicogedrag en vrouwen vaker stress, irriteerbaarheid, slaapproblemen en interesseverlies.

Question 5

hypothese 3 en resultaat

Answer 5

 H3: De prevalentie van depressie bij mannen, zoals gemeten door de GIDS, zal resulteren in geen geslachtsverschillen.
-> Hypothese 3 wordt aangenomen: er waren geen geslachtsverschillen in de prevalentie van depressie bij de GIDS. 63.2% mannen en 62% vrouwen viel in de milde categorie, 28.3% mannen en 28.9% vrouwen viel in de gemiddelde categorie en 8.5% mannen en 9.1% vrouwen viel in de ernstige categorie.

Question 6

hypothese 4 en resultaat

Answer 6

 H4: Mannen overschrijven de niet-traditionele symptomen met een grotere frequentie dan vrouwen.
-> Hypothese 4 had gemixte resultaten: mannen vertoonden meer substantiemisbruik, woedeaanvallen/agressie en risicogedrag volgens de MSS en meer woedeaanvallen/agressie, substantiemisbruik, risicogedrag en hyperactiviteit volgens de GIDS. Vrouwen vertoonden meer stress, besluiteloosheid, anxiety, slaapverstoring, depressieve stemming en klachten.

Depressieve stemming was de belangrijkste symptoom voor mannen en vrouwen, en woedeaanvallen/agressie, stress, irriteerbaarheid en anxiety/ongemakkelijkheid vormden de rest van de top 5 symptomen voor beide geslachten.

Question 7

discussie en limitaties

Answer 7

Discussie
 Alleen vertrouwen op de traditionele symptomen voor mannen kan leiden tot een onderdiagnose van depressie in mannen. Er wordt niet gesteld dat de 2 schalen gebruikt moeten worden in de toekomst, maar er wordt gehoopt dat deze bevindingen bewijs leveren voor toekomstige nationaal representatieve beoordelingen van depressie.
 Limitaties:
 Dit was een secundaire gegevensanalyse, dus niet alle in de literatuur vermelde constructen zijn opgenomen, zoals overwerken, hun seksuele gedrag veranderen, etc.
 Een paar van de wel opgenomen constructen waren imperfect voor dit onderzoek, zoals kansen aangaan en roekeloos gedrag kwamen niet voor in de context van emotionele condities.
 Het is onzeker of alle symptomen aanwezig waren tijdens dezelfde periode.