H11.4: Jodiumdeficiëntie, diagnose hypothyreoïdie Flashcards
1
Q
T3 werking
A
- Effect op schildklierreceptor (kernreceptor)
- Verandering in genexpressie
2
Q
Alfareceptor
A
- Hersenen
- Bot
- Hart
3
Q
Betareceptor
A
- Lever
- Nier
- Hypofyse
4
Q
Waar is SKH belangrijk voor?
A
Ontwikkeling groei en hersenontwikkeling
5
Q
Gevolg tekort aan jodium
A
Tekort aan SKH
6
Q
Cretinisme
A
- Ernstige congenitale hypothyreoïdie
- Door ernstig jodiumtekort
7
Q
Symptomen cretinisme
A
- Gestoorde lengtegroei
- Mentale retardatie
- Geen spraak/gehoor
- Oedeem in gelaat
- Ascites
8
Q
Jodium
A
- Sporenelement
- Behoefte is 150 ug per dag
- Tijdens zwangerschap 200-250 ug behoefte per dag
- Zeevis, schaaldieren, zeewier, melk, eieren
- Via nier en deels via feces uitgescheiden
9
Q
A.d.h.v. urine populatie status bepalen
A
- Jodium
- 200 mg jodium in 24-uurs urine is normaal
- In mediterrane landen is jodiuminname lager dus struma
10
Q
Risicofactoren ontstaan hyperthyreoïdie
A
- Lange tijd blootgesteld aan kleine hoeveelheden jodium en opeens jodium eten
- Normaal zou Na/K pomp dicht gaan alleen soms werkt hij niet goed
- Pomp blijft open waardoor er energie geleverd blijft worden en jodium de cel in kan via symport
11
Q
Jodiuminsufficiënt als
A
- Mediane jodiumconcentratie in urine 100-199 ug/L is
- Percentage van populatie met jodiumconcentratie in urine van <50 ug/L kleiner dan 20% is
12
Q
Pathofysiologie
A
- Jodium opgenomen in schildklier door NIS
- Eerst wordt bij tekort jodium NIS actiever gemaakt
- Groei schildklier
- Daarna zal tekort aan jodiumaanbod leiden tot preferentieel T3 productie
13
Q
Gevolg tekort T4
A
Organen die meer afhankelijk zijn van T4 minder SKH krijgen
14
Q
Kind met congenitale hypothyreoïdie
A
- Kan niet zelfstandig staan of zitten
- Niet praten
- Mentale retardatie
15
Q
Primaire hypothyreoïdie
A
- TSH verhoogd
- Te weinig hormoon in bloed
- Hypofyse meet dit
- Schildklier stimuleren door schildklier actiever te maken
Primair probleem: schildklier