Wiskunde - 6 Goniometrische Functies (P4tem5) Flashcards

1
Q

Wat zijn de goniometrische basisfuncties?

A

f(x) = sin x
g(x) = cos x
h(x) = tan x

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat stelt de x voor bij goniometrische basisfuncties?

A

een hoek uitgedrukt in radialen en is dus een reële variabele

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ziet de grafiek van de sinusfunctie eruit?

A

continue dal en berg grafiek midden van het stijgen ligt in de oorsprong

  • max: 1, min: -1
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het domein van een sinusfunctie?

A

R

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het bereik van een sinusfunctie?

A

[-1,1]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de periode van een sinusfunctie?

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de nulwaarden van de sinusfunctie?

A

k.π, met k E Z

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe ziet de tekentabel van een sinusfunctie eruit?

A

x-lijn: 0, π, 2π
f(x)-lijn: 0 + 0 - 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

In welk interval stel je de tekentabel van de sinusfunctie op, waarom?

A

[0,2π]
-> omdat de periode 2π is, volstaat het om alleen binnen die waarden te schrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe ziet het verloopschema van een sinusfunctie eruit?

A

x-lijn: 0, π/2, 3π/2, 2π
f(x)-lijn: 0 omhoog 1(abs max) omlaag -1(abs min) omhoog 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe is de symmetrie van een sinusfunctie?

A

oneven, want sin(-x) = -sin x
-> oorsprong is een symmetriemiddelpunt van de grafiek vd sinusfunctie

oneindig veel symmetrie middelpunten (elke met co k.π, 0)
oneindig veel symmetrieassen (alle rechten met vgl x=π/2 + k.π

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de vergelijking van de asymptoten van een sinusfunctie?

A

heeft er geen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ziet de grafiek van een cosinusfunctie eruit?

A

zelfde als een sinusfunctie maar toppunt van bergparabool komt overeen met co(0,1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het domein van een cosinusfunctie?

A

R

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het bereik van een cosinusfunctie?

A

[-1,1]

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de periode van een cosinusfunctie?

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn de nulwaarden van een cosinusfunctie?

A

π/2 + k .π
met k E Z

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe ziet de tekentabel van een cosinusfunctie eruit?

A

x-lijn: 0, π/2, 3π/2, 2π
f(x)-lijn: 1 + 0 - 0 + 1

19
Q

In welk interval teken je de tekentabel en verloopschema van een cosinusfunctie?

A

[0,2π]

20
Q

Hoe ziet het verloopschema van een cosinusfunctie eruit?

A

x-lijn: 0, π, 2π
f(x)-lijn: 1(abs max) omlaag -1(abs min) omhoog 1(abs max)

21
Q

Hoe is de symmetrie van een cosinusfunctie?

A

even functie, want cos (-x) = cos x
-> y-as is symmetrieas van de grafiek

oneindig veel symmetrieassen (alle rechten met vgl x = k.π
oneindig veel symmetriemiddelpunten (alle met co π/2 + k.π, 0

22
Q

Wat is de vergelijking van de asymptoten van de cosinusfunctie?

A

heeft er geen

23
Q

Welke transformatie is er gebeurd om van de sinusfunctie de cosinusfunctie te maken?

A

horizontale verschuiving met π/2 eenheden naar links

24
Q

Hoe ziet de grafiek van de tangensfunctie eruit?

A

armen van dansend mannetje al stijgend midden ervan door oorsprong en herhaaldelijk

25
Q

Wat is het domein van de tangensfunctie?

A

R \ {π/2 + k.π ; kEZ}

26
Q

Wat is het bereik van de tangensfunctie?

A

R

27
Q

Wat is de periode van de tangensfunctie?

A

π

28
Q

Wat zijn de nulwaarden van de tangensfunctie?

A

k.π, met k E Z

29
Q

Hoe ziet de tekentabel van de tangensfunctie eruit?

A

x-lijn: -π/2, 0, π/2
f(x)-lijn: | - 0 + |

30
Q

In welk interval teken je de tekentabel en verloopschema van de tangensfunctie?

A

[-π/2 , π/2]

31
Q

Hoe ziet het verloopschema van de tangensfunctie eruit?

A

x-lijn: -π/2, π/2
f(x)-lijn: | omhoog |

32
Q

Hoe is de symmetrie van de tangensfunctie?

A

oneven functie, want tan(-x) = -tan x
-> oorsprong is een symmetriemiddelpunt

oneindig veel symmetriemiddelpunten (alle met co k.π , 0)

33
Q

Wat is de vergelijking van de asymptoten van de tangesfunctie?

A

VA: x = π/2 + k.π
met k E Z

lim tan x = + oneindig (x ->/< π/2 + k.π)
lim tan x = - oneindig (x ->/> π/2 + k.π)

34
Q

Wat is de amplitude?

A

de maximale uitwijking: (abs max- abs min)/2

35
Q

Met welke formule kon je de periode weten?

A

2π/b

36
Q

Hoe ziet de algemene sinusfunctie eruit?

A

y = asin [b(x-c)] + d
met a, b E R+,0
en c,d E R

37
Q

Welke letters van de algemene sinusfunctie komen overeen met de amplitude en de periode?

A

a = amplitude
b = periode in formule onder 2π/b

38
Q

Hoe noem je c?

A

de horizontale verschuiving of de faseverschuiving

39
Q

Wat doet elke letter in deze functie: y = asin [b(x-c)] + d

A

a: verticale uitrekking met factor a
b: horizontale uitrekking met factor 1/b

c: horizontale verschuiving met c eenheden (in formule wordt + - en - +!)
d: verticale verschuiving met d eenheden

40
Q

Hoe werk je een negatieve a weg bij de algemene sinusfunctie?

A

met behulp van verwante hoeken, de anti-supplementaire hoeken: -sin x = sin(x+π)

41
Q

Hoe werk je een negatieve b weg bij de algemene sinusfunctie?

A

mbv verwante hoeken, eerst tegengestelde daarna anti-supplementaire:
sin(-x) = -sinx = sin(x+π)

42
Q

Hoe zet je de cosinusfunctie om in de sinusfunctie?

A

mbv anti-complementaire hoeken:
cos x = sin(x+π/2)

43
Q

Wat zijn de regels voor een startpunt te kiezen in de functie?

A
  • zo dicht mogelijk bij y-as
  • enkel een snijpunt met evenwichtslijn in stijgend stuk