W4PD5: Cochleair implantaat Flashcards
1
Q
Cochlea implantaat
A
- neemt functie over van de haarcellen
- zenuw moet nog in contact zijn
- geluid wordt mbv een microfoon gedetecteerd en vervolgens door een processor omgezet in een code van pulsen, die worden doorgegeven aan de elektrode, die in de cochlea ligt
- tonotopie gedaan door de computer
2
Q
Effectiviteit
A
- aantal functionele kanalen: hoe meer kanalen CI, hoe beter de kwaliteit
- tijdstip implanteren/gehoorverlies: hoe eerder, hoe beter (beter voor het spreken en taalbegrip)
- integritieit van de auditieve zenuw