FMH LAGP Flashcards

1
Q

Beschrijf de prevalentie van LAGP?

A
  • Vaak bij sporters waarbij veel draaiing, acceleratie & deceleratie plaats vindt + high intensity heup adductie
  • Man > vrouw
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de histologische kenmerken van aangedaan peesweefsel bij chronische tendinoses?

A
  • Geen ontstekingsverschijnselen
  • Verhoogde mate ingroei bloedvaten. Klinische betekenis aanzienlijk –> Alleen pijnlijke (achilles)pezen vertonen deze ingroei
  • Verhoogde mate van innervatie
  • Verhoogde concentratie v/d neurotransmitter
    glutamaat –> stimuleert prikkelgeleiding van zenuwen + is dan ook van betekenis bij pijngewaarwording
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoeveel stadia heb je bij tendinopathie?

A

6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt stadium 1 in bij tendinopathie?

A

Lichte pijn na inspanning die gewoonlijk na enkele uren weer verdwijnt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt stadium 2 in bij tendinopathie?

A

Matige pijn aan het begin van inspanning + daarna. Klachten blijven langer aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt stadium 3 in bij tendinopathie?

A

Pijn aan begin van inspanning, die wel minder wordt tijdens inspanning, maar niet helemaal verdwijnt. Na het sporten kan pijn dagen aanhouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt stadium 4 in bij tendinopathie?

A

Pijn die tijdens inspanning optreedt, is zo ernstig dat sport-/werkprestatie eronder te lijden heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat houdt stadium 5 in bij tendinopathie?

A

Blijvend aanwezige pijn, ook in rust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt stadium 6 in bij tendinopathie?

A

Ruptuur –> stadium is arbitair doordat vaak peesruptuur optreedt zonder voorafgaande klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn persoonlijke risicofactoren voor tendinopathie?

A
  • Toename leeftijd
  • Geslacht
  • Individuele genetische opmaak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn biomechanische risicofactoren voor tendinopathie?

A
  • Abnormale kinematica
  • Verminderde rekbaarheid v/d spier
  • Overgewicht
  • Verminderde excentrische spierkracht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn externe risicofactoren voor tendinopathie?

A
  • Sport, training & ondergrond
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ziet het onderzoek eruit van een sporter met een pijnlijke pees?

A
  • Observatie van: Skeletale ‘‘alignement’’, spier grote, pees grote & zwelling
  • Gewricht mobiliteit & spierlengte
  • Spierkracht (pijn: ja/nee, locatie)
  • ADL oz/ sportzpecifieke handeling analyse
  • Pijn bij palpatie is GEEN juiste indicatie
  • Beeldvorming
  • Echo met Doppler om neovascularisatie aan te tonen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de algemene interventies bij tendinopathie

A
  • Klinische expertise, PT values, beschikbare evidentie
  • Klinisch redeneren is essentieel
  • Volledige rust –> negatief effect
  • Behoud cardiovasculaire conditie
  • NSAID’s korte termijn effect
  • Corticosteroidinjecties –> schadelijk voor pees
  • Blijf belasten binnen grens zonder dat er klachten optreden
  • Excentrisch trainen: Toename collagene syntheses, vermindering neovascularisatie, ossale belasting die afwezig is bij concentrische oefeningen
  • Voet orthesis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe ziet het onderzoek eruit bij LAGP?

A
  • Eerdere liesblessure vergroot risico op nieuwe liesblessure
  • Verminderde heupabductie- tot adductiekracht ratio is een belangrijke voorspeller, evenals een verminderde heup rotatie bewegelijkheid
  • Meeste testen geven geen eenduidigheid over aangedane structuren
  • Afwijkingen op Rx, botscan & MRI tonen geen eenduidige afwijkingen in relatie tot gezonde sporters
  • Duidelijke normen + standaarden ontbreken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waaruit bestaat conservatie behandeling 1 bij LAGP?

A
  • Stabiliserende & spierversterkende oefentherapie
  • Sterk bewijs dat een periode van 8 - 12 weken intensieve begeleide oefentherapie gericht op het verbeteren van kracht van heup- + lage rugspieren (extensoren + flexoren) een effectieve behandelmethode is voor LAGP vergeleken met passieve behandeling
17
Q

Wat is blijkt bij mensen met LAGP met betrekking tot de spier M. Transversus Abdominis bij LAGP?

A
  • Rustdikte MTA bleek significant kleiner bij PT met LAGP
18
Q

Wat is het verschil na een interventie met betrekking tot MTA bij LAGP

A

Na 14 weken was de sportbeperking gemiddeld significant afgenomen, maar er waren geen significante veranderingen in gedrag v/d buikspieren. De rustdikte van MTA was wel significant toegenomen

19
Q

Waaruit bestaat behandeling 2 uit bij LAGP?

A
  • Interventies bestaan uit mobiliserende technieken gericht op heup, bekken + lage rug, aangevuld met spierversterkende & stabiliserende oefeningen voor de heup + bekken
  • Duur behandeling: ±8,5 weken waarin 13 behandelingen worden gegeven
  • 77% v/d ondervraagden gaf aan na 20 weken weer terug op oude niveau van sport terug te keren
  • 26% v/d sporters die waren teruggekeerd naar hun sport hebben een terugval gehad
20
Q

Wat kan je concluderen bij LAGP qua behandeling

A

Vergroten v/d dikte MTA zou van belang kunnen zijn, om op lange termijn de recidiefklachten te verminderen