HC.8.4: Complicaties type 1 en 2 diabetes mellitus Flashcards

1
Q

wat zijn de chronische complicaties van diabetes?

A
  • blindheid
  • nierziekten
  • zenuw schade
  • amputatie
  • hartinfarct
  • beroerte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat voor soort complicaties zullen eerder bij type 1 voorkomen?

A

micro > macrovasculaire complicaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn dus de complicaties voor type 1?

A
  • diabetische retinopathie
  • diabetische nefropathie
  • diabetische neuropathie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke 2 soorten diabetische retinopathie zijn er?

A
  • non- proliferatieve diabetische retinopathie (niet erg om te hebben)
  • proliferatieve (hier wordt je blind van)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

op welke 3 manieren kan de nier beschadigd worden?

A
  • door beschadiging van de glomerulus
  • door ischemie als gevolg van hypertrofie van de afferente en efferente arteriolen naar de nieren
  • door opstijgende bacterieëlen infecties naar de nieren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe kun je kijken of iemand nefropathie krijgt?

A

microalbuminurie controleren >30-300

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe ontstaat diabetische neuropathie?

A
  • de vasculaire hypothese postuleert dat afsluiting van de vasa nervosum de oorzaak is
  • de metabole hypothese postuleert dat het verstoorde metabolisme de oorzaak is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn risicofactoren voor het ontstaan van complicaties bij diabetes?

A
  • roken
  • hypertensie
  • microalbuminurie
  • lang durige diabetes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

is het effectief om diabetes te behandelen?

A

we zien op lange termijn dat hoe eerder je type 1 behandelt hoe minder microvasculaire complicaties er optreden. je moet ze dus gelijk van het begin scherp instellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn risicofactoren voor macrovasculaire complicaties?

A
  • duur diabetes
  • leeftijd
  • systolische hypertensie
  • hyperlipidemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly