3.1 De schedel Flashcards

1
Q

Wat zijn craniale misvormingen?

A

Brachycephalie: kort en breed hoofd
Plagiocephalie: asymmetrisch hoofd
Craniosyntosis: vroegtijdig sluiten van suturen en fontanellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Uit welke beenderen bestaat het neurocranium?

A
Onpare beenderen:
- os frontale
- os ethmoidale (schedelbasis)
- os sphenoidale (schedelbasis)
- os occipitale (schedelbasis)
Pare beenderen:
- ossa temporalia (schedelbasis)
- ossa parietalia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uit welke beenderen bestaat het viscerocranium?

A
Onpare beenderen:
- mandibula
- vomer
Pare beenderen:
- maxilla
- os nasale
- os lacrimale
- os palatinum
- os zygomaticum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bespreek het foramen magnum en andere schedelopeningen.

A

Foramen magnum: contact hersenen-ruggenmerg
- doorgang bloedvaten (aa. vertebrales)
- takje n. accessorius (n. XI)
Functie andere schedelopeningen:
- toegang arteriae: hersenen (a. carotis interna en aa. vertebrales) en hersenvliezen (a. meningea media)
- afvoer veneus bloed: mondt uit in v. jugularis interna thv. foramen jugulare
- luchttoevoer sinussen via opening in neusholte
- toegang tot zintuigen (oog, oor, reuk, smaak)
- in/uitgang 12 paar craniale zenuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het pterion?

A

= zwakke plek in laterale schedelbeenderen thv. parietosphenoidale en frontosphenoidale sutuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt de neusholte afgelijnd?

A

Functie: filtering, bevochtiging, temperatuurregulatie
Opbouw: conchae nasalis met meati (septum nasi)
- superior: os nasale, os frontale, os ethmoidale (lamina cribrosa), os sphenoidale (corpus)
- inferior: maxilla (proc. palatinus), os palatinum (lamina horizontalis)
- medialis: vomer, os ethmoidale (lamina perpendicularis)
- lateralis: os nasale, os ethmoidale, maxilla (proc. frontalis), os palatinum (lamina perpendicularis), os sphenoidale (lamina medialis proc. pterygoideus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe worden de sinussen afgevoerd?

A

Meatus superior en sphenoethmoidale recess: cellulae ethmoidales post., sphenoidales
Meatus media en ostiomeatale complex: frontalis, maxillaris, cellulae ethmoidales ant. en med.
Meatus inferior: neus-traankanaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe wordt de orbita afgelijnd?

A

= benige oogkas met vetweefsel voor inbedding/bescherming ogen

  • superior: os frontale (pars orbitalis), os sphenoidale (ala minor)
  • lateralis: os zygomaticum, os sphenoidale (ala major)
  • medialis: maxilla (proc. frontalis), os lacrimale, os sphenoidale (ala minor), labyrinthus ethmoidalis (lamina orbitalis)
  • inferior: maxilla, os zygomaticum (proc. maxillaris), os palatinum (proc. orbitalis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de fossa infratemporalis?

A

= ruimte onder/mediaal van arcus zyogmaticus en mediaal van ramus mandibulae

  • fossa pterygopalatina en foramen sphenopalatinum
  • foramina alveolariae post. en fissura orbitalis inferior
  • foramen spinosum en ovale
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de articulatio temporomandibularis?

A

= synoviaal gewricht tss caput mandibulae en fossa mandibularis met kraakbenige intra-articularie discus, laks kapsel en ligamenten, kauwspieren
- bij openen kaak: eerst rotatie, dan translatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly