W4HC4: Choleasteatomen en trauma Flashcards
1
Q
chronische otitis media
A
- irreversibele schade
- kan met of zonder cholesteatoom
2
Q
Gevolgen chronische otitis media
A
- verandering van de structuur van het trommelvlies: myringosclerose, atrofie lamina propria, perforatie trommelvlies
- gestoorde drukregulatie middenoor -> atelectase (binnenvallen trommelvlies)
- verminderd trillend vermogen van de gehoorbeentjes
3
Q
Cholesteatoom
A
- ophoping van epitheel in het middenoor met opstapelen van keratine
- superinfectie met otorroe, ostitis en ontsteking van de mucosa met granulaties kan voorkomen
- ontstaat vanuit een invaginatie in het trommelvlies, die vergroot door boterosie
- leidt tot resorptie van: mastoid, gehoorbeentjes, benigne begrenzing horizontale kanaal, tegmen tympani, n. VII kanaal
4
Q
Symptomen chronische otitis media met cholesteatoom
A
- retractiepocket (pars flaccida of tensa): trommelvlies groeit naar binnen, onoverzichtelijk, retentie cerumen/keratine -> loopoor
- gehoorverlies: erosie keten (conductief gehoorverlies), aantasting binnenoor (perceptief gehoorverlies)
- botaantasting: duizeligheid (fistel), labyrintitis, facialisuitval door erosie vd canalis facialis, mastoïditis
5
Q
Behandeling
A
Doelstellingen chirurgie
- radicale verwijdering (geen residu)
- voorkomen nieuwvorming cholesteatoom door sterk trommelvlies
- waterbestendig, droog en zelfreiniging oor
- gehoor zo goed mogelijk (gehoorbeentjes reconstrueren)
- eerst 40% recidief, nieuwe techniek 7%
6
Q
Chronische otitis media zonder cholesteatoom
A
- perforatie van het trommelvlies (infectie vh middenoor)
- gehoorverlies (perforatie, erosie keten)
7
Q
OMA met mastoiditis
A
- ziek, koorts
- otalgie
- gehoorverlies (conductief)
- trommelvlies: rood bomberend
- afstaand oor: rode flucturende zwelling mastoid
- haemophilus influenzae, strep. pneumoniae
8
Q
Rotsbeenfractuur
A
- battle sign (hematoom achter t oor)
- haemototympanum
- otoliquorroe
- soms uitval n. VII (meteen na ongeval meestal kapot, na paar dagen door zwelling) of labyrinth
- longitudinaal vs dwars (binnenoor betrokken)
9
Q
Gehoorschade
A
- gerelateerd aan volume van het lawaai en duur van de expositie aan lawaai
- D x D = D: decibal X duration = damage
- 85 decibel: kan je 8 uur in zitten -> 3 decibel erbij (2x zo sterk) -> 4 uur
10
Q
Tinnitus
A
- 96% subjectief: alleen door persoon zelf gehoord
- 4% objectief: pt neemt geluid waar, wat ook aanwezig is (vaatgeruis)
11
Q
Diagnostiek oorsuizen
A
- audiometrie: toonaudiogram, suisanalyse
- uitsluiten medische oorzaak: bijwerkingen medicatie, glomus, myoclonus, dehiscentie, vestibulair schwannoom
- zoeken naar onderhoudende factoren, negatieve emotie, slaaptekort, depressie, angst
12
Q
Behandeling oorsuizen
A
- uitsluiten behandelbare afwijkingen
- informatie over suizen
- ruisonderdrukker
- begeleiding door psycholoog
13
Q
Objectief oorsuizen
A
- pulsatiel: vergroot bloedvat, glomustumor
- tikken: myoclonus, buis van Eustachius bij slikken
- tuba aperta: geluid en druk vd ademhaling