Algemeen orthopedie Flashcards
1
Q
oorzaken van orthopedische aandoeningen
A
- traumatologie
- degeneratieve aandoeningen
- inflammatoire & metabole afwijkingen = reumatologie
- bottumoren
- botinfectie = osteomyelitis
2
Q
functie van bot
A
- biologische functie
- calcuim metabolisme
- hematopoïese - beweging
- morfologische kenmerken = congruentie
- mechanische eigenschappen = sterkte
- overdracht van kracht spieren
–> krachtenkoppel: moment = kracht x afstand
3
Q
macroscopische structuur van bot
A
- componenten
- periost = beenvlies
- bot
- beenmerg - vorm indeling
- kort
- plat
- lang - lange beenderen indeling
- diafyse = schacht
- epifyse = uiteindes
- metafyse = regio net centraal van groeischijven
4
Q
microscopische structuur van bot
A
- algemeen
- cortex & botkanaal hebben zelfde samenstelling
- andere microscopische structuur - buitenrand
- cortex = compacta
- veel bot balkjes
- 10% porositeit - botkanaal
- trabeculair = cancelleus bot
- minder bot balkjes maar meer bloedvaten & bloedcellen
- 50-90% porositeit
5
Q
structuur x functie van bot
A
- diafyse
- dik & dens
- weerstand tegen torsi & plooien - epifyse & metafyse
- breder met dunne cortex
- vervorming & demping toelaten - verandering in structuur
- wet van wolf = form follows function
- mechanotransductie = richting & grootte van krachten bepalen structuur
6
Q
indeling van fracturen volgens kracht
A
- hoog inwerkende kracht
- klassiek breuk verhaal
- vaak traumatisch - laag inwerkende kracht = stressfractuur
- vaak gemist door atypisch berukverhaal
- te kleine kracht voor breuk + te hoge frequentie voor process van remoddelering
- sluimerend verloop
7
Q
stressfracturen
A
- oorzaken van stressfracturen
- plotse toename van activiteitstoename
- overgewicht
- biomechanische afwijkingen - predilectieplaatsen
- femurhals
- proximale tibia
- metatarsaal = marsfractuur van metatarsaal bij plots heel veel & lang wandelen
8
Q
indeling van fracturen volgens structuur
A
- groenhout fractuur
- 1 zijde van bot gebroken, andere kant gebogen
- bij kinderen = sterk beenvlies van periost
- wordt dunner bij volwassen worden
- vaak sterkte hoekstand
- te corrigeren bij manipulatie - fissuur
- gedeeltelijke onderbreking van continuiteit
- vb: enkel mediale/laterale cortex
- geen verplaatsing van fragmenten
- goed contact tussen breukvlakken - impactiefractuur
- in metafyse regio = impact van trabeculair bot
- berperkte verplaatins
- meestal femurhals - andere
- volledige fractuur
- multiframentaire fractuur
9
Q
indeling van fracturen volgens relatie met omliggende weefsels
A
- gelsoten fractuur
- inacte huid
- geen verbinding met buitenwereld - open fractuur
- verbinding met buitenwereld
- van binnen naar buiten of omgekeerd vb: schotwonde - pathologische fractuur
- fractuur die normaal niet zou optreden = bij typische belastingen
- val van normale hoogte
- door osteoporose of botkanker - verwikkelde fractuur
10
Q
openfractuur
A
- Gustilo classificatie
- graad 1 < 1cm
- graad 2 = 1-10cm
- graad 3 > 10cm - therapie
- a = primair sluiten door te naaien
- b = niet te sluiten door huid die afwezig is = transplantatie vanuit rug
- c = vasculaire verwikkeling
–> soms amputatie door afwezigheid van bloedvaten = geen generatievh
11
Q
verwikkelde fractuur
A
- bloedvaten
- supracondylaire humerusfractuur = a. brachialis
- fracturen & luxaties rond knie = a. poplitea - zenuwen
- humerusractuur = n. radialis
- fracturen rond knie = n. peroneus communis met dropvoet
–> vooral aan fibula kop - inwendige organen
- longen
- ruggenmerg
- blaas & urethra
12
Q
indeling van fracturen volgens morfologie
A
- extra-articulair
- bot zal altijd met bot regenereren <=> spieren & pezen
- altijd volledige functie herwinst - intra-articulair
- kraakbeen herstelt zicht met fibrocartilago
- kans op post-raumatische artrose - types
- directe impact = dwarse breuk
- torsie trauma = schuin & spiraal
- comminutie = pathologische + hoog energetische breuk
–> vaak nood aan CT voor 3D structuur in kaart te brengen
13
Q
anamnese van fracturen
A
- 10% van fracturen is na 10 dagen nog geen diagnose gesteld
- anamnese = type fractuur
- sport activiteit
- openbare weg
- thuis
- agressie = ulna met MC5
- verhaal zal type fractuur verklaren, maar werkt ook omgekeerd
14
Q
symptomen van breuk
A
- pijn
- drukpijn bij oppervlakkig gelegen bot
- ulna & radius
- tibia & fibula
- metatarsaal & -carpaal - andere
- abnormale stand & beweegelijkheid
- crepitatie
- funcio leasie
- zwelling
- ecchymose = bloedvlekken
15
Q
fractuur heling
A
- hematoom
- bot gebroken
- periost gescheurd
- merg vernield
- weke delen gekneusd (minstens)
- bloedvaten gescheurd - fases van herstel
- inflammatie fase
- zachte callus = granulatie weefsel
- harde callus = echte botvorming
- remoddelering