1.3 De huid Flashcards

1
Q

Wat zijn de functies van de huid?

A
Bescherming/barrière
Warmteregulatie
Synthese en opslag voedingsstoffen
Sensorische gewaarwording
Uitscheiding klierproducten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bespreek het epidermis.

A

De epidermis ontstaat ectodermaal.

  • Barrière door meerlagig plaveiselepitheel van stratum corneum en zelfherstel door stratum basale.
  • Functie: voorkomt vochtverlies, bescherming tegen UV-stralen, pigmentatie (caroteen, melanine), vitamine D3 synthese
  • > huidkanker!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bespreek het dermis.

A

De dermis ontstaat mesodermaal.

  • papillaire laag: losmazig bindweefsel met haarvaten, zweet- en talgklieren, zenuwen (ondersteuning en voeding)
  • reticulaire laag: elastische en collagene vezels met gladde spiervezels (sterk bevloeid en bezenuwd)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bespreek het hypodermis.

A

De hypodermis ontstaat mesodermaal, maar niet van dermatomen. (geen huidonderdeel)

  • elastisch met veel vetcellen: panniculus adiposus
  • veel grote bloedvaten: injectie medicatie
  • verankering huid aan diepe spierfascia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Benoem de accessoire structuren van de huid.

A

Nagels
Haren en haarfollikels
Talg- en zweetklieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bespreek de bezenuwing van de huid.

A

Bestaat uit exteroreceptoren: registreren prikkels uit buitenwereld.

  • vrije zenuwuiteinden en nocireceptoren: pijn, temperatuur
  • mechanoreceptoren: lichaampjes van Pacini (snel, rek), lichaampjes van Meissner (snel), lichaampjes van Ruffini (traag, rek), tastcellen van Merkel (traag, druk)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de spanningslijnen?

A

Lijnen van Langer zijn de meest bekende spanningslijnen. Ze volgen oriëntatie van collageenvezels in de dermis. Ze verschillen van persoon tot persoon, maar vertonen optimale wondheling en minimale littekenvorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bespreek de types brandwonden.

A

Eerstegraads: epidermis (vb. zonnebrand)
Tweedegraads: dermis en epidermis (met blaren)
Derdegraads: hypodermis, dermis en epidermis (sensorische uitval)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom verschilt de huidskleur tussen verschillende populaties?

A

Door de hoeveelheid melanine of pigment.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke huidlaag bepaalt de pigmentatie?

A

Epidermis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke celtypes zijn gereduceerd of afwezig in de epidermis bij mensen met albinisme? Voor welke huidziekte zijn deze mensen daardoor meer vatbaar?

A

Melanocyten.

Huidkanker.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly