1.7 Gewrichten Flashcards

1
Q

Wat is een gewricht?

A

= junctura of articulatio = laat beweging toe tussen 2 skeletelementen
Bewegingsruimte (vrijheidsgraden en bewegingsassen) bepaald door vorm gewricht, botelementen, spieren, ligamenten en weke delen.
3 DOF translatie (langs assen) en 3 DOF rotatie (rond assen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bespreek de indeling van gewrichten volgens structuur.

A

Geen gewrichtsspleet: junctura fibrosa en cartilaginea

Gewrichtsspleet: junctura synovialis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bespreek de indeling van gewrichten volgens beweeglijkheid.

A

Niet beweeglijk: synartrosen
Weinig beweeglijk: amfiartrosen
Sterk beweeglijk: diartrosen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bespreek de junctura fibrosa.

A
  • syndesmosis: soort amfiartrose
  • gomphosis: verankering in bot door peridontale ligamenten
  • sutura: plana, serrata of squamosa
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek de junctura cartilaginea.

A

Verbinding via hyalien of vezelig kraakbeen:

  • symphysis (amfiartrose)
  • synchondrosis (synartrose)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke soorten synoviale gewrichten zijn er?

A
  • vlak gewricht of art. plana: acromioclaviculair
  • scharniergewricht of ginglymus: knie
  • rolgewricht of art. trochoidea: radio-ulnair
  • eigewricht of art. ellipsoidea: MCP
  • zadelgewricht of art. sellaris: CMC1
  • kogelgewricht of art. spheroidea: glenohumeraal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat bepaalt de stabiliteit van gewrichten?

A

Intrinsiek: benige structuur en labrum
Extrinsiek: ligamenten en spieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het verschil tussen een luxatie en een subluxatie?

A

Bij een luxatie zijn de gewrichten volledig tov. elkaar verplaatst.
Bij een subluxatie zijn de gewrichtsuiteinden nog gedeeltelijk bij elkaar in normale anatomische verhouding (vb. pulled elbow in radiuskopje)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is arthrosis deformans?

A

= artrose = osteoarthritis
Degeneratie van gewrichtskraakbeen door afslijten kraakbeen, cysten, beenverdensing of osteofyten.
vb. knobbeltjes van Heberden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is rheumatoïde arthritis?

A

= ontsteking van synovia (gewrichtsvliezen) door auto-immuniteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is avasculaire necrose?

A

Door resorptie van trabekels (ouderdom) en verminderde bloedvoorziening femoraal hoofd via lig. teres kan een fractuur de bloedvoorziening van diafyse en gewrichtskapsel volledig onderbreken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is bursitis?

A

Bursae synoviales = slijmbeurzen, met synovia gevulde zakjes (lubricatie)
Bursitis = ontsteking van bursae (vb. housemaid’s knee)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bespreek de overige gewrichtsletsels.

A
Ankylosis = fusie van botten
Arthrodesis = artificiële fusie van botten
Pseudo-artrose = ontstaan vals gewricht na slechte genezing botbreuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly