Hoofdstuk 6 - Mens en milieu Flashcards

Hoofdstuk 6.4 - Duurzaam leven

1
Q

Wat is milieubewust of duurzaam kiezen?

A

Als je kiest voor dingen die zuinig met grondstoffen en energie zijn en die het minst schadelijk zijn voor het milieu.

Bijv. eet ik vlees? Zet ik de verwarming lager?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem voorbeelden van milieubewuste keuzes?

A

Recyclen van blik, dit bespaart grondstoffen en energie. Nieuw aluminium heeft veel meer energie nodig dan het omsmelten van oud aluminium

Gebruik van wegwerpbekers die volledig recyclebaar zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is biologische landbouw?

A

Biologische boeren houden nog meer rekening met hun omgeving. In de biologische landbouw werken boeren zoveel mogelijk volgens natuurlijke kringlopen.

Bij de productie van ons voedsel houden boeren steeds meer rekening met het milieu. Ze houden zich aan regels die het milieu sparen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe gaan biologische boeren en tuinders te werk?

A
  1. Ze gebruiken mest van dieren in plaats van kunstmest
  2. Ze gebruiken geen chemische gewasbescherming tegen plagen maar biologische plaagbestrijding.
  3. Houden rekening met dierenwelzijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een voorbeeld van biologische plaagbestrijding?

A

Bijvoorbeeld lieveheersbeestjes inzetten tegen bladluizen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is dierenwelzijn?

A

Dat betekent dat zij zorgen dat de dieren zich goed voelen. In de biologische veeteelt hebben de dieren meer ruimte om los te lopen en te ‘scharrelen’ en kunnen ze ook naar buiten

De dieren kunnen zo beter hun natuurlijke gedrag vertonen dan dieren in de intensieve veeteelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe verminder je zelf het broeikaseffect?

A
  1. Minder elektriciteit gebruiken.
  2. Duurzame energie gebruiken
  3. Biobrandstoffen gebruiken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kun je minder elektriciteit gebruiken?

A

Energiezuinige apparaten gebruiken, hiervoor kun je het energielabel gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is duurzame energie?

A

Dat is energie van bronnen die nooit opraken en niet schadelijk zijn voor het milieu, zoals windenergie van windmolens en zonne-energie van zonnepanelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn biobrandstoffen?

A

Biobrandstoffen zijn gemaakt door planten. Planten leggen bij de fotosynthese zonne-energie vast in energierijke stoffen. Daarvoor nemen ze CO2 op uit de lucht. Als je later die biobrandstoffen verbrandt, komt er evenveel CO2 in de lucht als de planten hebben opgenomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe worden biobrandstoffen gemaakt?

A
  1. Biodiesel uit algen
  2. Biogas uit afval
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe kun je luchtvervuiling verhelpen?

A

Fabrieken moeten hun rook zuiveren en koolstofdioxide (CO2) opslaan

Auto’s moeten een katalysator in de uitlaat hebben

Dieselauto’s moeten een roetfilter hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke organisaties ondersteunen duurzame keuzes?

A

WWF

Milieu centraal

Ministerie van infrastructuur en milieu

Greenpeace

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke keurmerken hebben duurzame producten?

A

FSC-keurmerk of het EKO-keurmerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly