HC 7.10 Vaattonusregulatie Flashcards
Wat is vaattonusregulatie?
Het in stand houden van de juiste bloedtoevoer naar organen.
Waarom is het in stand houden van de juiste bloedtoevoer naar organen belangrijk?
Voor een goede uitwisseling van gassen, ionen, nutriënten en signaalstoffen.
Door wat kunnen de bloeddruk en de bloedflow geregeld worden?
Kunnen geregeld worden door:
- Het hart (krachtiger pompen)
- De nier (filtratie en natrium opname)
- De arteriën
Wat is bloedflow?
Snelheid waarmee het bloed stroomt?
Hoe kan de nier met natriumopname invloed uitoefenen op de bloeddruk en de bloedflow?
Als er een grote hoeveelheid natrium in het bloed aanwezig is, dan wordt er meer water vastgehouden waardoor het bloedvolume toeneemt en daarbij ook de bloeddruk omhoog gaat (= hypertensie).
Uit hoeveel lagen bestaan bloedvaten en welke lagen zijn dat?
Bloedvaten bestaan uit drie lagen en van binnen naar buiten zijn dit: intima, media en adventitia (grotere arteriën).
Wat is de intima laag van het bloedvat en welke functies heeft deze laag?
Endotheelcellen en receptoren voor het vasomotor effect (vasodilatatie en vasoconstrictie).
- Vormt een barrière (bijvoorbeeld voor inflammatie, oftewel ontsteking)
- Helpt bij de bloedstolling
- Helpt bij angiogenese
- Zorgt voor vasomotorisch effect
Wat is de media laag bij de bloedvaten?
Glad spierweefsel en receptoren voor het vasomotor effect.
Wat is de adventitia laag bij de bloedvaten?
Grotere arteriën hebben een tunica adventitia die vaak een rol spelen m.b.t de vetcellen. Bestaat uit fibroblasten, vetcellen en bindweefsel.
Waaruit bestaan de bloedvaatwanden van capillairen?
Capillairen hebben een vaatwand die alleen uit endotheelcellen bestaat met daaromheen pericyten.
Wat doen pericyten?
Handhaven en reguleren van de endotheelcelstructuur en de bloedstroom.
Wat is het voordeel van de dunne wand van capillairen?
Door deze dunne wand kunnen gassen en voedingsstoffen/afvalstoffen heel makkelijk migreren.
Wat gebeurt er als er een verandering in de straal van het bloedvat plaats vindt?
Is er een tot de macht 4 verandering van de flow en de druk in een vat. Een kleine verandering van de diameter heeft dus een groot gevolg voor de bloedstroom.
Waar wordt de bloeddruk en de bloedstroom voor het grootste deel geregeld?
In de arteriolen. Deze hebben een dunne spierwand die kan samentrekken.
Wat kan er naast de arteriolen ook bijdragen aan de bloeddruk en de bloedstroom?
Ook capillairen kunnen voor een klein gedeelte bijdragen aan de beïnvloeding van de bloeddruk en -stroom.
Waar wordt de regeling van de bloeddruk en de bloedstroom via arteriën gereguleerd?
Zowel centraal (hersenen en bijnier) als lokaal.
Wat geeft het centrale zenuwstelsel en perifere organen af met betrekking tot de vaattonusregulatie?
Stoffen: hormonen, neurotransmitters en nucleosiden.
Waar komen de stoffen die door het centrale en perifere zenuwstelsel/organen worden afgegeven voor de vaattonusregulatie terecht?
Deze stoffen komen aan bij de endotheelcellen en de gladde spiercellen in de media en intima laag van de vaatwand.
Wat is de functie van endotheelcellen?
- Bescherming van het bloed tegen ontstekingscellen
- Voorkomen van stolling
- Vormen van een barrière (bloed-hersenbarrière bijvoorbeeld)