H11.8: Chirurgische behandeling endocriene aandoening Flashcards

1
Q

Benigne

A
  • Symptomatische benigne nodus
  • Onduidelijk aard
  • Multinodulaire struma met mechanische klachten
  • M. Graves
  • Thyreotoxicose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Maligne

A
  • Goed gedifferentieerde schildkliertumor (papillair/folliculair)
  • Medullaire schildkliercarcinomen
  • Slecht gedifferentieerde schildkliercarconoom
  • Anaplastisch schildkliercarcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Endocriene cellen

A

Cellen die hormonen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Neuro-endocriene cellen

A
  • O.i.v. zenuwstelsel
  • Overal in lichaam
  • Geconcentreerd in organen zoals hypofyse, parafolliculaire cellen, bijniermerg, endocriene pancreas, diffuus neuro-endocrien systeem (maag-darm, long, huid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Primaire hyperparathyreoïdie

A
  • Oorzaak in bijschildklier zelf
  • Produceert teveel PTH -> hypercalciëmie
  • 80-90% 1 adenoom
  • 10-15% meerdere adenomen
  • 5-10% hyperplasie
  • Bijschildkliercarcinoom zeldzaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Secundaire hyperparathyreoïdie

A

Overmatige PTH-productie als reactie op nierfalen en stoornissen in calcium- en fosfaathuishouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Therapie 1 afwijkende bijschildklier

Therapie meerdere afwijkingen bijschildklieren en inconclusieve beeldvorming

A

Minimaal invasieve doelgerichte operatie

+ conventionele halsexploratie en identificatie van alle bijschildklieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Indicaties chirurgie bij benigne pathologie

A
  • Symptomatische benigne nodus
  • Nodus van onduidelijke aard -> hemithyreoïdectomie
  • Multinodulaire struma met mechanische klachten
  • Graves, therapieresistentie, zwangerschapswens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Indicaties chirurgie bij maligne tumoren

A
  • Goed gedifferentieerde schildkliertumor (papillair, folliculair)
  • Medullair schildkliercarcinoom
  • Anaplastisch schildkliercarcinoom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar kijk je naar na verwijderen halshuid?

A
  • Platysma spier
  • V. jugularis anterior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Door platysma heen snijden

A
  • Strottenhoofd (larynx)
  • M. sternohyoideus
  • M. sternothyroideus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bloedvoorziening schildklier

A
  • 3 venen
  • 2 arteriën
  • Venen komen uit jugularis
  • A. thyroidea superior uit a. carotis interna
  • A. thyroidea inferior uit truncus thyreocervicalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Anatomie bijschildklieren

A
  • Achter trachea
  • Geïnnerveerd door n. vagus en n. laryngeus recurrens
  • Rechter recurrens: onder a. subclavia
  • Linker recurrens: aortaboog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

MIBI-scintigrafie

A

Radioactieve vloeistof inspuiten en opname maken

Bijschildklieren komen duidelijk in beeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Risico’s en complicaties

A
  • Bloeding of nabloeding
  • Stikken door druk van bloed
  • Beschadiging trachea of slokdarm
  • Wondinfecties
  • Heesheid
  • Laesie n. laryngeus recurrens
  • Beschadiging bijschildklieren
  • Hypothyreoïdie bij bilaterale resectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke complicatie komt veel vaker voor?

A

Hypocalciëmie

17
Q

Fenomenen bij hypocalciëmie

A
  • Chvostek
  • Trousseau
18
Q

Chvostek

A

Spasmen in masseter spier door prikkeling

19
Q

Trousseau

A

Hand verkrampt door het afknijpen van de bovenarm als gevolg van hypocalciëmie

20
Q

Calcium

A

Speelt een belangrijke rol in de actiepotentiaal van impulsen en kan krampen veroorzaken

21
Q

Indicaties chirurgie bijnier

A
  • Hypercortisolisme: Addisonse crise
  • Feochromocytoom: alfa blokkade of beta blokkade om hypertensieve crisis te voorkomen
  • Ziekte van Conn
  • Vergrote bijnier >4cm
  • Verdenking bijnierschorscarcinoom
  • Solitaire bijniermetastase
22
Q

Anatomie takjes

A
  • Rechts veneus direct uit vena cava inferior
  • Links veneus uit vena renalis
  • 3 arterietakjes

Bloedingsrisico in bijniervene en niet in arterietakjes

23
Q

Wanneer laparoscopisch?

A
  • <6 cm
  • Weinig verdenking op maligniteit
  • Zijligging of buikligging
  • CO2 in buik blazen
24
Q

Open operatie

A
  • Grote tumor
  • Maligniteit
  • Anaesthesiologisch advies
  • Subcostale incisie
  • Rugligging
  • Postoperatie pijnpomp
  • Katheter
  • Gemiddelde opname 1 week
  • Grotere kans op pulmonale complicaties
  • Grotere kans op littekenbreuk
25
Q

Laparoscopisch

A
  • <6 cm
  • Adenoom
  • Indien mogelijk
  • 3-4 kleine incisies
  • Zijligging of builigging
  • Minder postoperatieve pijn
  • Geen katheter
  • Gemiddelde opname 2-4 dagen
  • Snellere mobilisatie
  • Kleinere kans op littekenbreuk of wondcomplicaties