H12.7 Flashcards

1
Q

Leefstijl maatregelen

A
  • Voldoende calcium en vitamine D inname
  • Lichaamsbeweging (gewicht dragende beweging)
  • Geen overmatig gebruik alcohol
  • Stoppen met roken
  • Voorkomen te veel gewichtsverlies (meer oestrogenen en meer skeletbelasting)
  • Verminderen valimpact
  • Valpreventie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Weetje

A

Meeste wervelfracturen worden niet voorafgegaan aan een val, alle andere fracturen wel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Suppletie

A
  • Calciumsupplement van 500-1000 mg per dag
  • Inname calcium met voeding is lager, dan 1000-1200 mg per dag

Suppletie dosis van 1000 mg als helemaal geen zuivelproducten gebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wenselijk gebruik osteoporose en verhoogd fractuurrisico

En bewoners verzorging- en verpleeghuizen

A

Vitamine D supplement van 800 eenheden (200 ug) per dag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Niet wenselijk bij vitamine D suppletie

Wel wenselijk

A

Hoge dosis vitamine D eenmaal per halfjaar of per jaar, want verhoogd valrisico

Redelijk hoge dosis 1x per maand wel effectief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Oestrogenen

A
  • Remmer botafbraak (antiresorptiva)
  • 33% reductie heupfracturen
  • 24% reductie alle fracturen
  • Zorgen voor toename risico mammacarcinoom (26%)
  • Toename HVZ (22%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

SERM’s (selective estrogen receptor modulator)

A
  • Raloxifene
  • Agonist effect van oestrogeen op bot en hart en vaatstelsel
  • Antagonist effect op borsten en baarmoeder waardoor er geen invloed op niet-wervelfracturen is
  • Verminderde kans borstkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bisfosfonaten

Bijwerkingen

A
  • Remmen het functioneren van osteoclasten
  • Verlagen botturnover
  • Minder botombouw eenheden (BMU’s)
  • Minder diepe resorptie putjes
  • Minder negatieve balans in putjes
  • Toegenomen secundaire mineralisatie
  • Zorgen voor lichte stijging BMD en verbetering microarchitectuur
  • Meest gebruikt

Belangrijkste bijwerking is maagdarmklachten en een half uur voor maaltijd op nuchter maag innemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Nog meer bijwerkingen bisfosfonaten

A
  • Maagdarmklachten
  • Osteonecrose van kaak (i.v. toediening vanwege maligniteiten)
  • Atriumfibrillatie
  • Atypische fracturen van femur en dikke cortex doordat osteoclasten geremd worden, maar scheurtjes niet helemaal goed hersteld worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Denosumab

A
  • Antilichamen tegen RANKL
  • 2x per jaar als subcutane injectie
  • Voorkomt dat RANKL kan binden aan osteoclast waardoor botafbraak vermindert
  • Aantal nieuwe wervelfracturen wordt met 68% verminderd en aantal heupfracturen met 40%
  • Necrose kaak of atypische femurfractuur soms
  • Minder hard vallen en hogere BMD
  • Effect verdween binnen halfjaar na stoppen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Serum CTx

A

Marker botafbraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

BSAP

A

Botspecifiek alkalisch fosfatase

Marker voor botopbouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Belangrijk bij denosumab

A

Niet zomaar stoppen zonder nabehandeling

Na 3 jaar behandelen is her-evaluatie nodig voor besluit stoppen of nabehandelen (zoledronaat) of continueren (tot 10 jaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Teriparatide (PTH 1-34) en preoctact (PTH 1-84)

A
  • Menselijk nagemaakte PTH soorten
  • Zorgt voor botaanmaak zonder botafbraak
  • Toename botturnover
  • Netto positieve balans
  • 70% minder wervelfracturen
  • 50% minder niet-wervelfracturen
  • Alleen bij postmenopauzale vrouwen met ernstige osteoporose waarbij andere behandelingen niet effectief waren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

PTH

A
  • PTH stimuleert osteoclasten en daarna osteoblasten
  • PTH leidt normaal tot osteoclastaire botresorptie die zal overheersen over osteoblasten waardoor serum calcium stijgt
  • PTH is katabool hormoon, maar als het met pulsen wordt toegediend zorgt het voor minder RANKL, meer OPG en minder osteoblast apoptose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Strontiumranelaat

A
  • Lichte remming botafbraak
  • Lichte toename botaanmaak
  • BMD stijging van 14%
  • Komt doordat strontium een hogere dichtheid heeft dan calcium en als het ingebouwd wordt dus voor een hogere BMD zorgt

Nauwelijks meer gegeven tegenwoordig, geen contra-indicaties of ernstige bijwerkingen

17
Q

Flowchart

A
  • Alendronaat oraal of risedronaat oraal
  • Ibandronaat oraal / i.v. raloxifene oraal, strontium oraal, zoledronaat i.v., denosumab subcutaan of iasofoxiferne oraal
  • Teripatatide
18
Q

Eigenschap bisfosfonaten

A
  • Stapelt op in botten
  • Na 5 jaar kijken of de medicatie echt nodig is
19
Q

Wanneer doorgaan met behandeling bisfosfonaten of andere medicatie

A
  • T<-2.5
  • Ernstige secundaire osteoporose
  • Gebruik glucocorticoïden > 7.5 mg/dag

Na 2-3 jaar herevaluatie

20
Q

Laag risico

A
  • T >-2.5
  • Geen nieuwe fracturen
  • Geen klinische risicofactoren

Leefstijladviezen en medicatie staken

Na 2-3 jaar of na nieuwe breuk herevaluatie

21
Q

Romosozumab

A
  • Antilichamen tegen sclerostine
  • Sclerostine is belangrijk voor remming botaanmaak
  • Antilichamen kunnen botaanmaak indirect stimuleren
  • Beter dan alendronaat, maar meer risico HVZ
22
Q

Abaloparatide

A

Welbelovende resultaten

Verminderd relatief risico op wervelfractuur van 86%