Woordjes O Flashcards
obéir; obéi
gehoorzamen, gehoorzaamd
obéissance f, l’
de gehoorzaamheid
obéissant
gehoorzaam (zijn)
objectif, m, l’
het doel, de doelstelling
objectif; objective
objectief (zijn)
objection f, l’
het bezwaar
objet m, l’
het voorwerp
obligation f, l’
de verplichting
obligatoire; obligatoire
verplicht (een verplichte rijrichting)
obligé
verplicht, noodzakelijk, onvermijdelijk
obligeance f, l’
de welwillendheid
obliger
verplichten
oblique; oblique
schuin (een schuine lijn)
oblitérer
(een postzegel) afstempelen
obscur
duister (een duistere plek)
obscurité f, l’
de duisternis
obséder; obséde
obsederen, geobsedeerd
observateur m, l’
de waarnemer (toeschouwer)
observer; observé
observeren, geobserveerd
observer
(de wet) naleven
obstacle m, l’
de hindernis
obstination f, l’
de koppigheid
obtempérer
gevolg geven (aan een verordening)
obtenir
verkrijgen
obtenu
bereikt (het bereikte resultaat)
occasion f, l’
de gelegenheid, de kans
occasionner
(een vertraging) teweegbrengen
occident m, l’
het westen
occidental; occidentale; occidentaux
(een) westers (land)
occlure
afsluiten
occupation f, l’
de bezigheid
occupé
(de telefoon is) bezet
occuper
bezetten
océan m, l’
de oceaan
octobre
oktober
oculiste m/f, l’
de oogarts
odeur f, l’
de geur
odieux; odieuse; odieux
(een) hatelijk (mens)
oeil m, l’
het oog
oeillet m, l’
de anjer
oeuf m, l’
het ei
oeuvre m, l’
het werk (een literair werk)
offenser
(iemand) beledigen
offensive f, l’
het offensief
officiel; officielle
(een) officieel (document)
officier m, l’
de officier
officieux; officieux; officieuse
(een) officieus (resultaat)
offre f, l’
het aanbod
offre d’emploi f, l’; les offres d’emploi
de werkaanbieding
offrir; offert, offrant
aanbieden, aangeboden, biedende
oie f, l’
de gans
oignon m, l’
de ui
oiseau m, l’; les oiseaux
de vogel
oisif; oisive
(een) lui (leven)
oisiveté f, l’
de ledigheid (het nietsdoen)
olive f, l’
de olijf
olympique; olympique
olympisch
ombre f, l’
de schim
de schaduw
omelette f, l’
de omelet
omettre
weglaten