geslachtsverschillen depressie -> artikel kendler Flashcards
introductie
Onderzoek om te kijken of mannen of vrouwen op verschillende manieren depressie ontwikkelen m.b.v. een co-tweeling controledesign met dizygotische tweelingparen van verschillend geslacht. Er wordt gedacht dat vrouwen groter risico lopen op depressie dan mannen. Deze verschillen komen mogelijk door combi van genetische en omgevings factoren. Er is nog weinig onderzoek hier naar gedaan.
resulaten algemeen
- Verschillen tussen mannen en vrouwen gevonden.
- 11 van de 20 risicofactoren hadden een verschillende invloed op het risico op een depressie tussen de seksen:
- Bij vrouwen spelen persoonlijkheid en problemen in interpersoonlijke relaties een grotere rol in het ontwikkelen van depressie.
- Bij mannen zijn externaliserende problemen, eerdere depressies en “instrumentele” stressoren (zoals werk of financiën) belangrijker.
- Dit ondersteunt het idee dat er twee subtypes van depressie bestaan:
- Vrouwen: Gericht op verlies van zorg en relaties -> anaclitic (lack of supportive connections and unresolved reliance needs).
- Mannen: Gericht op mislukkingen en verminderde zelfwaardering -> introjective (inability to fulfill internal expectations for one’s value and succes)
resultaten vrouwen
- Vrouwen: Risicofactoren met meer impact:
- Verlies van ouders
- Minder ouderlijke warmte (klein effect)
- Neuroticisme (gemiddeld effect)
- Scheiding (gemiddeld effect
- Sociale steun (sterkste)
- Ongelukkig huwelijk/ tevredenheid huwelijk (sterkste)
- Levens trauma
resultaten mannen
- Mannen: Risicofactoren met meer impact:
- Laag self-esteem
- Seksueel misbruik in de kindertijd (klein effect)
- Eerdere depressie (klein effect)
- Gedragsstoornissen (conduct disorder) (gemiddeld effect)
- Drugsmisbruik (gemiddeld effect)
- Distal and dependent Stressvolle levensgebeurtenissen (grootste effect)
Specifieke klassen van stressvolle levensgebeurtenissen:
Specifieke klassen van stressvolle levensgebeurtenissen: afhankelijke proximale en distale stressvolle levensgebeurtenissen hadden de sterkste impact op mannen t.o.v. vrouwen. Er zijn 3 specifieke distale categorieën: financiële problemen, werkproblemen en legale problemen.
discussie en limitaties
Discussie
60% van de paden in het model verschilde tussen de geslachten.
De 5 risicovariabelen met een sterkere totale impact op vrouwen weerspiegelt persoonlijkheid en interpersoonlijke relaties. De erfelijkheid van major depression is hoger in vrouwen dan in mannen. Vrouwen ontlenen een groter deel van hun zelfgevoel en eigenwaarde aan interpersoonlijke relaties en hebben een groter sociaal netwerk.
De 6 risicovariabelen met een sterkere totale impact op mannen weerspiegelt externaliserende psychopathologie, depressieve geschiedenis en een grotere gevoeligheid voor specifieke stressoren. Mannen zijn emotioneler betrokken in werk- en financieel succes.
Deze bevindingen zijn niet direct vergelijkbaar met voorgaande onderzoeken, want het effect van afzonderlijke risicofactoren deed zich voor in de context van alle andere variabelen.
Limitaties:
De validiteit van de causale relaties varieert in dit model.
Een aantal risicofactoren werden beoordeeld door lange termijngeheugen en kunnen beïnvloed zijn door recall bias.
Het is onwaarschijnlijk dat meerdere onafhankelijke variabelen additief en lineair in hun invloed handelen op het risico op major depression.
De steekproef bestaat uit volwassene, witte tweelingen uit Virginia