Onderdeel contingency theories: (2) normative decision theory Flashcards
Wat zijn de drie besluitvormingsstrategieën volgens de Normative Decision Theory (NDT)?
De drie besluitvormingsstrategieën zijn:
- Autocratisch (geen input van ondergeschikten);
- Consulterend (input van ondergeschikten, maar de leider maakt de uiteindelijke beslissing);
- Groepsbesluitvorming (leider en ondergeschikten zijn gelijke partners in het besluitvormingsproces).
Hoe beïnvloeden de relaties tussen leider en ondergeschikten de effectiviteit van besluitvormingsstrategieën in NDT?
De effectiviteit van de strategieën is afhankelijk van de kwaliteit van de leider-ondergeschikte-relaties (die de betrokkenheid en steun van ondergeschikten beïnvloedt) en de duidelijkheid en structuur van de taak (die bepaalt hoeveel input de leider van ondergeschikten nodig heeft).
Wanneer is autocratisch leiderschap het meest effectief volgens NDT?
Autocratisch leiderschap is het meest effectief wanneer de betrokkenheid en steun van ondergeschikten hoog zijn en de taak duidelijk en goed gestructureerd is.
Wanneer is consulterend leiderschap het beste volgens NDT?
Consulterend leiderschap is het beste wanneer de taak minder duidelijk is, aangezien meer betrokkenheid van ondergeschikten nodig is.
Wanneer is groepsbesluitvorming vereist volgens NDT?
Groepsbesluitvorming is vereist wanneer ondergeschikten niet erg betrokken of ondersteunend zijn, om participatie en betrokkenheid te vergroten.
Wat blijkt uit empirisch onderzoek naar de effectiviteit van NDT?
Empirisch onderzoek (bijvoorbeeld Field & House, 1990) toont aan dat leiders en managers betere beslissingen nemen en betere beoordelingen van ondergeschikten ontvangen wanneer ze de voorschriften van de theorie volgen.
Wat is een kritiekpunt op de voorkeuren van ondergeschikten in besluitvormingsstrategieën?
Onderzoek toont aan dat ondergeschikten vaak de voorkeur geven aan volledig participatieve groepsbesluitvorming, zelfs wanneer dit niet de meest effectieve strategie is.