14.9 niertransplantaat afstoting en immuunsuppressie Flashcards
welke vormen van niertransplantatie zijn er?
Met een nier van een levende en niet levende donor (circulatiestilstand, hersendood waarbij hersenen, hersenstam en verlengde merg zijn uitgevallen
)
welke 5 vormen van een levende donatie zijn er?
directe donatie cross over door de bloedgroep heen der de kruisproef heen anonieme donatie
Wat zijn 4 voordelen van een levende donor?
betere transplantaatoverleving
betere kwaliteit van de organen
mogelijkheid om de transplantatie op de meest optimale tijdstip te doen
mogelijkheid om moeilijk te transplanteren patiënten te helpen
Hoe bereid je een niertransplantatie voor? noem 6 dingen
beoordeling van
- bloedgroep
- HLA typering en anti-HLA antistiffen
- uitgebreide medische screening
- risico op recidief nierziekte
- chirurgische beoordeling (vaatstelsel niet verkalkt, overgewicht, plaatsing)
- donornier
Hoe gaat de niertransplantatie?
de nier wordt geïmplanteerd in de linker of rechter fossa, soms intra-abdominaal
wat zijn complicaties rondom de transplantatie?
complicaties rondom…
- operatie
- bijwerkingen immunosuprressiva
- nadelen immunosupressiva
- terugkeer naar nier ziekte
Wat zijn 4 complicaties van een niertransplantatie rondom de operatie/ ingreep?
trombose
bloeding
infectie
lekkage/ stenose urineleider–> tachycardie
wat zijn klinische verschijnselen van complicaties rondom de operatie?
pijn
tachycardie
als de BD daalt ben je al in shock
Wanneer was de eerst succesvolle niertransplantatie?
24-12-1954
Hoe gaat immuunherkenning?
cellen (macrofagen, APC) pakken het antigeen op en maken hier kleine stukjes van. ze presenteren het aan een HLA of MHC molecuul.
het HLA of MHC molecuul wordt door de t cel receptoren herkend en het antigeen dus ook waardoor je een immuunreactie krijgt
Hoe gaat de reactie nadat het antigeen is gepresenteerd aan de t cel?
De t cel gaat delen en naar de geïnfecteerde cel/ het transplantaat waar het een ‘klap’ met cytokinen en cytotoxiciteit uitdeelt
de t cel kan ook de b cel helpen met het vormen van antistoffen. als deze binden aan het antigeen wordt het complement systeem, geactiveerd en zal de geïnfecteerde cel/ het transplantaat kapot gaan
Hoe gaat deze immuunreactie bij een transplantaat nier?
als de transplantaatnier is vastgemaakt aan de bloedvaten treedt er een APC in de nier welke een stukje opvangt en via de vene weer uittreedt. de APC met het stukje transplantaat haat naar de lymfe waar veel b en t cellen zitten. er ontstaat een immuunreactie
wat doet immuunsupressiva?
zorgt ervoor dat de t cellen niet geactiveerd worden–> geen b cellen–> geen antistoffen tegen het transplantaat
Wanneer en hoeveel medicijnen geven we? voor hoelang?
Na de transplantatie geven we 3-4 immuunsupressiva’s voor 3-4 maanden om de immuunreactie te onderdrukken
Welke 3 immuunsuppressie geven we de eerste maanden en is de basis?
welke middelen kunnen patiënten levenslang innemen?
prednison
tacrolimus/ prograft/ advagraft/ cyclosporine
mycofenolaat mofetil/ MMF/ cellcept/ azathioprine
levenslang innemen: prednison, cellcept
Wat zijn bijwerkingen van prednison?
Hoge BD haargroei suikerziekte ! verhoogd cholesterol spierzwakte overgewicht !
Wat zijn de bijwerkingen voor tacrolimus?
hoge BD suikerziekte ! nierbeschadiging ! zenuwprikkeling verhoogd cholesterol
Wat zijn de bijwerkingen van cyclosporine?
Hoge BD! haargroei spierzwakte nierbeschadiging! zenuwprikkeling verhoogde cholesterol
Wat zijn bijwerkingen van azathioprine?
gestoorde leverwaarde!
remming beenmerg !!
buikklachten/ diarree
Wat zijn bijwerkingen van MMF?
remming beenmerg!
buikklachten !!
Wat zijn de bijwerkingen van sirolimus/ everolimus?
verhoogd cholesterol ! nierbeschadiging zweren in mond gestoorde leverwaarden remming beenmerg! diarree
Wat zijn nadelen van immunosupressiva?
infecties
kanker
nierschade
Welke infecties komen het meeste voor na een niertransplantatie?? hoe kunnen deze infecties komen?
urineweginfecties
urosepsis (bloedvergiftiging als gevolg van urinewegontsteking)
kan komen door
- factoren die al voor de transplantatie speelde zoals diabetes
- factoren peritransplantatie zoals een katheter
- posttransplantatie zoals immunosupressiva
Wat zijn andere belangrijke infecties die na een niertransplantatie kunnen ontstaan?
CMV (herpesvirus) kan voorkomen worden door valganciclovir
PJP (gist achtige schimmel). kan pneumonie geven, mortaliteitsrisico is groot. meer kans op PJP bij hoge dosis prednison.
behandelen met profylaxe (cortimoxazol)
EBV (pfeiffervirus). je kan er lymfoom van krijgen (PTLD, posttransplantation lymfoproliferative disease)
lymfoomkanker heeft mortaliteit van 60%
welk type kanker komt het meeste voor na een niertransplantatie?
huidkanker
lymfoomkanker vaginakanker lipkanker kaposi sarcoom orofarynx carcinoom
Welke 3 factoren spelen een rol bij het ontstaan van kanker na een niertransplantatie?
oorzaak van de nierfalen
tijd na transplantatie (hoe meer immunosupressiva je slikt, hoe groter de kans)
leeftijd van de ontvanger
Hoe behandel je PTLD (lymfoom)?
reductie immunosuppresiva
chemo
anti b cel antilichamen (rituximab)
tacrolimus zorgt voor nefrotoxiciteit. Wat zijn acute effecten van nefrotoxiciteit van immuunsuppressie?
vasoconstrictie van de afferente arteriole
trombotische micro-angiopathie
isometrisch tubulaire vacuolisatie
tubulaire disfunctie en electrolytstoornis
tacrolimus zorgt voor nefrotoxiciteit. Wat zijn de chronische effecten van nefrotoxiciteit van immuunsupressie?
- arteriole hyalinose (vaten worden dikker)
- interstitiele fibrose
- tubulaire atrofie
- glomerulaire sclerose
Hoe presenteert een resectie van het transplantaat zich meestal?
weinig tot geen klachten
er is een verminderde nierfunctie
soms koorts, pijn, zwelling
oedeem, hypertensie
Wat is de DD van een verminderde GFR na transplantatie?
perenaal: hypotensie, nierarteriestenose, vaatletsel, trombose
renaal: tacrolimustoxiciteit, ATN (acute Tubulaire necrose), resectie, recidief grondlijden
postrenaal: ureter/ urethra obstructie of lekkage
wat is de rejectiebehandeling?
eerstelijnsbehandeling: hoge dosis corticosteroïden (3 dagen methylprednisolon)
tweedelijnsbehandeling: anti-T cel therapie (ATG, alemtuzumab)
Hoe wordt een afstoting vastgesteld?
met een biopt
hoe behandel je een afstoting?
prednison