week 12, HC.9 - Bespreking casus prostaatcarcinoom Flashcards
hebben prostaatcarcinomen iets te maken met mictieklachten
nee
wanneer heb je meer risico op prostaatkanker
leeftijd
BRCA mutatie
alvleesklierkanker
tot wat geeft een verhoogd PSA aanleiding
verder onderzoek –> hoe groter een prostaat hoe meer er naar de bloedbaan lekt.
prostaatwijzer risico
> 12 % –> bioptie overwogen
> 20 % bioptie aangeraden
wat is een vaak voorkomende bijwerking van een prostaat bioptie
hematurie (30%)
wat is de voorkeur van en transperineaal biopt boven transrectaal
naald hoeft niet door de ontlasting heen –> minder verspreiding van bacteriën
wat heb je nodig voor de prostaatwijzer
prostaatvolume en PSA waarden
welke beeldvorming is nodig bij biopten bij paitenten met een verhoogd risico
MRI –> duidelijker te zien + afwijkingen
gleason’s score
6 is minst en 10 is meest agressieve
als er 4 word begonnen –>loopt dat tot behandeling
wat zijn de inclusie criteria voor active surveilllacne
PSA < 10 ng/nl
Gleason score <7
minder dan 3 positieve biopten
Behandelbaar voor eventuele invasieve interventie
welke bijwerking treed vaker op bij bestraling en welke bij radicale prostatectomie
bestraling –> aandrang voor defeacatie
operatie –> blaasfunctiestoornis
wat zijn anticholinergica
remming van de blaasfunctie
wat voor receptor is de androgeen receptor
nucleaire receptor –> transcriptie facotr.
hoe werkt het ingrijpen met een LHRH agonist
LHRH agonist –> maakt de hypofyse heel veel LH –> de hypofyse raakt na 2 weken oververmoeid. Belangrijk is dan een androgeen remmer!