4.7 Bezenuwing Flashcards
Bespreek de n. iliohypogastricus en de n. ilio-inguinalis.
Uit L1 (n. ilio-inguinalis in lieskanaal)
- m. transversus abdominis, m. obliquus abdominis internus (lopen tussen deze spieren)
- huidregio
Bespreek de n. genitofemoralis en n. cut. femoris lateralis.
n. genitofemoralis (L1-2)
- r. genitalis (canalis inguinalis): m. cremaster en huidregio
- r. femoralis (lacuna vasorum): huid in trigonum femorale
n. cutaneus femoris lateralis (L2-3) in lacuna musculurom: laterale zijde dijbeen
Wat is meralgia paraesthetica?
= compressie of laesie n. cutaneus femoris lateralis (vb. bij doorgang onder lig. inguinale), waardoor er sensibiliteitsstoornissen/neuralgie zijn thv. ventrolaterale zijde dij.
Bespreek de n. obturatorius.
Uit L2-4: m. obturatorius externus, m. gracilis, m. pectinus, m. adductor magnus-longus-brevis
- r. anterior, r. posterior, r. cutaneus (mediaal), r. acetabularis (gewrichtskapsel heup)
Bespreek de n. femoralis.
Uit L2-4 (loopt door lacuna musculorum)
- m. iliopsoas, m. quadriceps femoris, m. sartorius, m. pectineus
- anterieure cutane takken: ventraal (n. saphenus)
Bespreek de n. gluteus superior en inferior.
n. gluteus superior (L4-S1): m. gluteus medius, m. gluteus minimus, m. tensor fasciae latae (abductoren)
n. gluteus inferior (L5-S2): m. gluteus maximus
Bespreek de n. cut. femoris posterior en de n. pudendus
n. cutaneus femoris posterior (S1-3): nn. clunium inferiores en r. perinealis
n. pudendus (S1/2-4): draait rond lig. sacrospinale
- bekkenbodemspieren en huid in regio analis en urogenitalis
Bespreek de n. ischiadicus.
Uit L4-S3: m. biceps femoris, m. SM en ST, m. adductor magnus (inferior)
Wat gebeurt er bij een letsel aan de n. ischiadicus?
Door hernia, dashboard trauma, intramusculaire injectie, piriformis syndroom, …
- sensibiliteitsverlies over gebied n. tibialis en/of n. peroneus communis
- uitstralende pijn over verloop zenuw (lumbosacraal radiculair syndroom)
- spierzwakte hamstrings (wel nog kniereflex!)
Bespreek de n. tibialis.
Uit L4-S3: plantairflexoren + n. cut. surae medialis
- n. plantaris medialis: oppervlakkige, mediale, intrinsieke voetspieren + nn. digitales plantares proprii
- n. plantaris lateralis: diepe, intrinsieke voetspieren + nn. digitales plantares proprii
Bespreek de n. peroneus communis.
Uit L4-S2: anterolaterale onderbeenspieren + n. cut. surae lateralis
- n. peroneus superf.: mm. peronei + n. cut. dorsalis intermedius en medialis
- n. peroneus prof.: dorsaalflexoren + n. cut. hallucis lateralis en digiti secundi medialis
Wat gebeurt er bij een letsel van de n. peroneus communis?
Loopt achter caput fibulae en is dus kwetsbaar (gips, compressie, fractuur, …)
- n. peroneus superficialis: eversieparese
- n. peroneus profundus: dropfoot
+ sensibiliteitsverlies lateraal onderbeen en voetrug
-> voorste tarsaaltunnelsyndroom: compressie n. peroneus profundus onder retinaculum mm. extensorum
Wat gebeurt er bij een letsel van de n. tibialis?
Soms door compressie thv. fossa poplitea (afhankelijk van de compressieplaats treedt al dan niet sensibiliteitsverlies van de laterale voet op)
- meestal door compressie achterste tarsaaltunnel onder retinaculum mm. flexorum = achterste tarsaaltunnelsyndroom (tintelingen in voetzool)