Ziekteleer Pagina 101 t/m 110 Flashcards
Hoe vind je een hyperplasie of neoplasie in de bek?
Met een grondige inspectie van de bek - waarbij het dier in algehele anesthesie moet worden gebracht - kunnen we globaal zien of er sprake is an een hyperplasie van de gingiva of van een neoplasie.
Waar zijn hyperplasieën in de bek te zien en waar zijn neoplasieën in de bek te zien?
Hyperplasieën zijn gelokaliseerd rond de gebitselementen en komen vaak op verscheidene plaatsen voor. Neoplasieën kunnen overal in de bek ontstaan en bevinden zich meestal slechts op één plek.
Hoe zien hyperplasieën en neoplsieën er in de bek uit?
Hyperplasieën zijn meestal niet erg groot, hebben een stevige consistentie en een gladde oppervlakte. Neoplasieën kunnen erg groot worden. Door necrose kunnen zij een weke consistentie hebben en een geülcereerd oppervlak.
Hoe diagnostiseer je een hyperplasie of neoplasie van de bek?
Omdat het macroscopisch aspect geen uitsluitsel geeft over de aard van de hyperplasie of neoplasie, kan de diagnose alleen gesteld worden met behulp van microscopisch onderzoek van materiaal, verkregen met een DNAB of via een excisiebiopsie. Bij het verwijderen van materiaal voor weefselonderzoek moet ook een DNAB worden genomen van de eventueel vergrote lymfeknopen. Als er wordt gedacht aan een neoplasie, wordt in de regel een CT-onderzoek van de schedel uitgevoerd om de lokale uitbreiding te evalueren en de retrofaryngeale lymfeknopen te beoordelen in combinatie met een CT-scan van de longen in verband met eventuele metastasen.
Hoe behandel je een hyperplasie of neoplasie in de bek?
De behandeling bestaat uit het lokaal verwijderen van de processen. Bij gingivahyperplasie en bij fibreuze en ossificerende epuliden gebeurt dit meestal met elektrochirurgie. De behandeling van neoplasieën vereist meestal een partiële kaakresectie. Ervaring is hierbij van groot belang en zal in de regel door een specialist worden uitgevoerd. Partiële kaakresecties kunnen waar nodig worden gecombineerd met chemotherapie en radiotherapie.
Geef de prognose van epuliden.
De prognose van epuliden is over het algemeen goed, maar de kans op een recifdief is groot. De prognose van neoplasieën is afhaneklijk van de lokalisatie en het stadium waarin de tumor zich bevindt.
Wanneer metastaseren carcinomen en carcomen van de kop?
Plaveiselcelcarcinomen en fibrosarcomen metastaseren in de regel pas in een laat stadium en de prognose is bij een radicale resectie vaak gunstig. Bij katten metastaseren plaveiselcelcarcinomen maar zelden, maar helaas komen ze vaak voor op de tong, wat een adequate resectie bemoeilijkt.
Wanneer kun je een goede inschatting van de prognose van een hyperplasie of neoplasie van de bek maken?
Een goede inschatting van de prognose is alleen mogelijk als het type neoplasie bekend is en de tumor is gestageerd volgens het TNM-protocol van de WHO.
Wat is TNM?
TNM is een systeem waarmee men de uitbreiding van een kankerproces kan definiëren. De T staat voro tumor, de N voor nodule (lymfeknoop) en de M voor metastasen op afstand. Ook het uigvoeren van het TNM-protocol kan beter worden overgelaten aan een specialist.
Bij welke dieren kom je waar wel eens speekselcysten voor? Welke soorten ken je?
Bij de hond en in mindere mate ook bij de kat en de fret kunnen zich onder de tong (sublinguaal) en in de hals (cervicaal) speekselcysten vormen. Als deze cysten ontstaan door lekkage van speeksel uit een beschadiging van de speekselklier of de afvoergang, dan worden ze mucokèle genoemd. Als de cysten ontstaan door verwijding van de afvoergangen van de speekselklieren, spreekt men van een ranula.
Geef de verschijnselen van een sublinguale speekselcyste.
De verschijnselen van een sublinguale speekselcyste bestaan uit een zichtbare zwelling onder het slijmvlies aan de onderkant van de tong. Als de cyste kapot wordt gebeten kan er bloed of bloederig speeksel uit de bek lopen.
Hoe stel je de diagnose sublinguale speekselcyste?
De diagnose wordt gesteld op grond van de verschijnselen en kan zonodig worden bevestigd met een punctie. De dikte bevat heldere visceuze vloeistof, die door bloedbijmenging rood kan zijn gekleurd. De diagnose is simpel omdat er geen aandoeningen zijn die een vergelijkbaar beeld veroorzaken.
Hoe behandel je een sublinguale speekselcyste?
De beschadiging in de speekselklier of in de lastig bereikbare afvoergangen kan vrijwel nooit worden gelokaliseerd. De behandeling richt zich daarom op het verwijderen van de speekselklier die de speekselcyste voedt. Dit betekent dat aan de kant waar de speekselcyste zich bevindt zowel de mandibulaire als sublinguale speekselklier worden verwijderd. De ranula wordt bij de operatie leeggezogen. Omdat vooral de sublinguale speekselklier moeilijk bereikbaar is, kan de ingreep het best worden overgelaten aan een specialist. Bij een deskundig uitgevoerde operatie is de prognose gunstig.
Bij welke dieren zien we veel cervicale speekselcysten en wat zie je dan? Hoe stel je de diagnose?
Cervicale speekselcysten komen vooral voor bij de hond. De verschijnselen zijn beperkt tot een zichtbare zwelling aan de keel. De diagnose wordt gesteld door inspectie, palpatie en punctie van de dikte. De dikte is fluctuerend en bevat een enigszins troebele, visceuze vloeitstof. De kleur kan variëren van lichtgeel tot donker roodbruin door bloedbijmenging als gevolg van het oorspronkelijke trauma of door punctie.
Waarvan moet je cervicale speekselcysten onderscheiden?
Cervicale speekselcysten moeten worden onderscheiden van ontstekingsprocessen en neoplasieën. Het onderscheid wordt gemaakt met behulp van ee npunctie, eventueel gevolgd door cytologisch onderzoek van het verkregen materiaal.
Hoe behandel je cervicale speekselcysten?
De behandeling is dezelfde als bij sublinguale speekselcyste en bestaat uit het verwijderen van de mandibulaire en sublinguale speekselklier aan de kant van de cyste. De zwelling wordt geopend en leeggezogen en zonodig enkele dagen gedrained. De prognose is gunstig.
Wat is kauwspiermyositis?
Kauwspiermyositis (masticatory muscle myositis) is de meest voorkomende spierontsteking bij de hond. Kenmerkend voor de kauwspiermyositis is dat spiervezels met type 2M myosine in het ontstekingsproces betrokken zijn. Dit type spiervezels komt alleen in de kauwmusculatuur voor. De rest van de skeletspieren is hierbij dus niet aangetast. het is een immuungemedieerde aandoening, waarbij de ontsteking ontstaat door autoantilichamen tegen type 2M myosine. Incidenteel wordt een vergelijkbare aandoening bij de Shetland pony gezien.
Wat is de meest voorkomende spierontsteking bij de hond?
Kauwspiermyositis of wel masticatory muscle myositis.
Wat valt op in het acute stadium bij kauwspiermyositis?
In het acute stadium valt zwelling en pijnlijkheid van de kauwmusculatuur op. Vaak houden de dieren de bek enigszins open waarbij kwijlen kan opvallen. Openen en passief bewegen van de onderkaak is vaak pijnlijk.
Wat valt op in het chronische stadium bij kauwspiermyositis?
In het chronische stadium valt de atrofie van de kauwspieren op. Door fibrosering van de spieren neemt de bewegelijkheid van de kaak af. In ernstige gevallen kan openen van de bek zelfs onmogelijk worden.
Hoe diagnostiseer je kauwspiermyositis?
De diagnostiek berust op het uitsluiten van overige oorzaken die eenzelfde klinisch beeld kunnen geven. Daarnaast kunnen met behulp van bloedonderzoek antilichamen tegen type 2M spiervezels worden aangetoond. Door middel van histopathologisch onderzoek van spierbiopten van de kauwspieren kan de diagnose worden bevestigd en tevens de uitgebreidheid van de aandoening worden bepaald.
Hoe ga je kauwspiermyositis behandelen?
In het acute stadium zijn corticosteroïden geïnduceerd om de ontstekingsreactie te couperen. Daarnaast is zacht voer als ondersteuning noodzakelijk. Herstel kan zeer voorspoedig verlopen, maar recidieven komen regelmatig voor. In het chronische stadium zijn corticosteroïden neit meer effectief en is het aanbieden van gemakkelijk opneembaar voer (eventueel vloeibaar) de aangewezen weg.
Wat is de prognose van kauwspiermyositis?
Voor de korte termijn kan de prognose gunstig zijn, maar voor de lange termijn zijn de vooruitzichten gereserveerd. Hoewel de aandoening in het chronisch stadium een ernstige functionele belemmering kan opleveren, is het voor de patiënt niet pijnlijk.
Ander woord voor afsluiting van de slokdarm
Slokdarmobstructie.