diabetische ketoacidose en hypoglycemie Flashcards
1
Q
waarvan is er sprake bij diabetische ketoacidose
A
ernstige hyperglycemie door een absolute insulinedeficiëntie
2
Q
diagnostiek diabetische ketoacidose
A
- bloedsuikerspiegel
- pH in bloed (< 7,3)
- ketonen in bloed/urine
3
Q
uitlokkende factoren diabetische ketoacidose
A
- inadequaat insulinegebruik
- trauma
- zwangerschap
- MI
- infectie
4
Q
symptomen diabetische ketoacidose
A
- braken
- dorst
- polyurie
- gewichtsverlies
- abdominale pijn
- zwakheid
- tachycardie
- hypotensie en hypothermie
- dehydratie
- warme droge huid
- hyperventilatie (kussmaul ademhaling)
- verminderd bewustzijn
5
Q
behandeling hyperglycemie
A
- 4 eenheden insuline per uur IV
- infuus met NaCl 0,9%
- als kalium onder de 5,1 mmol/L gezakt is wordt er 20 mmol KCl per kolf van 5000 cc gegeven
- om de twee uur wordt glucose, kalium en pH gecontroleerd
6
Q
oorzaken hypoglycaemie
A
- verminderde vorming glucose
- verhoogd perifeer verbruik
- vaak door fout bij voedselinname of het teveel spuiten van insuline
- door sporten zonder te anticiperen door minder insuline te spuiten of extra te eten
- alcoholgebruik
7
Q
symptomen hypoglycaemie
A
- hongerig
- nervositeit en trillen
- zweten
- duizelig
- slaperig
- verward
- zwak gevoel
- verlies van spiercontrole
- palpitaties
- coma
8
Q
behandeling hypoglycaemie
A
- bij kennis: druivensuiker
- 15-20 gr koolhydraten
- bij ernstige hypoglycaemie 10 gr glucose als een langzame bolus IV
- langzame koolhydraten geven
als oraal of IV niet mogelijk is moet glucagon IM gegeven worden