Vaktechnieken hoofdstuk 1&2 Flashcards
wat is incoming tourism?
inkomend, toeristen die ons land bezoeken vanuit het buitenland
Domestic
binnenlands, binnen eigen land reizen
outgoing tourism
uitgaand toerisme , vanuit ons land naar buitenland reizen
-> De verplaatsing van een bezoeker om persoonlijke of zakelijke redenen vanuit hun land van domicilie naar een ander land
wie zijn de betrokken actoren bij outgoing Tourism?
*Reiskantoren & reisagenten
*Touroperators
*DMC’s (Destination Management Companies) & lokale agenten
*Transportbedrijven (luchtvaart, bus, trein, rederij, autoverhuur, …)
*Luchthavens
*Accommodaties (hotels, B&B’s, vakantiehuizen, campings, hostels, resorts, …)
*Reisverzekeringen (annulering, medische bijstand, bagage, …)
*Beroepsverenigingen
*Vakpers
op basis van wat delen we reizen in?
- Verblijfsduur
- Mobiliteit (vervoer ter plaatse)
- Transport (naar de bestemming)
- Accommodatievorm
- Budget
- Motivatie (van de doelgroep)
-> Meestal niet onder 1 noemer te vatten, maar combinatie van bovenstaande
wat is een korte vakantie?
-> Minimaal 1 nacht, maximaal 3 nachten (bijvoorbeeld een verlengd weekend).
-> Typen: citytrip, gastronomisch weekend.
-> Afstanden:
Auto/trein: max. 400 km.
Vlucht: max. 3 uur (binnen Europa).
wat is een mid-week vakantie?
-> Duurt 4 nachten, altijd van maandag tot vrijdag.
-> Typen: vakantiepark, shortski.
wat is een lange vakantie?
Minimaal 4 nachten.
Typen: strandvakantie, rondreis.
Wat is het verschil tussen een hoofd- en een nevenvakantie?
Hoofdvakantie: Belangrijkste vakantie van het jaar
Nevenvakantie: Kortere vakanties dichter bij huis, minder tijd en kosten.
wat is een verblijfsreis?
Eén accommodatie gedurende de hele reis.
Voorbeelden: strandvakantie, citytrip.
wat is een rondreis?
Meerdere accommodaties tijdens de reis.
Reizen van A naar B naar C.
Vervoer afhankelijk van bestemming en type reis (individueel of groep).
Wat zijn de verschillen tussen een individuele en groepsrondreis?
Individueel:
Eigen gezelschap, geen vaste afreisdata.
Groep:
Met een groep, vaste data, reisleider en/of gids.
Welke vervoermiddelen worden gebruikt bij individuele rondreizen?
Eigen wagen, huurwagen (fly & drive), wagen met privéchauffeur, trein, vliegtuig, boot/schip, fiets.
Wat zijn de opties voor groepsrondreizen qua begeleiding?
Internationaal gezelschap met Engels/meertalige begeleiding.
Vanuit België met Nederlandstalige begeleiding.
Wat zijn de opties voor autoreizen?
Eigen wagen, huurwagen (fly & drive), mobilhome.
Hoe worden vliegtuigreizen ingedeeld?
Bestemming: Europa vs. verre bestemmingen.
Aantal reizigers: individueel of groep.
Wat zijn de verschillen tussen autobus, autocar en touringcar?
-> Autobus: Lijnbus met staanplaatsen.
-> Autocar: Pendelbus, alleen zitplaatsen.
-> Touringcar: Extra voorzieningen, georganiseerd vervoer.
Wat zijn de types bootreizen?
Cruises: vervoer en accommodatie (zee- of riviercruise).
Ferries: transportmiddel, soms slaapkajuiten.
Welke accommodatievormen zijn er?
Hotels, B&B’s, campings, verhuur (appartementen, villa’s, bungalowparken).
Wat is het verschil tussen luxe- en budgetreizen?
Luxe reizen: Comfort, exclusiviteit, hoogwaardige service.
Budget reizen: Betaalbare opties zonder ervaring in te leveren.
Wat zijn voorbeelden van ontspanningsreizen?
Strandvakantie, wellnessreis, landelijke retraite.
Wat zijn voorbeelden van culturele reizen?
Stedenrondreis, citytrip.
Wat zijn voorbeelden van avontuurlijke reizen?
Expeditie, hiking, bergbeklimmen.
Wat zijn voorbeelden van sportreizen?
Skireizen, duiken, wandelen, fietsen, golfen.
Wat zijn bedevaarten en themareizen?
Bedevaarten: Religieus of spiritueel.
Themareizen: Gericht op specifieke thema’s (bv. culinair, natuur).