CML en MPN Flashcards

1
Q

CML

A
  • Veel te veel witte bloedcellen die wel allemaal uitrijpen  ook voorlopers in bloed
  • verdringen normale hematopoiese waardoor alle cellijnen aangedaan
  • Philadelphia chromosoom
  • T(9;22), BCR-ABL
  • Via beenmerg, bloed of PCR kan je BCR-ABL aantonen
  • vooral ouderen
  • bij blasten crisis kan overgaan in AML
  • grote milt

tyrosine kinase remmers = imatinib

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Verschillen CML en CLL

A
  • Herkomst: myeloïde vs lymfatische reeks
  • CML = stamcelziekte
    CLL = meer rijpere maligniteit; cel verder gedifferentieerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

MPN

A
  • JAK2, MPL, CALR mutaties
  • PV: te veel RBC -> meeste JAK2
  • ET: te veel bloedplaatjes
  • MF
  • CML
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

PV

A
  • trombose door hogere viscositeit
  • typisch: trombosen in vena porta
  • hoge bd
  • hoofdpijn
  • rood gelaat
  • rode tenen
  • jeuk
  • grote milt
  • kan overgaan in MF, MDS en AML

> > Ht omlaag brengen door Aderlaten

> Ascal tegen trombose
controle vasculaire risicofactoren
cytoreductie (hoog risico); hydrea, interferon, busulfans
ruxolitinib = JAK2 remmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

MF

A
  • vervormde cellen door fibrose; tear drop cellen
  • leukoerytroblastose
  • cytopenie
  • splenomegalie (extramedullaire hematopoiese)
  • constitutionele symptomen
  • portale hypertensie
  • tromboembolisme
  • infectie

Ruxolitinib = JAK inhibitor
> jongeren allogene SCT
> uderen supportive
> bloedtransfusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

ET

A
  • vermoeid, constitutionele symptomen
  • erytromelalgie
  • pijnlijke roodheid armen en benen door plaatselijke vasodilatatie
  • splenomegalie
  • trombocytose
  • JAK2
  • trombotische complicaties en verworven vWF ziekte
  • Ascal en eventueel cytoreductie
  • kan overgaan in PV bij JAK2 mutatie
  • kan overgaan in MF, MDS en AML
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

JAK2, MPL, CALR

A

cytokinereceptoren: MPL, CALR, GM-CSFR
signaalroutes: JAK2, STAT5, BCR-ABL

CALR mutaties betere prognose bij MPN, JAK2 komt meest voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

aangedane cellijn CML/PV/ET/MF

A

CML: leukocytose
PV: erytrocytose, vaak ook leukocytose en trombocytose
ET: trombocytose
MF: fibrosering beenmerg door megakaryocytaire cytokineproductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

diagnose CML/PV/ET/MF

A

CML: bloed met hoog WBC en Philadelphia chromosoom
PV: bloed met hoog Hb en Ht, JAK2 mutatie
ET: bloed met hoog bloedplaatjes
MF: bloed, beenmerg en genetische tests

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

behandeling CML/PV/ET/MF

A

CML: tyrosinekinaseremmers en soms SCT
PV: aderlaten om ery’s terug te dringen, ascal/cytoreductie tegen trombose
ET: ascal en cytoreductie
MF: bloedtransfusies, hydroxyurea, JAK2 remmers, allogene SCT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly