ZO week 6 Flashcards
wat is de postprandiale fase?
de periode na de maaltijd
beschrijf het proces van ATP-productie bij de verbranding van glucose
glucogenese: 2 ATP
gycogenolyse: 0 ATP
gluconeogenese: via lactaat naar glucose is het 6-2= 4 ATP
glycolyse:
vetzuuroxidatie:
lipogenese:
keto oxidatie:
ketogenese:
hoe komt het dan tegengestelde metabole routes niet tegelijkertijd in hetzelfde weefsel actief zijn?
insuline zal bepaalde enzymen stimuleren en daarmee de enzymen die door glucagon worden gestimuleerd blokkeren daardoor kan het niet tegelijk actief zijn.
wat is de postprandiale fase?
de periode na de maaltijd
wat is L-type Pyruvaat kinase?
pyruvaat kinase die in de lever (liver) werkt. zet PEP om in puryvaat
wat doet het debranching en branching enzym?
glycogenolyse: fosforylase kan alleen a-1,4 bindingen afbreken en debranching enzym doet dan de a-1,6 bindingen op de vertakkingspunten
glucogenese: glycogeen synthase kan alleen a-1,4 bindingen doen en branching enzym doet dan a-1,6 op de vertakkingspunten
Welke drie enzymen uit de anaerobe glycolyse worden niet gebruikt bij de gluconeogenese?
glucokinase, PFK1, pyruvaatkinase
Welke enzymen worden in de gluconeogenese gebruikt?
G6P-ase, fructose-1,6-bisfosfatase, pyruvaat carboxylase en PEP carboxykinase
Wat is de functie van fructose-2,6-bisfosfaat (aanwezig in gevoede toestand, wordt afgebroken in gevaste toestand)?
Doordat fructose-2,6-bisfosfaat reactie fosfofructokinase-1 stimuleert en tegelijkertijd reactie Fructose-1,6-bisfosfatase remt is de gluconeogenese inactief en de glycolyse actief tijdens de gevoede fase. In de gevaste toestand is fructose-2,6-bisfosfaat afwezig, waardoor reactie Fructose-1,6-bisfosfatase actief wordt en reactie fosfofructokinase-1 juist niet, dus dan is de gluconeogenese actief en de glycolyse inactief.
op welke 3 niveaus wordt eetlust in het lichaam gereguleerd?
- signalen tijdens of direct na de maaltijd (vooral uit darmkanaal)
- signalen die iets doorgeven over de hoeveelheid vet (leptine en insuline)
- reward systeem bij bijv. seks, alcohol etc dit doe je als je strest en waar geeft me een goed gevoel
ze grijpen alle 3 aan op de hypothalamus
wat is een laag-glycemische index?
dit geeft aan hoe snel koolhydraten worden opgenomen. een lage index geeft aan dat het dus niet snel wordt opgenomen en het dus eerder een verzadigingsgevoel geeft en dus de bloedsuikerspiegel amper verandert
waarom geven snelle suikers maar een beperkt verzadigingsgevoel?
snelle suikers worden snel opgenomen waardoor je niet snel een verzadigingsgevoel snel is uitgewerkt
waardoor leidt een hoog-eiwit dieet wel tot verzadiging?
dit wordt minder snel opgenomen waardoor je een sneller verzadigingsgevoel
wat is intermittent fasting?
wisselend vasten: bijvoorbeeld 2 dagen een dieet volgen en 5 dagen normaal maar gezonder. dit moet het gevoel van craven minder maken
welke soorten van intermittent fasting zijn er?
- alternate-day fasting (zoals hiervoor besproken)
- whole day fasting
- time-restricted feeding