12 - Diep veneuze trombose Flashcards
Welke 2 soorten trombose zijn er?
- Proximaal
- Distaal
Wanneer is iets een diep veneuze trombose?
Als de trombose proximaal zit.
Wanneer zit een trombose proximaal?
Vanaf de v. poplitea omhoog.
Wat is een veneus tromboembolisch event ( VTE)?
Wanneer er een stukje van een stolsel losschiet en dit leidt tot een embolie. Deze embolie kan via de kleppen omhoog worden vervoerd richting bijvoorbeeld het rechter atrium.
Hoe staat trombose bij neonaten?
Doordat zij een infuus krijgen. Ze hebben kleine aderen en hier moet een plastic infuus in, waardoor het lumen zo verstopt is dat er een trombose ontstaat.
Wat zijn de 3 sterkste risicofactoren van trombose?
- Kanker
- Immobilisatie
- Trauma
Wat is stase en wanneer ontstaat het?
Dat het bloed niet stromen, het ontstaat bij immobilisatie.
Wat is hypercoagubiliteit en wanneer ontstaat het?
Dat het bloed zelf stolbaar is, het ontstaat door de pil, bij zwangerschap en kanker.
Welke hemostase is verantwoordelijk voor de vorming van fibrine?
De secundaire hemostase.
Welke afwijkingen van trombiliefactoren komen het minst voor?
- Antitrombine defficiëntie
- Proteïne C defficiëntie
- Porteïne S defficiëntie
Wat zijn symptomen van DVT?
- Pijn
- Zwelling
- Roodheid
- Warm
- Glanzend
- Subfebriele temperatuur
Wat zijn 3 mogelijke onderzoeken bij verdenking van een trombosebeen?
- Compressie ultrasonografie (CUS)
- Klinische kansschatting
- D-dimeer
Wat is de volgorde van diagnostiek van DVT?
- Inschatting klinische waarschijnlijkheid.
- Bepaling D-dimeer.
- Echografie van het been.
Wat zijn late complicaties van veneuze trombose?
- Recidief trombose
- Post-trombotisch syndroom
- Veneuze ulcus