Nederlands - Taallab alle delen Flashcards
Hoe vervoeg je een Engels woord in het Nederlands? (3)
- STAM + uitgang
bv. racen - RACE - ik race, zij racet, … - eindigt op dubbele medeklinker
bv stressen - STRES - ik stres, zij strest, … - eindig op -le => Nederlandse STAM -el
bv google - GOOGEL - ik googel, zij googelt, …
!!TENZIJ dat het een andere uitspraak optoep zoals bij baseballen -> STAM: baselball of recyclen -> STAM: recycle
Wat is een actieve zin?
Daarin voert het onderwerp de handeling zelf uit.
Wat is een passieve zin?
Daarin ondergaat het onderwerp de handeling.
-> hulpwerkwoorden: worden, zijn
-> handelen voorwerp (HV)
Hoe zet je een actieve zin om naar een passieve zin?
Dan wordt het onderwerp het handelend voorwerp.
Hoe zet je een passieve zin om naar een actieve zin?
Dan wordt het handelend voorwerp het onderwerp van de zin.
Wat zijn initiaalwoorden, hoe schrijf je ze + voorbeeld?
- bestaat uit de eerste letters van een woord(groep) en je leest ze letter per letter.
- bij een samenstelling schrijf je een koppelteken (bv. gsm-gebruik, wc-bril, …)
- gsm, sms, wc, …
Wat zijn letterwoorden, hoe schrijf je ze + voorbeeld?
- bestaat uit de eerste letters van een woord groep + je leest het als een woord.
- gespeld zonder puntjes en zonder koppelteken bij samenstellingen (<-> initiaalwoorden) BUITEN bij hoofdletters (bv. simkaart, ledlamp, NAVO-vliegtuig, …)
- vip, led, BENELUX, …
Welke 6 voornaamwoorden heb je?
1) persoonlijk voornaamwoord (pvn)
2) bezittelijk voornaamwoord (bvn)
3) vragend voornaamwoord (vvn)
4) wederkerend voornaamwoord (wed vn)
5) wederkerig voornaamwoord (wdgvn)
6) betrekkelijk voornaamwoord (?)
Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
- pvn
- verwijst naar iets of iemand
- bv. IK heb JOU gemist.
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
- bvn
- verwijst naar de bezitter
- kan bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt worden
- bv HUN auto staat voor ONZE garage.
Dat is de HARE.
Wat is een vragend voornaamwoord?
- vvn
- gebruik je wanneer je informatie wilt krijgen
- kan bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt worden
- bv. Wie is dat? Wat ga jij doen?
Wat is een wederkerend voornaamwoord?
- wed vn
- verwijst naar het onderwerp van de zin
- enkel bij wederkerende werkwoorden
- bv. Ik herinner ME niets.
Wat is een wederkerig voornaamwoord?
- wdgvn
- alleen gebruikt wanneer de handeling wederzijds is
- bv. Zorg goed voor MEKAAR. Help ELKANDER.
Wanneer gebruik je een punt? (3)
- na mededelende zin
- na onrechtstreekse vraag
- na verzoek
Wanneer gebruik je een uitroepteken? (4)
- na bevel
- na uitroep
- na wens
- na waarschuwing
Wanneer gebruik je een komma? (6)
- voor of na aanspreking
- voor of na tussenwerpsel
- tussen delen van een opsomming (buiten en + of)
- tussen gelijkwaardige woorden
- voor of na bijstelling
- tussen deelzinnen in samengestelde zinnen
Wanneer gebruik je een dubbele punt? (2)
- voor een verklarende opsomming
- voor verklaring
Wat is een enkelvoudige zin?
Een zin met slechts 1 persoonsvorm (ja-nee vraag)
Wat is een samengestelde zin?
- nevenschikking = 2+ gelijkwaardige zinnen verbonden door nevenschikkend voegwoord (en, of, maar, want, dus, …) of komma.
- onderschikking = niet-gelijkwaardige zinnen bestaande uit een hoofdzin en een bijzin en verbonden door onderschikkend voegwoord: als, dat, terwijl, … OF betrekkelijk voornaamwoord bv. die, dat, …
-> hoofdzin = belangrijkste info
-> bijzin = zinsdeel van de hoofdzin dat je soms kan vervangen door 1 woord.