hartritmestoornissen Flashcards
1
Q
kenmerken AF
A
- ontstaat door een niet-georganiseerde elektrische activiteit van de atria, met als gevolg irregulaire ventriculaire respons
- versneld ritme, stase van bloed in de atria en verlies van functie van het linkerventrikel
2
Q
waar hebben mensen met AF een verhoogde kans op
A
- trombo-embolieën
- hartfalen
3
Q
bij hoeveel % komt AF voor
A
- 0,5%
- prevalentie neemt toe met de leeftijd
4
Q
welke soorten AF zijn er
A
- persisterend AF
- paroxismaal AF, waarbij AF optreedt in aanvallen (maximaal 7 dagen, meestal binnen 2 dagen verdwenen)
5
Q
medische oorzaken AF
A
- hartfalen
- hypertensie
- hartklepafwijkingen
- coronair lijden
- hyperthyroidie
- diabetes mellitus
6
Q
uitlokkende factoren AF
A
- anemie
- koorts
- intoxicaties door drugs, koffie of medicijnen
- acuut fors alcoholgebruik
- overmatige inspanning
- psychische stress
7
Q
waar heeft iemand met atriumfibrilleren een verhoogde kans op
A
- TIA
- CVA
8
Q
symptomen AF
A
- palpitaties
- dyspnoe
- duizelingen
- wegrakingen en pijn op de borst
- algehele malaise, vermoeidheid en inspanningstolerantie bij persisterende AF
9
Q
diagnostiek AF
A
ECG
10
Q
behandeling AF
A
- medicamenteus (antistolling, anti-aritmica en HF verlagende middelen)
- ablatie
- reanimatie in noodgevallen of door plaatsing van een pacemaker of ICD (bij persisterende AF)
11
Q
wat is te zien op een ECG bij AF
A
- geen P-toppen
- aanwezige f0waves
- onregelmatige RR-intervallen
12
Q
atriumflutter
A
- atriumfrequentie op 250-350 slagen per minuut terwijl de ventrikelfrequentie daar de helft, een derde of een vierde is
- dus na een tweede, een derde of een vierde P-top volgt een QRS-complex
- ritme is regelmatig
- zaagtandvorm op ECG
13
Q
ventrikeltachycardie
A
- een ventriculair ritme van drie of meer uniforme ventriculaire slagen achter elkaar
- QRS-complexen zijn verbreed en bizar van vorm
- frequentie ligt boven de 100 slagen per minuut, meestal tussen de 140 en 200 slagen per minuut
- er is geen samenhang tussen P-top en QRS complex, ventrikel en atrium hebben beiden hun eigen ritme
- levensbedreigende ritmestoornis aangezien het over kan gaan op ventrikelflutter en/of ventrikelfibrillatie
14
Q
eerste graads en tweede graads av blok
A
- bij eerste graads is de PQ-tijd verlengd (normaal 0,12 tot 20 seconde). de volgorde van de P-QRS-T is normaal
- bij een tweedegraads blok vallen QRS complexen uit, waardoor soms een P-top niet gevolgd wordt door een QRS complex